Artikelindex

Fernando de Noronha: Superlatieven in het kwadraat
Donderdag 3 december 2009. Fernando de Noronha, Brazilië

Zo, die titel staat en nu nog even waarmaken. Zeker is het feit dat we dit eiland absoluut niet hadden willen missen.

Voor de tweede keer deze reis hadden we uit gemak airport pick-up geregeld maar opnieuw was het geluk niet aan onze zijde. Gelukkig is het eiland zo klein dat iedereen elkaar kent en al snel heeft iemand onze gids gebeld en kwam het allemaal goed. We hebben zeven nachten geslapen bij Casa de Mirtes. Geen Pousada dit keer maar een verblijf in een privéhuis met daarnaast vier kamers voor toeristen. Wij hadden als enige een privébadkamer (wel 1,5 m2 voor een WC, douche en wastafel) en iedereen kon gebruik maken van de gezamenlijke huiskamer, keuken en zeer leuke tuin met diverse zitjes, buitenkeuken en speelgoed. Ze hebben een dochter Luany (7) die prima klikte met Steijn en Merel waardoor het geheel nog beter werd.

altalt

Fernando de Noronha is een archipel dat bestaat uit 21 eilandjes van welke alleen het hoofdeiland bewoond is. Dit is 10 x 1,7 km groot en heeft één geasfalteerde weg van zeven kilometer lang. De kusten worden verdeeld in een inner- (kant van BraziliëWink) en outer sea (kant van Afrika) wat zoveel inhoud dat het van beide continenten ongeveer even ver weg ligt. Het eiland heeft een vulkanische oorsprong en het hoogste punt is Morro do Pico 323 m of ook wel 4300 m boven oceaan bodem. Het strandzand is heel zacht omdat het niet uit kwarts is opgebouwd maar bestaat uit schelp-, dier- en plantenresten. Het zand plakt zo goed dat je er sneeuwballen van kunt gooien. Drie maanden per jaar wordt aan de inner sea het zand door de golven de oceaan in gesleept wat een barrière voor de kust legt. Deze barrière in de stroming zorgt vervolgens weer voor een breekpunt voor de golven waardoor en metershoge surfgolven zijn van januari tot maart en er internationale surfkampioenschappen gehouden worden (en ondertussen brengen de golven het zand weer terug naar het strand).

altaltalt

Ondanks dat het eiland dus maar zo klein is heeft het twaalf bijzondere stranden. Brazilië heeft een ranking van de mooiste stranden en drie van de vijf mooiste vijfsterren stranden bevinden zich op Fernando. Ook het op één na mooiste strand ter wereld bevind zich op Fernando. Het water rondom het eiland is geweldig: mooi blauw en helder en op bijna alle stranden kan gesnorkeld worden.

Het meest bijzondere strand voor ons was Baía do Sueste. Dit is namelijk de belangrijkste voedselbaai voor de twee soorten zeeschildpadden die er rondom Fernando voorkomen. De baai ligt beschermt door diverse eilandjes voor de kust en er zijn nauwelijks golven. Je kunt er geweldig snorkelen. We zijn er drie keer geweest omdat we er geen genoeg van konden krijgen. Zo ben je namelijk rustig aan het kijken naar tientallen soorten vissen en dan in eens zie je een schilpad heel relaxed onder je grazen om vervolgens in slow motion naar boven te gaan en na een hap lucht weer onder water te verdwijnen. Als je even wacht of verder kijkt zie je zo nog tien schildpadden rondzwemmen. Onbeschrijfelijk mooi en bijzonder.

altaltalt

Vooraf wilde ik heel graag de schildpadden zien die op het strand de eieren leggen. Dit ging niet omdat de stranden in het legseizoen gesloten zijn tussen 18.00 en 8.00 uur. Echter, het snorkelen tussen deze dieren is nog vele malen mooier en voelt echt als een enorm voorrecht. Nog stil van binnen van deze ontmoetingen snorkelde ik terug naar de kust om vervolgens eerst een murene en vervolgens een limoenhaai onder mij door te zien zwemmen. Gaat toch je hartslag even van omhoog!! We zeiden al dat superlatieven niet groot genoeg waren.

Aan de ander kant van het eiland ligt Baía dos Porcos wat uitzicht heeft op de Dois Irmaõs (twee broers) en waar we al vanaf de rotsen de roggen zagen zwemmen. Opnieuw een kwestie van heel snel de flippers aan en snorkelbril op en genieten maar van niet alleen de roggen maar ook daar weer diverse soorten vissen, een schildpad en wat krabben rondom de rotsen. Net als je even boven water wil kijken waar je ergens bent wordt je opgeschrikt door een vogel die vlak naast je het water in duikt om een mooi gekleurd visje te verschalken. In één van de vlakke rotsen aan de zijkant van deze baai bevindt zich een kleine natural pool van ruim anderhalve meter diep gevuld met koraal, kleine gekleurde visjes, krabbetjes en een gekleurde zeeslak. Net een aquarium, maar dan echt.

