Artikelindex

Don, Natasja en Mika in Australië

Natasja en Don met peuter en huurauto door Australië
29 december 2008 - eind juli 2009

Sinds hun wereldreis van zeven jaar geleden zijn Natasja en Don besmet met het reisvirus. De komst van hun zoontje Mika ('05) heeft hier niets aan veranderd en daarom gaan ze nu met z'n drieën het avontuur aan. Hun motto: 'zo veel mogelijk dingen doen waar we plezier aan beleven'. Een lange reis hoort daar zeker bij. De komende zeven maanden kun je hun verhalen lezen vanuit Thailand, Australië, Indonesië en Cambodja. Hier hun Australië verslag.

Door Don en Natasja


Een warm onthaal
Dinsdag 17 februari 2009. Adelaide, Australië.

In Bangkok stappen we op het vliegtuig dat ons naar Australië brengt. We laten ons geliefde en inmiddels vertrouwde Azië achter ons op het moment dat we aan boord stappen. De vlucht van negen uur brengt ons eerst naar Sydney en vervolgens naar Adelaide. Tijdens de vlucht krijgen we recente informatie over de bushfires die Australië teisteren. Blijkbaar de ergste ooit. We werden door familie, vrienden en lezers ook al gewezen op de mogelijke gevaren, waarvoor onze dank. We zullen pas later door dit gebied reizen en hebben hier in eerste instantie geen last van. Als we de krant lezen is ons snel duidelijk dat heel Australië in de ban is van de bushfires.

Tijdens de vluchten slapen we haast niet en we komen dan ook behoorlijk gebroken in Adelaide aan. Er staat een lange rij mensen bij de balie van Qantas en de bagageband staat stil. De grondstewardessen tippelen nerveus rond door de, zoals later blijkt, morrende groep mensen. Er is geen enkele koffer/rugzak meegekomen vanuit Sydney en het enige wat ze ons kunnen bieden is een afleverservice, wat hopelijk vandaag nog zal gebeuren. Voor het eerst in al die jaren, na al dat reizen, de tientallen vluchten, zijn onze rugzakken niet aangekomen. En daar sta je dan... Dit is direct ons eerste probleem. We weten niet eens waar we overnachten en kunnen daarom ook geen adres geven. Dat geven we later dan maar door. Eerst de auto en onze doos met campingspullen ophalen.

Als we de deur van het autoverhuurbedrijf open doen is het eerste wat de dame zegt: ‘Your box has not arrived yet’ Grrr! Probleem nummer twee, en we zijn nog maar net in Australië. We krijgen een klein tentje van haar mee waar we net met ons drietjes inpassen, en vertrekken even later op zoek naar een camping. We rijden links en het stuur zit aan 'de verkeerde kant', ook dat nog. En ook de schakelaar hebben ze omgedraaid zodat er bij een afslag nog wel eens een ruitenwisser begint te wissen in plaats van een knipperlicht te knipperen.

Als ons tijdelijke tentje staat realiseren we ons dat we ook geen spullen hebben om te koken. Gelukkig is Domino's niet ver van ons vandaan. Nog enigszins onwennig aan het leven in Australië eten we onze pizza's. De rugzakken worden diezelfde avond bezorgd en ook onze doos met kampeerspullen is, na controle en goedkeuring van de Australische douane, twee dagen later in ons bezit. We ontdekken de stad Adelaide en genieten van een picknick in een van de vele parken van de stad.

Picknick in het parkMika in de speeltuinHet tijdelijke tentje

We rijden vanuit Adelaide noordwaarts om een stukje van de outback te zien. Al snel rijden we in een verlaten en droog landschap. En al heel snel doet niets hier doet ons nog denken aan de stad Adelaide. Hoe meer kilometers we rijden hoe minder medeweggebruikers we tegen komen. Als we onze eerste pitstop maken lijkt het wel of we terug stappen in de tijd. Een beetje vreemd en grappig tegelijk.


Outback
Dinsdag 22 februari 2009. Flinders Ranges, Australië

Na een lange dag rijden komen we aan in Quorn waar we ons tentje opzetten. Quorn heeft een fraai oud treinstation en karakteristieke oude gebouwen, waaronder een pub. Het lijkt wel een spookstadje. Gewoon bizar, want je ziet niemand op straat lopen. We hadden in Australië drukke toeristische taferelen verwacht, maar het tegenovergestelde is het geval. We zijn vaak gewoon de enigen. Mika heeft de speeltuin dan ook helemaal voor zichzelf.

In de omgeving van Quorn zien we de eerste papegaaien, kangoeroes en slangen in het wild. De papegaaien en kangoeroes zijn erg leuk maar de slang (die we ternauwernood missen met onze auto) is wat spannender. In deze omgeving staan veel oude ruïnes waarvan we er één bezoeken. Mika is er erg van onder de indruk. Waarom maakt die meneer het dak niet even? Hij kan er maar niet over uit. Omdat we nu ook weten dat er zeer giftige slangen aanwezig zijn in dit gebied zijn we voorzichtig met Mika vrij rond laten rennen.

We slaan water in bij de enige supermarkt die Quorn rijk is en rijden verder noordwaarts tot Wilpena. Het landschap is nog steeds verlaten maar wordt wel steeds ruiger. Ook de wegen zijn nog steeds verbazingwekkend stil. Vaak komen we niet eens een andere auto tegen. Het GPS systeem laat ons al snel in de steek, maar hier zijn niet veel afslagen en kruispunten te vinden waar je je in kunt vergissen. Lastig en jammer is het wel omdat we straks weer terug moeten naar Adelaide om deze om te ruilen.

