Artikelindex

Herrie en hitte in Battambang
14 maart 2008. Battambang, Cambodja.

Huwelijksbeloftes worden en publique afgelegd. Dat dit in Cambodja heel letterlijk opgevat wordt is ons al eerder opgevallen. Aan de felgekleurde linten kun je al van een afstand een plechtigheid aan zien komen. De bijbehorende herrie is naar ons idee al luid genoeg zonder de op de straat gerichte luidsprekers die er standaard bij lijken te horen. Als wij aankomen in Battambang is er zo’n plechtigheid gaande pal voor de kamer met balkon die we in The Bus Stop hebben geboekt. Een generator met bijbehorend geratel draagt ook een steentje bij aan de oorverdovende herrie.

CambodjaCambodjaHet wordt heet in Cambodja. We naderen april, de warmste maand in dit deel van de wereld. We zijn vies na de stoffige rit van Siem Reap naar Sisophon, halverwege de route naar Battambang. Er wordt hard gewerkt aan de weg, maar dat gebeurt ieder jaar, vertelt Brett, de zwaarlijvige en slonzig uitziende uitbater van The Bus Stop. De weg ligt in een vlakte waar het water in het regenseizoen ieder jaar opnieuw de weg wegspoelt. Zolang de donoren het geld blijven geven, blijven ze het jaarlijks opnieuw aanleggen, is zijn commentaar. Voor ons ziet de aanpak er serieus uit. Veel bruggetjes, drainage, wegverbreding en -verhoging. Voorlopig halen alle werkzaamheden de snelheid waarmee het traject overbrugd kan worden flink naar beneden. VIP bussen hebben we voor deze rit ook niet kunnen vinden. We reizen met een lokale bus met al de extra wachttijd, stops en bagage in het gangpad die daarbij horen. In de bus zitten, naast één andere toerist, de wat welgesteldere Cambodjanen. De gewone Cambodjaan doet deze route per pick-up. We zien er veel, volgepakt met marktvrouwen en hun koopwaar. Doeken voor het gezicht geknoopt tegen het stof.

Na vier uur hobbelen bereiken we Sisophon. De 60 km die daarna resten naar Battambang overbruggen we binnen het uur. De chauffeur weet zijn gaspedaal wel weer te vinden op de spiegelgladde asfaltweg. Voor de rit naar de Thaise grens moeten we ook weer dit stuk rijden. Geen probleem, alleen de volgende 40 km tot Poipet zal het weer raak zijn. Toch weer een trip van vier uur voor 100 km.

We raken gewend aan het openbaar vervoer per bus. Ook deze rit verloopt zonder noemenswaardige wanklank. Het wijdere uitzicht dat een grote bus biedt ten opzichte van een minibusje en de andere passagiers die afleiding bieden, lijkt te zorgen dat onze meiden zich minder laten gaan dan we vaak meemaken in privévervoer. Het scheelt dat ze beide op dit moment niet ziek zijn en goed in hun vel zitten.

De laatste dagen in Siem Reap kregen we al twijfel over Battambang. De temperaturen overdag maken activiteiten buiten de deur na 11.00 oncomfortabel. ’s Middags is alleen het zwembad nog een serieuze optie. Ook ’s nachts wil het niet meer afkoelen. Onder de 25 graden komt het dan niet meer.

CambodjaDe luxe balkonkamer van guesthouse The Bus Stop blijkt een stoffig kamertje van 12m2, waarvan de airco niet werkt. Te klein om de bedjes van de kinderen in op te zetten. Het nog kleinere kamertje naast de onze is vrij en die huren we erbij. In deze kamer doet de airco het gelukkig wel en is de herrie van de generator iets minder hoorbaar. Als rond middernacht de generator nog niet uitgezet is, besluiten we de Australische uitbater Brett te vragen of hij er iets aan kan doen. Op zijn website belooft hij: ‘we safely can guarentee you a good night sleep’. Nou daar mag dan wel wat tegenover staan.