altalt

Na de eerste snorkelervaringen hier móésten we hier natuurlijk ook (weer) gaan duiken. Dit werd versterkt door een spontaan feestje in de tuin van Mirte waarbij iedereen wat eten of bier mee had genomen. De man van Mirte is visser en dus was er ook heerlijke verse vis van de grill. (Kleine anekdote tussen door. Als je in de keuken de verkeerde koelkast open trekt kijk je in een 2m hoge vrieskast die tot de nok gevuld met vis. Niet netjes in zakjes of doosjes, Nee gewoon vanuit het water opgestapeld en bevroren. Sommigen kijken je nog gewoon aan met zo’n bekkie vol met tandjes. Is toch raar als je alleen maar je cola wil koelen.) Een van de vrienden bleek een duikinstructeur te zijn (naar men zegt de beste van het eiland) en hij had niet zo heel veel nodig om ons verder te overtuigen. Echter de kinderen alleen op de boot achterlaten vonden we niet echt een optie en dus is Vincent de eerste keer alleen gaan duiken. Wat op Fernando de Noronha anders is, is dat er geen muren van koraal zijn zoals wij kenden van Aruba en de Filippijnen. Echter na een paar minuten kwamen er drie grote pijlstaartroggen langs en was de duik alweer goed. Verder zwemmen hier ook een aantal hele grote vissen rond van een ruim een meter lang en 40 cm hoog. Ook een barracuda blijft iets krachtigs hebben als je zijn gepoetste tandjes van dichtbij ziet.

Omdat het duiken zwaar verslavend is wilde Vincent heel graag nog een keer duiken en de kinderen wilden zelf heel graag dat Mirte een dagje op ze zou passen. Mirte had dit al eerder aangeboden maar het voelt toch een beetje raar om je kinderen achter te laten bij iemand die hun taal niet spreekt. Maar goed één en één is twee en zondags zijn we dus nog een keer in een ander gebied wezen duiken wat vrij vertaald ‘big shit’ heette. Dit staat niet voor de kwaliteit van de duik maar voor het feit dat boven deze duikplaats grote rotsen liggen waarop heel veel vogels nestelen die al hun behoeften… Dit waren twee bijzonder mooie duiken. We zwommen tussen grote groepen rotsen door met meer koraal, zij het nog steeds wel klein. Er waren hier echter heeeeeeel veeeeel vissen in allerlei kleuren maten soorten en vormen. Ook twee schildpadden die bijna net zo nieuwsgierig naar ons keken als wij naar hen, waren geweldig om te zien. Halverwege de tweede duik kwamen we langs een ‘beautyfarm’ waar op dat moment een papegaaivis zich onderwierp aan een algehele schoonheidsbehandeling. De betaling voor deze service was in de vorm van ‘big shit’ terwijl hij wegzwom, wat ook keurig werd opgeruimd.

altalt

In de Nederlandse zeevaardershistorie is trouwens toch het één en ander niet goed gegaan. Hebben we ooit Nieuw-Amsterdam (New York) met de Engelsen geruild voor Suriname. Blijkt ook dat we 25 jaar lang de baas op Fernando de Noronha zijn geweest. Zonder al te veel strijd hebben we dit eiland teruggegeven aan de Portugezen?! Rare jongens die Hollanders van toen!!

De laatste dag op het eiland hebben we een buggy gehuurd wat op Fernando het lokale vervoermiddel is. We konden zo nog een keer langs de meest bijzondere stranden. Maandagmorgen zijn we naar de Mirante dos Golfinos geweest. Dit is een uitkijkpunt boven een baai waar elke morgen tussen 6.00 en 7.30 gemiddeld 350 dolfijnen komen uitrusten en spelen na een nacht vissen op zee. Het zijn Spinner dolfins die bekend zijn om het feit dat ze tijdens hun sprong uit het water tot wel zeven keer om hun eigen as heen kunnen draaien. Helaas was maandag een dag van ruim onder het gemiddelde, maar de sprongen die we zagen waren spectaculair.

altaltalt

Na een week zijn we terug gevlogen naar Recife en zijn we nog twee nachten in Olinda geweest. Dit keer wat meer tijd gehad om alle kleurrijke geveltjes en straten te bekijken en ook hier valt continu de naam van de Hollanders als het om historie gaat. Het is een bloeiende periode geweest van 1630 tot 1645 (zij het wel dat de calvinisten alle katholieke kerken geroofd en verbrand hebben). Na het terugroepen van Maurits van Nassau (zo heet nog steeds de lokale voetbalclub) is het gebied weer teruggegaan in Portugese handen en in verval geraakt.

Wat wel heel jammer was is het feit dat Steijn na zijn ‘kwalincident’ toch de zee niet meer in durft. Vooraf wilde hij heel graag snorkelen maar eenmaal in het water raakt hij wat in paniek en wil hij er direct weer uit. In Olinda is er een zwembad bij de Pousada en daar wilde hij het water niet uit en snorkelde hij als de beste. Maar meer dan tegeltjes tellen is er echter niet te doen daar, dus dit is helaas voor hem een gemiste kans.

Voor nu de groeten uit heet Manaus (22.00 uur en 32 graden in de hotelkamer).

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!