LeegteKampeervoedselAboriginal muurtekeningenKanga!

Voor we door rijden naar onze eindbestemming van die dag maken we een korte wandeling naar een Aboriginal site waar muurtekeningen te zien zijn. Het is bloedheet en we worden gek van de vliegen! Het zijn er niet een paar, maar vele tientallen. Ze hebben het vooral gemunt op je oren, neus en ogen. Hoe vaak je ook met je handen wappert, ze weten van geen ophouden. De tekeningen zijn prachtig om te zien maar de vliegen blijven ons lastig vallen. Dit is niet meer leuk. Later krijgen we het advies om in de vroege morgen te gaan wandelen omdat je dan minder last van vliegen hebt.

De camping in Wilpena ligt midden in een bos en de wegen zijn niet altijd even duidelijk. Tijdens onze zoektocht naar een geschikt plekje voor onze tent rijden we ergens in waar we blijkbaar niet verder kunnen. In de achteruit terugrijdend ziet Don een rots over het hoofd en het gevolg is een klap en wat krassen aan de onderkant van de bumper. Wel even schrikken. Even later zijn we bijgekomen van de schrik en vinden een heel leuk plekje om onze tent neer te zetten. De kangoeroes komen meteen even kennis maken, en springen rondom onze tent.

Wilpena staat eigenlijk vooral bekend om Wilpena Pound, een soort krater omzoomd door hoge bergen, dat ook in de geschiedenis van de Aboriginals een belangrijke betekenis heeft. De volgende ochtend staan we vroeg op en maken we (mede dankzij onze sponsors) een prachtige vlucht over Wilpena Pound. Een fantastische belevenis. We zitten met ons drietjes in een klein vliegtuigje met onze eigen 'privé piloot', die ons dit wonderschone natuurverschijnsel mag laten zien. De uitzichten zijn werkelijk prachtig. Dit is echt genieten met een grote G! Mika is eigenlijk alleen maar bezig met zijn koptelefoon en microfoon, maar heeft er daardoor niet minder plezier in.

In het vliegtuigjeGenieten met de grote G.Bij het vliegtuigje

Later die middag halen we nog een zak ijs voor onze koelbox. Het is hier bloedheet en we proberen het ijs dan ook zo snel mogelijk in de koelbox te krijgen. Hup, ijs erin, koelbox dicht en hup, kofferbak dicht. Maar dan.... oh nee! De autosleutel ligt nog in de kofferbak. SHIT! Er zit niets anders op dan hulp in te schakelen. Na lang wachten (wachten duurt altijd lang toch) komt er hulp. Met diverse gereedschappen laat hij zijn inbrekerstechnieken zien. Het valt echter nog niet mee en pas nadat de kofferbak open is vertelt hij ons dat hij er ook een hard hoofd in had. Pfoei! Hier komen we goed weg. Mika is er behoorlijk van onder de indruk en die nacht horen we hem in zijn slaap zeggen dat ‘het probleem is opgelost’. We vergeten het incident snel als we, voor we naar bed gaan, nog even naar de overweldigende sterrenhemel kijken. Je ziet hier zoveel meer sterren, zo midden in de outback. Het lijkt soms net alsof ze dichterbij zijn.

Als we de volgende ochtend Wilpena achter ons laten realiseren we ons dat we ons bevinden in een bijzonder landschap. De ruigheid, de rode aarde en het oneindige maakt indruk. Ook op de weg naar Wilmington wederom stille wegen en uitgestorven dorpjes. Je moet er wel voor gemaakt zijn om hier te kunnen leven. We zijn er snel uit dat dit niets voor ons is. Een klein beetje leven om ons heen stellen we wel op prijs. Wilmington is ook weer zo'n dorpje van niks, maar ook hier hebben ze een bord neergezet wat er te zien en doen is. Je vraagt je af voor wie ze dat doen. Er is niemand te bekennen en we zijn de enigen op de camping. Maar dat kan ook aan de camping liggen want dat is niet veel soeps.

Aligator GorgeAligator?Reden voor ons om hier te stoppen is om een wandeling te maken door de indrukwekkende Aligator Gorge. Hier is geen krokodil te vinden overigens, het gaat om de vorm van deze kloof. In de late namiddag dalen we af in de diepe kloof. Door het late tijdstip zijn we ook hier weer de enigen (we vragen ons af of het op een ander tijdstip anders zou zijn). De hoge wanden zijn rood van kleur. Op het smalste stuk is de kloof maar twee meter breed. Je voelt je nietig als je hier loopt. Dit was echt de moeite van onze stop in Wilmington waard.


Time out in de wijnvallei
Dinsdag 25 februari 2009. Clare, Australië

Na vele stille kilometers...Om in Clare te komen hebben we weer vele stille kilometers afgelegd. Het is dan ook een welkome verrassing om mensen op straat te zien als we Clare binnen rijden. En ze hebben zowaar iets wat op een winkelstraatje lijkt. Ach, je bent al blij als er meer dan één winkel is na een paar dagen outback. Ook op de camping zien we ander gasten. Denk niet dat het een gekkenhuis is, maar het is leuk om een praatje te maken met de vriendelijke Australiërs. Daarnaast staan er ook een aantal backpackers die hier zijn om geld te verdienen met het plukken van druiven. Niet zo gek, want we zitten midden in een gebied vol wijnhuizen.