Na overleg met de buren lukt het hem, of eigenlijk zijn Cambodjaanse vrouw Thea, het helse apparaat uit te krijgen. De bruiloft is echter nog niet afgelopen. De voorbereidingen voor het ontbijt starten om 4.30 uur, dan gaat het apparaat weer aan. Als duidelijk wordt dat de herrie ook de komende dagen door zal gaan, melden we Brett dat we de volgende dag op zoek zullen gaan naar een ander onderkomen. Nog een dag in deze herrie zien we niet zitten. Dat is hem tegen het zere been. Hij is boos, en vindt dat we dan nu maar gelijk moeten vertrekken. Klaas probeert hem op andere gedachten te brengen, en probeert op z’n gevoel in te spelen, ‘Je kunt toch geen twee kleine kinderen in het holst van de nacht op straat zetten?’ Het mag niet baten. Bretts ingehouden woede komt pas naar buiten als hij weer naar boven is gegaan. Op de verdieping boven ons, waar ook zijn vier maanden oude zoontje slaapt, horen we hem stampvoeten en slaan met deuren. Eng is het. Zijn vrouw die komt sussen geeft een andere boodschap. 'Hij gaat zo wel slapen, natuurlijk hoeven jullie om deze tijd de straat niet op met je kinderen, maak je geen zorgen, hij zal jullie niets aandoen.' Ze kent haar man slecht. Als zij zich weer teruggetrokken heeft, verschijnt hij opnieuw. Hij geeft ons 20 minuten om onze spullen te pakken en zijn terrein te verlaten. De kille toon waarmee hij die boodschap brengt en de kalmte waarmee hij op een tafel in de gang gaat zitten maken het nog enger. We zijn bang dat zijn volgende woede-uitbarsting op ons gericht zal zijn. En met dat forse lichaam van hem willen we liever geen confrontatie. We maken dat we wegkomen.

Daar staan we dan. Twee uur ’s nachts, met al onze spullen en twee slaapdronken kindjes in een donkere stad die we niet kennen. We voelen ons erg kwetsbaar. Imme vindt het al gauw heel spannend en huppelt aan Klaas’ arm. Jente stelt vragen over waarom Brett boos op ons is. Dolblij zijn we dan ook dat we, na 200 meter lopen, bij het International Hotel iemand in de lobby aantreffen. Ja, hij heeft een kamer voor ons. De rommel in de lobby en het trappenhuis doet ons vrezen voor de kwaliteit, maar dat heeft niet onze eerste prioriteit. Onterecht ook, merken we als we even later een luxe aircokamer betreden. De volgende ochtend zien we dat de rommel veroorzaakt wordt door een verbouwing. Onze kamer is koel en stil. De rest van de nacht slapen we allemaal prima.

CambodjaCambodjaCambodjaDe volgende dag dubben we over wat te doen. Ons Cambodja avontuur afsluiten en het strand in Thailand opzoeken, of nog op zoek gaan naar een geschikt onderkomen om toch nog de stad te kunnen ontdekken. In Battambang is kort geleden het eerste luxe bungalow resort met zwembad geopend: het Rottanak Resort. Daar gaan we naar toe. We zijn de enige gasten en worden overspoeld met de service van het overvloedig aanwezige personeel. De bungalow die we huren is prachtig. Groot, stijlvol en superschoon. Voor dit onderkomen trotseren we graag nog even de hitte die overdag oploopt tot de 40 graden.

CambodjaHet Rottanak resort ligt in een rijke wijk. Dat er door een kleine bovenlaag flink geld gemaakt wordt, dat is hier weer duidelijk. In Cambodja zijn de verschillen tussen rijk en arm meer zichtbaar dan in de rest van Zuidoost Azië. Cambodja’s rijken etaleren hun pas verworven welvaart graag. Dure auto’s en potsierlijke huizen die er als versierde suikertaarten bij staan. Ook zien we dat een deel van de hulpverlening meewerkt aan de tegenstelling. De chique onderkomens, kantoren en de dure auto’s met logo’s van hulporganisaties. Cambodja is inmiddels een aangename plek om te verblijven. Alle westerse consumptieartikelen zijn in de steden makkelijk verkrijgbaar, er is veel luxe vertier, chique restaurants die in Amsterdam of New York niet zouden misstaan. Veel hoeft de hulpverlener zich niet te ontzeggen bij zijn verblijf in dit land.

Ook wij liften mee met deze welvarende stroom. De hotels met zwembaden, de westerse winkels en supermarkten, de privé boten en taxi’s. Het zijn in eerste instantie niet Cambodja’s armen die aan ons verdienen. We kopen ons schuldgevoel af met regelmatige donaties aan de goede doelen waar je hier over struikelt. Ondertussen maakt de aanwezigheid van (betaalbare) luxe het land als vakantiebestemming voor ons en andere ouders wel aantrekkelijk. We zijn er door verrast, na al onze twijfel of we wel of niet zouden gaan.