Bewoond gebied!We besluiten om hier een paar dagen te blijven en even rustig aan te doen. In het mooie veld vol grote eucalyptusbomen zetten we ons tentje weer op. Als we daarna even genieten van een koel drankje horen we ineens een krak-woesj-tsjak. Een stuk schors valt van grote hoogte precies loodrecht in het dak van onze tent. Het gevolg is een flinke jaap in ons doek. Is dit wel ons land? Wat hebben we in een korte tijd al veel pech gehad in Australië. Het begon al met de bagage, de doos die niet aan was gekomen, het gps-systeem dat kapot ging, de botsing met een rots, de sleutels in de kofferbak en nu dit weer. Australië is tot nu prachtig, de mensen zijn zeer vriendelijk en het weer is over het algemeen warm en zonnig en toch... we hebben hét gevoel nog niet te pakken.

Internetten in Australië is een stuk lastiger (en duurder!) dan in Thailand het geval is. We zijn dan ook aangenaam verrast als we in de lokale bibliotheek gratis mogen internetten. Ook onze mobiele telefoons doen het weer. Fijn om weer contact met familie en vrienden te (kunnen) hebben.

 


Biertje?
Vrijdag 27 februari 2009. Strathalbyn, South Australia, Australië.

We verlaten Clare richting het zuiden. Via de welbekende Barossa Valley, met zijn ontelbare hoeveelheid wijnhuizen, gaan we eerst naar Adelaide om ons defecte navigatiesysteem om te ruilen. Onze nieuwe digitale vriendin weet ons gelukkig wel de juiste weg te wijzen.

Voor we verder rijden stoppen we eerst bij één van de vele subways. Voor diegenen die niet weten wat dit is, het is geen ondergrondse of metro, maar een heerlijke broodjeszaak. Ze zijn in de meeste grote plaatsen wel te vinden en we eten er met smaak één van de heerlijke broodjes. 

Van oorsprong SchotsOmdat de afstand naar de zuidelijk gelegen kust te ver is, overnachten we halverwege in het plaatsje Strathalbyn. Een leuk, van origine Schots dorpje met een fraaie kerk en een bizarre camping. Als we de camping oprijden worden we ontvangen door de plaatsvervangende caretaker. Deze kerel kan zo in het televisieprogramma Showroom. Wat een prachtig type! In zijn hand een blikje bier, een baard van een paar weken, door-en-door vuile kleding met de nodige gaten en een ontwapende lach met ongeveer drie zichtbare tanden. Het was een lange en warme dag en we willen onszelf trakteren op een cabin (huisje) op deze camping. Er staan twee cabins op het terrein en we vragen of we er één van kunnen krijgen. Hebben we gereserveerd? Nee, dat hebben we niet. Hmmmm... Hierna volgt een uitgebreide discussie met zijn vrienden (ook met een blikje bier in de hand en vergelijkbare looks). Na een paar minuten zijn ze eruit. Het kan niet. Waarom die discussie dachten we direct? Zou er opeens een derde cabin uit de grond gepraat worden? Dus toen wij het antwoord al wisten, zaten zij nog aan het begin van hun discussie. Prachtig om te volgen.

In de bloedhitte zetten we ons tentje op naast de caravan van de plaatsvervangende caretaker die vol staat met (gevulde) vogelkooien, bier en allerlei ondefinieerbare rommel. Als de tent eenmaal staat zetten we de stoelen neer en passen ons aan. We trekken een biertje uit de koelbox en hebben al snel aanspraak.


Water en vuur
Maandag 2 maart 2009. Robe en Mount Gambier, South Australia, Australië.

Over de prachtige Princess Highway rijden we door het Coorong National Park. De afstanden zijn hier echt enorm. Natasja ziet op het navigatiesysteem dat we nog 25,6 kilometer moeten rijden tot de volgende afslag. Bij nadere bestudering blijkt dat het 256 kilometer is! Zet de cruise control maar aan. Tot onze vreugde en verbazing zien we ter hoogte van Salt Creek een aantal enorme pelikanen op het strand. Wow! We stappen uit om ze van iets dichterbij te bekijken. En Don neemt natuurlijk weer aardig wat foto's. We zijn de enigen op het strand. We zijn aangenaam verrast. Het kan dus wel in Australië. We hadden verwacht dat er weinig zelf te ontdekken viel, dat alles wat maar enigszins interessant zou zijn met borden aangegeven zou zijn of met georganiseerde tours bezocht zou moeten worden. Dit zal vast nog wel veranderen als we verderop geraken maar voor nu genieten we van dit onbedorven stukje Australië.

Pelikanen op het strandKlimtechnieken oefenenOns droomplekjeZo mooi kan Australië zijn...

In het kustplaatsje Robe gaan we op campingjacht. We vinden een droomplekje om ons tentje neer te zetten. We zitten (niet voor een dubbeltje) op de eerste rang. De beste plaatsen hier zijn gereserveerd voor tentjes zonder stroom. Hebben wij even geluk. Wat een prachtig uitzicht. We staan direct aan de zee met zijn onwaarschijnlijk mooie blauwe kleuren. Super! Hier kan Mika ook werken aan zijn klimtechnieken op de vele rotsen op het strand. En de eerlijkheid gebied ons te zeggen dat hij zeker vooruitgang boekt. Als we de volgende morgen onze slaperige koppen buiten de tent steken zien we in de baai een dolfijn zwemmen. Zo mooi kan Australië zijn.

De laatste stop in de staat South Australia is Mount Gambier. Mount Gambier is een grote stad waar we een nieuwe reisgids kopen voor Victoria, waar we later naar toe rijden. En nu we hier toch zijn, bezoeken we de sunken gardens. Deze tuin was vroeger een grot waarvan het dak is ingestort waardoor er terrassen ontstonden en daarmee ook een geschikte omgeving voor alles wat groeit en bloeit in deze tuin. Op de camping ontmoeten we een stel uit Australië die eigenlijk naar Grampians National Park wilden gaan, net als wij. Ze geven ons het advies om ons goed te informeren in verband met de bushfires. Juist hierdoor zijn zij niet naar de Grampians gegaan. We merken dat we dichterbij het vuur komen.

De sunken gardensSleepy Mika

Bij een informatiecentrum krijgen we de volgende dag dan ook het advies om niet naar Grampians National Park te gaan in verband met mogelijke bushfires. Zouden we er al naar toe rijden dan is het verboden om in een tent te overnachten. Door de rampzalige gevolgen van de verschrikkelijke bushfires een aantal weken geleden, zijn ze op dit moment erg terughoudend en oplettend voor eventuele gevaarlijke situaties. Dit advies nemen we uiteraard ter harte en passen onze route aan.


Alarmfase 1
Woensdag 4 maart 2009. Port Campbell, Victoria, Australië.

De befaamde Great Ocean Road brengt ons naar Port Campbell waar we deze keer onze tent opzetten. We hadden van tevoren al gehoord dat het erg mooi moest zijn. En om er kort over te zijn, dat kunnen we bevestigen. Het is werkelijk prachtig. De uitzichten over de ruige kustlijn zijn ronduit spectaculair. De zee is erg woest en de blauwe zee beukt iedere keer maar weer op de oranje gekleurde rotsformaties die midden in het water staan. Voor we in Port Campbell arriveren hebben we op verschillende punten al heel wat foto's geschoten. Want in tegenstelling tot het voorgaande deel van Australië staan hier wel borden langs de kant van de weg en zijn ook de paden behoorlijk gebaand. Maar dat doet verder niets af aan de schoonheid. Dat komt mede door het prachtige weer wat we die dag hebben.

Buiten etenSpectaculaire uitzichtenDe schoonheid van Australië

Als we onze tent opzetten worden we al gewaarschuwd dat er een stevige storm aan zit te komen en dat het weer gaat veranderen. Alle tentharingen gaan dan ook de grond in. Daarna lopen we naar het strand en genieten van een koel biertje en een heerlijke maaltijd in het zonnetje op het terras. Het is gezellig druk en we praten wat met andere mensen die op reis zijn.

Die nacht doen we geen oog dicht omdat de wind al snel toeneemt. De extra tentharingen zijn geen overbodige luxe zo blijkt. Ook om ons heen horen we van alles kraken, van bomen tot caravans. Tot onze opluchting houdt ons tentje stand. In de ochtend wordt de wind steeds warmer en al het stof van de afgelopen droge maanden wordt onze tent ingeblazen.

Stevig windjewonderschoon uitzichtpunt

Vandaag is heel Victoria in rep en roer vanwege de hoogste alarmfase welke geldt voor de gehele staat. Door de droogte en de wind is het risico op een bushfire ontzettend groot vandaag. Tijdens een bezoek aan één van de vele wonderschone uitzichtpunten staat een ranger ons al op te wachten. Van haar krijgen we te horen dat vandaag een hele kritieke dag is en dat we heel erg alert moeten zijn. Ze vertelt ons ook wat de vluchtroute is, mocht er brand uitbreken. Dan loop je toch wat minder ontspannen naar zo'n look out. We keren dan ook regelmatig ons hoofd om te kijken of we geen rook zien.

Terug op de camping zitten we op een redelijk beschut plekje te lunchen. We worden opgehaald door onze voormalig buurvrouwen. Zij hebben hun tent al ingepakt en bivakkeren nu in een luxe cabin. Ze vinden het niet verantwoord dat we hier buiten zitten (with the little one) en we moeten echt bij hun komen om te schuilen voor de storm. Zo wordt het een onverwacht gezellige middag met deze twee meiden waarbij ook vandaag weer een paar biertjes worden opengeschroefd.

In de middag komt dan eindelijk een grijs wolkendek met een stevige voorraad regen. Het ergste gevaar is geweken. Al dat vocht is goed om het brandgevaar te minimaliseren maar is minder prettig voor de kamperende mens. Het blijft hozen en stormen en ook deze nacht doen we geen oog dicht. Als we tussen de buien door onze natte en smerige tent inpakken spreken we af dat we vannacht hoe dan ook in een huisje zullen slapen.


Bijtanken
Vrijdag 6 maart 2009. Kenneth River, Victoria, Australië,

Het huisje zoals hiervoor beschreven hebben we gevonden in Kennett River. Na een natte dag met weer aardig wat kilometers vinden we een heerlijke cabin, zoals ze dat hier noemen, op een hele mooie plaats. We besluiten twee nachten te blijven en genieten met volle teugen van de luxe die de cabin ons biedt. En met al die regen zijn we alleen al blij met een degelijk dak boven ons hoofd. En ze hebben hier ook nog eens gratis wifi. Jippie! Kunnen we weer een update maken en wat nieuws lezen.

Donkere wolkenZeg maar: stormBrrr

Als we op onze bank zitten zien we de eerste papegaaien al op de rand van onze veranda verschijnen. Ze worden gevolgd door een grote witte kaketoe en een paar kookaburra's. Al snel zitten er een paar op de hand van Don om daar het aangeboden brood uit te eten. Mika vindt het erg interessant maar ook wel een klein beetje eng. Het blijft regenen en we zijn ontzettend blij met ons onderkomen en een goede nachtrust. De volgende dag zien we koala beren in de eucalyptus bomen op het kampeerterrein. Geweldig om te zien. We vinden dit een heerlijk plekje en vinden het jammer dat we niet nog een extra nachtje kunnen bijboeken.