 

Een (bamboe)treintje ging uit rijden...
17 maart 2008. Battambang, Cambodja.

CambodjaBattambang lijkt een stad vol feesten. Het is er zelden stil. Op ieder tijdstip van de dag en van de nacht hoor je wel ergens luide muziek vandaan komen. We verbazen ons hierover. Het lijkt zo haaks te staan op het rustige en bescheiden karakter van de Cambodjaan. Na het huwelijksfeest bij het guesthouse The Busstop wordt er naast het nieuwe resort een driedaagse ceremonie voor een overledene gehouden. Een van de personeelsleden vertelt dat hiermee de vorig jaar overleden buurman herdacht wordt. In onze ogen ziet deze ceremonie er hetzelfde uit als de bruiloften die je overal in de stad gevierd lijken te worden. Felgekleurde tenten versierd met strikken en linten, ceremonies met monniken, en iedereen op zijn best gekleed. Alleen de muziek is anders. Om 4.30 uur worden we wakker van een exotisch klinkend klingelklangel-muziekje (dat de hele dag door gaat). Ook de volgende dag start het weer om 4.30 uur tot om 8.00 uur de muziek plots stopt. De feesttent wordt daarna afgebroken om snel op een andere plek weer opgezet te worden. Echt Cambodjaans.

Wij kunnen onze draai niet zo goed vinden in Battambang. Dat heeft te maken met de enorme hitte overdag (37 graden in de schaduw) maar ook met de wat afgelegen ligging van ons resort. Om een beetje op de hoogte te raken van de mogelijkheden van deze stad moet je in het centrum zijn: wat ronddwalen, prijzen vergelijken en onderhandelen. Maar daar is het op de paar koele uren in de ochtend na, veel te heet voor. En zonder internet in ons resort voelen we ons ook wel wat onthand.

CambodjaCambodjaBattambang heeft niet de (toeristen)infrastructuur van Phnom Penh of Siem Reap. Zo zijn tuktukjes schaars. Na een paar dagen weten we waar ze (soms) staan, maar het duurt nog een paar dagen voor we er een vinden die ons voor een aanvaardbare prijs naar de Banan tempel en de bamboetrein wil rijden. Ook over de mogelijkheden voor de rit terug naar Thailand worden we maar niet wijzer en het vinden van een internetplek waar we ons nieuwste verslag kunnen uploaden is ingewikkeld. Er zijn genoeg internetcafés, maar de snelheid van de verbinding is bijzonder traag. Uiteindelijk besluiten we er dan maar genoegen mee te nemen dat er geen grote foto’s te zien zijn op onze website. Dat komt later wel weer.

CambodjaCambodjaCambodjaHet bezoek aan de Wat Banan is meer een excuus voor een ritje over Cambodja’s platteland, dan dat we per se op de hoogte willen raken van de roemruchte geschiedenis van het land. Al is het natuurlijk wel interessant om te zien welke tempel volgens de Battambangers gediend heeft als inspiratie voor de beroemde Angkor Wat. En ritjes in een tuk-tuk zijn met onze kinderen bijna altijd leuk. Wij kijken onze ogen uit, verbazen ons over de aanwezigheid van waterleiding en elektriciteit op het platteland, zien het dik ingepakte echtpaar dat op de fiets een grote hoeveelheid pannen vervoerd en we blijven proberen een plaatje te schieten van een houten ossenkar die hier nog als vervoermiddel wordt gebruikt. De kinderen genieten van het windje, de enthousiast zwaaiende mensen en het gehobbel en gebots door de kuilen in de stoffige weg. Om de tempel te bereiken beklimt Els in de hitte de driehonderd treden die je daarvoor moet trotseren. Klaas blijft met de kinderen beneden wachten. Hun vermaak: het bereiden van een vis. Jente en Imme kijken hun ogen uit als de mevrouw van het eettentje waar we zijn neergestreken een levende vis uit een grote kruik met water tovert, zijn kop afhakt en aan de poes voert, schubben verwijdert en even later op een houtvuur in de pan laat glijden. Als vaker zijn het andere dingen die indruk op onze kinderen maken dan wat wij verwachten of plannen.

CambodjaCambodjaHet wordt snel warmer, en als Els een half uurtje later terugkeert is ze rood aangelopen en flink bezweet. De tempelruïne is niet meer dan een hoeveelheid op elkaar gestapelde stenen. Ze is onder de indruk van de oude, magere man die bij het Boeddhabeeld op een matje is neergelegd. Door zijn familie? Om daar te sterven? Ze weet het niet, maar vitaal genoeg om zelf weer naar beneden te komen lijkt hij niet.