PapegaaitjeKnuffelbeer

Er staat een druk weekend voor de boeg in verband met Labour Day hier in Victoria. Dat betekent dat alles is volgeboekt en daarom reserveren wij, bij hoge uitzondering, ook alvast maar een plekje op een camping in Melbourne.


Kleine wasjes, grote wasjes
Woensdag 15 maart 2009, van Eden naar Merimubula- New South Wales - Australië

In Eden vinden we een prachtige camping. Direct aan de zee gelegen, ruime plaatsen met veel eucalyptus bomen en heel veel vermaak voor kinderen. Deze camping behoort tot de BIG4-groep waar we eigenlijk meestal juist niet voor kiezen. Ze zijn te commercieel en veel te keurig en daardoor vaak ook wat saai. Maar deze ziet er goed uit en we zetten ons tentje op een toegewezen schaduwrijk plekje neer. We worden direct begroet door de plaatselijke kangoeroetjes. We beginnen er al haast aan te wennen.

Dolfijnen spotten in pyjamaDe volgende ochtend zitten we te ontbijten naast ons tentje. Een stel vrouwen komt heel enthousiast terug van het strand en vertelt ons dat ze dolfijnen hebben gezien in de baai. Dus dat gaan we met onze slaperige koppies ook even bekijken. En ja hoor, niet eens zo heel ver van de kustlijn vandaan zien we de dolfijnen springen. Dat blijft een mooi gezicht. We horen later die dag ook dat het heel bijzonder is om ze hier te zien. Een man vertelt ons dat hij met een boottrip was mee geweest en hij heeft er niet één gezien. En wij staan hier (met Mika nog in zijn pyjama) op het strand zomaar, zonder tripje te genieten van de dolfijnen.

Als we die ochtend willen betalen voor een extra nacht krijgen we te horen dat het wel mogelijk is maar niet op de plaats waar we nu staan. We zullen ons tentje moeten verplaatsen! Hoezo? Er is letterlijk een half voetbalveld aan lege plaatsen (die er in onze ogen behoorlijk op elkaar lijken) beschikbaar! ‘Tja, het is een reservering’, is het antwoord. We vragen waarom we juist deze plaats hebben gekregen als we aangeven dat we twee nachten willen blijven. Maar wat we ook proberen, we hebben geen keus. We moeten verhuizen. Inmiddels is het gaan regenen en we besluiten desondanks de tent in te pakken en op zoek te gaan naar iets anders. Hier willen we niet nog een nacht blijven. 

Dat 'iets anders'  vinden we in het dorpje Merimbula, iets verderop in de vorm van een eco lodge midden in het bos. Niet geheel tot onze verrassing springen hier kangoeroetjes rond. Voor het eerst zien we hier het bijzonder vertederende baby’tje in de buidel bij mamakangoeroe. Deze eco lodge is ook weer een stapje terug in de tijd. Niet alleen qua looks maar ook qua wascomfort. Als Natasja de volgende dag de was wil doen staat ze toch even raar te kijken. De was zit er inmiddels in, het poeder erbij, knopje indrukken en klaar, zou je zeggen. Met onze moderne wasmachines zijn we verwend geraakt. Dit gedateerde apparaat heeft niet eens een water aansluiting! We gooien er zelf wat water bij en helpen het apparaat op gang komen. Dan is het verhaal nog niet teneinde Vervolgens moet, in stappen, alles ook nog in de oorverdovende centrifuge. Puf puf, wat een werk. Onze ouders zal dit waarschijnlijk allemaal welbekend in de oren klinken. We zitten zo een  paar dagen eco-verantwoord tussen de papegaaien, kangoeroes en eenden. We genieten ook van het, wellicht wat minder ecologisch verantwoorde, zwembad (wel solar heated!) dat we voor onszelf hebben.

Ondanks al het moois om ons heen zijn we (met nog ruim twee weken te gaan) stiekem aan het aftellen. Onze volgende bestemming lonkt in de vorm van Bali. In Australië zijn we al op fantastische plekjes geweest, hebben een indrukwekende natuur en heel veel wildlife gezien, maar toch. Het begint een beetje saai te worden. De afstanden zijn groot en het ene dorpje lijkt een kopie van de voorgaande. De enige reden die we kunnen bedenken is dat het teveel op thuis lijkt. Maar dan vaak een flink aantal jaren geleden. Misschien is het de manier van reizen. Iets wat ons in Azië juist zo aanspreekt. Maar laten we eerlijk zijn, we maken bijzondere dingen mee en willen niet klagen. We zijn ons er wel degelijk van bewust dat we beter hier kunnen zitten dan elke morgen met bus/auto in de file te moeten staan om op je werk te komen. We hebben het op dit moment gewoonweg erg goed en genieten van het feit dat we samen kunnen zijn.


Jodelahitie!
Donderdag 12 maart 2009. Ninety Mile Beach, Victoria, Australië

Nog steeds merken we de gevolgen van de recente bushfires. We wilden heel graag naar Wilsons Promontory National Park, een schiereiland aan het zuidelijke puntje van het Australische vasteland. Door de nog steeds aanhoudende branden is het park voor de rest van de maand gesloten. We gaan op zoek naar een alternatief en vinden deze in de vorm van The Great Alpine Road. Alles lijkt hier wel 'great', want nog maar enkele dagen gelden reden we over de Great Ocean Road. ‘It's a great country’, zullen we maar zeggen.

Het zwembad met de 'gekke' brugVlak voor het serieuze klimwerk gaat beginnen belanden we in het plaatsje met de grappige naam Porepunkah. Het 'centrum' heeft twee winkels waarvan er een een combinatie is van café/pub/motel/roadhouse/bottleshop en bij de andere kun je brood en melk kopen. Deze winkel geeft je een 'toen was geluk heel gewoon-gevoel'. Bij de eerste kopen we een paar stubbies (flesjes bier) en de bij de tweede een brood. De camping hier heeft een sterke kindermagneet in de vorm van een prachtige nieuw zwembad. Als we verder willen rijden of er nog een andere leuke camping is, laat Mika luid en duidelijk merken dat hij het er niet mee eens is. Dus 'kiezen' we maar voor deze camping. Met de hangbrug (Mika noemt het een gekke brug) waarop je lekker kunt springen is het feestje voor Mika helemaal compleet.

Naast zwemmen in dat fraaie nieuwe zwembad, rijden we met de auto ook Mount Buffalo op. Via vele bochten en steile klimmen bereiken we uiteindelijk de top. Nou ja, bijna dan. De picknickplaats, er net  onder, is ook voldoende voor ons. Het uitzicht over de Australische Alpen (nee, geen grapje zo heten ze echt!) is prachtig.

De Australische Alpen (geen grapje)Diezelfde Alpen moeten we de volgende dag 'bedwingen' om weer aan de kust te komen. Via steile wegen, scherpe bochten en uitgestorven wintersportplaatsjes passeren het hoogste punt van The Great Alpine Road en dalen daarna af naar de kust. Onderweg stoppen we voor een lunch in een parkje met een speeltuin. Zelfs het kleinste dorp heeft een prachtige en luxe speeltuin inclusief picknicktafel, barbecue en toiletten. Voor Mika is het elke keer weer leuk en kan hij zo tevens wat energie kwijt raken.

Het is een lange en vermoeiende rit maar dat wordt goed gemaakt doordat we diezelfde avond een lange wandeling maken over het prachtige Ninety Mile Beach. Er staat een stevige wind en de zee is woest. We waaien lekker uit. Ondanks dat we al vele kilometers langs de kust hebben gemaakt hebben we er nog niet in gezwommen. De zee is tot nu toe te wild en te gevaarlijk.


Citylife
Maandag 9 maart 2009. Melbourne, Victoria, Australië

Over het laatste stukje asfalt van The Great Ocean Road verlaten we Kennett River en rijden naar Melbourne. Van andere reizigers hebben we een tip gekregen voor een camping net buiten het centrum. Het navigatiesysteem brengt ons in verwarring als we door een gigantisch industrieterrein rijden. Moet hier een camping zitten? Het enige wat we zien zijn autoslopen, bandenzaken en een achterbuurt met vooral veel dichtgetimmerde ramen. Terwijl wij nog volop aan het twijfelen zijn roept onze navigatiedame: ‘you have reached your destination’. En verdomd, we zien zowaar een bordje met het welbekende campinglogo erop.

Aardbeien met pannenkoekAls ons tentje staat pakken we meteen de bus naar het centrum van Melbourne voor een eerste kennismaking. Ook brengen we een dagje door in de wijk St. Kilda, een artistieke wijk ten zuiden van het centrum. Via de bus en metro bereiken we St. Kilda. Het is echt een leuke wijk met gezellige en goede restaurantjes, mooie stadsparken, leuke straatjes met aparte retrowinkeltjes en als klap op de vuurpijl... een strand! Trendy, apart, ongedwongen en erg gezellig. St. Kilda is niet in één woord te omschrijven maar voelt wel direct goed. Bij één van de vele restaurantjes krijgen we een heerlijke lunch voorgeschoteld. Mika kan heerlijk ravotten met andere kinderen in diverse speeltuinen. En Natasja koopt stevig in (voor Mika) bij een bijzondere kinderkledingontwerpster.

Uitzicht over Melbourne vanaf erg hoogOnze laatste dag in Melbourne is het Labour Day! En dan pakken ze stevig uit. Langs de kade van de Southbank spelen diverse bandjes, treden straatartiesten op en laten acrobaten hun indrukwekkende kunsten zien. Vandaag gaan we ook naar Skydeck88, een uitzichttoren die erg hoog is (hoe hoog weten we niet precies) waar we met een lift omhoog gaan die een snelheid heeft van wel negen meter per seconde! En het is nogal hoog daarboven. En helemaal voor mensen (zoals wij) met hoogtevrees. De ramen lopen helemaal van vloer tot plafond en als Mika naar het raam probeert te lopen trekken we hem snel terug. Angsthazen. We kunnen ook nog naar The Edge (geen relatie met U2!) voor een extra dimensie van ons bezoek. Dan sta je in een glazen kubus van 3x3x3 helemaal buiten het gebouw! Toch maar niet. Toegegeven, de uitzichten hier boven zijn prachtig. Maar na een paar foto's staan we al weer snel beneden met een snelheid van wederom negen meter per seconde!

Melbourne is een leuke stad. We hebben natuurlijk geluk gehad met het weer en het gezellige festival. Voor ons was het vooral weer eens leuk om 'stads' te doen.


Strand, stad en sisters
Maandag 23 maart 2009. Kiama, Sydney en de Blue Mountains, New South Wales, Australië.

Kiama, heerlijk en simpelAls we na een lange dag rijden in Kiama aankomen vallen we met onze neus in de boter. Er is een jazz- en bluesfestival gaande. We eten heerlijk op een terras in het zonnetje en genieten van de sfeer en de live muziek. Uit ervaringen weten we dat we beter met een volle buik een camping kunnen zoeken om vervolgens ons tentje op te zetten. Omdat we geen elektriciteit nodig hebben krijgen we (weer) het mooiste plekje op de camping. We staan met ons tentje strak aan zee. Later die avond zien we een indrukwekkend wolkendek naderen waarin heel regelmatig flitsen verschijnen en even vragen we ons af of we inderdaad wel zo'n fijn plekje hebben. Gelukkig waaien de wolken langs ons heen.