Na ons bezoekje aan de tempel vertrekken we naar de Bamboetrein. Een toeristenattractie vermeld in de Lonely Planet, maar het dient ook nog als lokaal vervoer tussen de dorpjes langs het spoor. Het spoor tussen Battambang en Sisophon wordt nog gebruikt door de echte trein, maar zo weinig dat de plaatselijke bevolking heeft bedacht dat ze beter zelf een vervoermiddel konden maken om de route te benutten. Langs het spoor liggen bamboeraamwerken van ongeveer twee bij twee meter die je over de twee aan twee gefabriceerde ijzeren wielen kunt leggen. Een motortje erbij, et voila, je hebt je eigen rijdende bamboetrein. Na onderhandelen betalen we 6,00 USD voor een ritje van zo’n vijf kilometer op zo’n gevaarte. De twee toeristen die net arriveren als wij aankomen hebben hun brommers en berijders er op meegenomen. Onze tuk-tuk kan er niet op. Wij hebben een retourtje nodig.

CambodjaCambodjaDe prijs hebben we afgesproken met een volwassene. Als we in beweging komen zien we dat onze machinist een meisje van een jaar of tien is. Naast haar staan op de bamboevlonder jochies van haar leeftijd of jonger. We zijn overgeleverd aan kinderen. Als het gevaarte vaart maakt knijpen we hem toch wel een beetje. Wat gaat het hard. De veertig kilometer per uur halen we wel, schatten we. Sneller dan de echte trein (die niet harder gaat dan 25 kilometer per uur). En ja illegaal natuurlijk ook. Als er een echte trein aankomt moet de bamboetrein als een haas van het spoor getild worden.

CambodjaCambodjaCambodjaOp de plaats waar ons bamboevervoermiddel moet worden omgedraaid, drinken we een watertje bij een drinkstalletje. De –aanwezige- plaatselijke bevolking loopt uit om zich te verbazen over onze blonde kindjes. Veel vertederde glimlachen en snoepjes. Met handen en voeten wisselen we informatie uit: hoe oud de kindjes zijn en hoe ze heten. In hun gezelschap ook een heel klein tenger meisje, met een wijs gezichtje. Qua lichaam lijkt ze een baby van maximaal een jaar, maar omdat ze kan lopen is ze vast ouder. We ontdekken dat ze al twee is en ook de bij elkaar gekomen mensen verbazen zich over het verschil met onze tweejarige. Ze tillen Imme op om te voelen hoe zwaar ze is.

Cambodja roept veel tegenstrijdige gevoelens op, waar we ons niet altijd goed raad mee weten. In aanwezigheid van zo’n klein mager meisje (ondervoed?) en mensen met gehavende gebitten generen we ons bijna voor onze gezonde en welvarende kinderen. Onze rijkdom steekt vaak schril af tegen de eenvoud en armoede die we hier zien. We begrijpen zo goed dat toeristen hier blijven hangen om (als vrijwilliger) ontwikkelingswerk te doen.

Het wordt tijd het strand op te zoeken en Cambodja te verlaten. Uiteindelijk weten we bij de bedienende jongens van ons resort een taxi naar de grens bij Poipet te boeken voor de 30 USD die het zou moeten kosten volgens de gids. Een beetje jammer vinden we het wel afscheid van het land te moeten nemen. Ons maandvisum loopt bijna af dus een strandbestemming in Cambodja zit er niet meer in. Jammer want we vinden Cambodja toch wel het leukste land dat we hebben bezocht.

We zien er wel een beetje tegen op om over land naar Thailand te reizen. We zijn gewaarschuwd: de weg is slecht en pas in Thailand kan er weer doorgereden worden. Wij willen in één dag door naar Bangkok. Na alle verhalen zijn we bang dat dit wel eens een lange en zware tocht kan worden. We verwachten dat de reis tien tot twaalf uur zal duren. Onze Chileense buren in het resort kiezen ervoor om terug te keren naar Phnom Penh en vandaar uit te vliegen naar Bangkok. Wij gaan wel de route over de weg doen.

Vervolg reis in Thailand

Inhoudsopgave

  1. Koh Kong
  2. Phnom Penh
  3. Siem Reap
  4. Battambang
Altijd gesloten?

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!