De dagen in Kiama zijn heerlijk en simpel. We vullen de dagen met de speeltuin, de zee, het zwembad en vooral ook lekker rustig aan doen. Ook maken we een prachtige wandeling over de hoge rotsen die de baai omsluiten. En als Mika een uitdaging ziet in het lopen kan hij verrassend veel kilometers maken. Lekker klimmen en klauteren over de rotsen. Als we over een recht en vlak (en dus saai) pad lopen heeft hij er meestal snel genoeg van.

Vanuit Kiama proberen we alvast een onderkomen te regelen voor Sydney. En dat valt nog niet mee. We besluiten maar te zien hoe het loopt als we daar aankomen en zoals gebruikelijk op de bonnefooi erheen te rijden. De afstand tot Sydney is niet zo groot. Echter de chaos in verkeersborden en wegen is zonder navigatiesysteem eigenlijk niet te doen. We zijn dan ook erg blij dat we zo'n digitale-wegwijs-dame aan boord hebben. We vinden een leuke camping net buiten het centrum van Sydney. Al hadden we wel even onze twijfels over de juistheid van de afslag toen we het bord van een begraafplaats zagen. We zijn toch wel opgelucht dat we niet tussen de grafstenen de tent op moeten zetten. Sterker nog, het is een verrassend fraaie camping waar vandaan je heel snel met de bus in het centrum van Sydney kunt zijn, zo merken we.

Het bekende Opera HouseDiezelfde avond dineren we dan ook heerlijk in de buitenlucht op een terras van Sydney Harbour. Om de hoek staat het bij velen bekende Opera House dat we later natuurlijk ook nog even bezoeken. Een bijzonder gebouw dat er bij elke stap weer anders uit ziet. We beklimmen de vele trappen en genieten van het uitzicht op de Sydney Harbour Bridge. Daar zien we groepen mensen staan die voor hun lol en tegen betaling helemaal naar boven lopen. Not our cup of tea.

In Darling Harbour kan Mika even wat overtollige energie kwijt in de grote speeltuin. Het maakt hem niet uit in welk deel van de wereld een speeltuin staat. Hij wil spelen! Dit keer met op de achtergrond de wolkenkrabbers van Sydney. Ook de man die hele grote bellen kan blazen kan zijn aandacht een hele tijd vast houden. Tjonge, hij kan er bijna in staan! Het is heerlijk om weer eens in een grote stad te zijn.

Terug op de camping vallen we, ondanks een lange en vermoeiende dag, niet eens zo snel in slaap. Rond onze tent kruipen diverse nachtdieren zoals possum s en bandicoots. Onze slaapuren worden sowieso beperkt door het Australische wildlife. In de hele vroege ochtend worden we al gewekt door de krijsende kaketoes en lorikeets. Het klinkt erg leuk maar deze beesten zijn vroege vogels en als de zon heel voorzichtig tevoorschijn komt, zijn ze direct luidruchtig aanwezig. Naast luidruchtig zijn ze ook nog eens brutaal. Mika is niet de snelste eter en hij komt er tijdens het ontbijt al snel achter dat hij hier zijn eten goed in de gaten moet houden. Een brutale kookaburra neemt een duikvlucht en pikt een stuk brood van zijn bord. Angstvallig beschermt hij met zijn handen het bord en propt hij het brood naar binnen.

Het strand ligt vol met 'chicks' :-)Vol verwachting vertrekken we de volgende dag naar Bondi Beach. Dit beroemde strand, zo dicht bij de stad gelegen, heeft een grote aantrekkingskracht op velen. Tijdens ons vorige verblijf in Sydney wilden we ook hier naar toe, maar is het er niet van gekomen. We zagen er dus erg naar uit om alsnog een bezoek aan Bondi Beach te brengen. Vooral Don ziet er naar uit omdat de allereerste iMac werd gemaakt in de kleur Bondi Blue. En als het water van dit strand net zo mooi is als destijds de iMac was, dan kan het niet anders of het moet een geweldige plek zijn.

En daar staan we dan... met onze voeten in het zand van Bondi Beach. Wat we van tevoren ook hadden kunnen bedenken, dit is ook 'maar' gewoon een strand. Het zand is zacht, het zeewater is helder en de golven gaan ook hier door en door. Het strand ligt vol met chicks en in de branding drijven de surf dudes op hun surfboards. Voor ons allebei is er dus wel iets om te zien. En Mika maakt het niet uit. Strand is strand. Dus... ook hier is het rennen, spetteren en zandkastelen bouwen. Het valt hem niet eens op dat het hier wel heel erg druk is. Bij het verlaten van het strand wijst Mika ons op twee mannen 'van Afrikaanse afkomst' die liggen te zonnen. De zon heeft zijn werk gedaan want ze zien er indrukwekkend zwart uit. Natuurlijk ziet hij wel vaker donkere mensen, maar nog nooit heeft hij een geheel zwart lichaam gezien. En hij is er erg van onder de indruk. 'Mama, die meneer is helemaal zwart', zegt hij met een zacht stemmetje. Hij is duidelijk nog niet zo
multi cultureel als we hoopten.

De weg terug is een onvergetelijke ervaring voor Don. Onze wegwijs-dame spreekt niet altijd de waarheid zo merken we. In technische bewoordingen, ze is niet voorzien van de laatste software. Daardoor belanden we, midden in de spits, in het chaotisch centrum van Sydney! Precies de plek waar je niet wilt zijn, zeker op dit tijdstip. Het kost heel wat moeite, zweetdruppels en gezond verstand (borden lezen!) om hier weer uit te komen. Even later rijden we over The Bridge en laten het centrum (gelukkig!) achter ons.

De drie zusjes...Net als vele inwoners van Sydney trekken we voor het weekend naar de Blue Mountains. Een verkoelend plekje met prachtige uitzichten. We verblijven in Katoomba met zijn vele Art Deco gebouwen en diverse retro winkeltjes. Hier overnachten we in een oud engelse B&B. Vanuit onze B&B is het een korte wandeling naar de, ontelbaar vaak gefotografeerde, Three Sisters. Een rotsformatie die minstens zo indrukwekkend is als het landschap op de achtergrond. Wat is het heerlijk dat er de volgende ochtend een ontbijt voor ons klaar staat (we verlangen nu echt weer naar Azië) zonder dat we er iets voor hoeven doen. Nou ja, we moeten het nog wel zelf op ons bord leggen. We rijden diverse lookouts af en we merken aan alles dat we nu echt in een zeer toeristisch deel van Australië terecht zijn gekomen. Neemt niet weg dat de omgeving bijzonder mooi is en de uitzichten, op zijn zachts gezegd, indrukwekkend.


One night stand
Zondag 29 maart 2009. Stockton, North Haven en Emerald Beach, New South Wales, Australië.

more night standNa een paar weken Australië komen we tot de conclusie dat velen hier een one night stand hebben. We doelen dan niet op een spannend avontuurtje maar op een, op het oog, nogal gehaaste stijl van reizen. Aan het eind van de dag zie je ze binnenkomen, veelal met een camper. En als we 's morgens rustig zitten te ontbijten zie je ze al weer vertrekken. We krijgen sterk het vermoeden dat het mensen zijn voor een one night stand. Wellicht hebben ze zich vergist in de grote afstanden en het (verplicht) maken van vele kilometers waardoor er niet meer tijd is om meer dan één nachtje op een camping te blijven. Dat is bij ons niet aan de orde. We hebben er vooraf bewust voor gekozen om ruim de tijd te nemen en niet een zo groot mogelijke afstand af te leggen. Het is heerlijk om een paar dagen op een camping te verblijven en dan de omgeving te verkennen. Een Australische man vertelde ons dat hij ook een tijdje op die manier heeft gereisd. En uit eigen ervaring wist hij te vertellen dat je dan eigenlijk meer televisie kijkt. Je ziet de landschappen langs je heen glijden maar krijgt er geen gevoel bij.

Ook merken we dat we nu in een veel toeristischer deel van Australië zijn aangekomen. We zien nu ook Nederlandse gezinnen (met camper!) die het bekende traject van Cairns naar Sydney afleggen. Alles hier lijkt ook steeds meer op onze eigen bekende westerse wereld. Dat merk je aan alles.

Mag dit wel?Via Stockton, waar we met de ferry oversteken naar Newcastle en een bezoek brengen aan de fraaie Kathedraal, rijden we verder noordwaarts naar het plaatsje North Haven. Als we de camping opkomen rijden we, zonder dat we het ons direct realiseren, een vreemde wereld binnen. Deze camping hangt aan elkaar van geboden. Er mag vooral heel veel niet, en als er wel iets mag dan zijn er weer speciale voorwaarden waaronder iets mag. Mooi, er is een zwembad. Maar je mag er niet in springen, je mag er niet in duiken, je moet geschikte badkleding dragen, je mag geen eten meenemen, je mag zelfs geen kauwgom in je mond hebben. Zwemmen mag wel. Maar mocht je dat te enthousiast doen dan zullen ze je zonder pardon verwijderen. In de badkamers is het zo mogelijk nog erger. Hele wanden vol met borden met geboden en regels waaraan je je dient te houden. Als we de volgende ochtend wat spullen uit de gemeenschappelijke koelkast willen halen merken we dat alles er uit is gehaald. Onze halfvolle fles (heerlijke) rosé hebben ze zelfs gewoon weg gegooid! Als we vragen wat er gebeurd is krijgen we als antwoord dat we niet onze artikelen hadden beschreven met onze namen en plaatsnummer. Dat stond nou weer niet op één van de bordjes. Als de koelkast uitpuilde van etenswaren en drank van allerlei mensen hadden we hiervoor nog wel begrip kunnen opbrengen. Maar we waren de enigen die gebruik maakten van de koelkast! Truttigheid troef. Althans in onze ogen. Verbaasd kunnen we eigenlijk niet zijn. Want in een land waar patchwork en quilting zo populair zijn, zal en kan niet iedereen ruimdenkend zijn. Hahaha!

De niet zo comfortabele slaapmatjesIn Emerald Beach hebben we een ideaal stekje gevonden. We beginnen de eerste dagen in onze tent, zoals we inmiddels al vele weken doen. Met het einde van Australië in zicht beginnen de zeer dunne slaapmatjes ons tegen te staan. We slapen door het gebrek aan comfort ook wat minder goed de laatste tijd. Als we dan ook nog horen dat de weersvooruitzichten niet al te best zijn, nemen we onze intrek in een zeer luxe en comfortabel huisje. Het is pas een paar maanden klaar en is van alle gemakken voorzien. Het heeft een bed met een heerlijk matras waar je zo zalig in wegzakt. Als het die avond ook nog eens met bakken uit de lucht komt zijn we extra blij. We verlengen ons verblijf iedere keer weer met een extra nachtje. We kunnen geen afscheid nemen van dit lekkere huisje.

Naast comfortabel is een huisje ook heel praktisch, want ondertussen moeten we ook beginnen met onze spullen (die letterlijk door de hele auto liggen) op te ruimen. De kampeerspullen kunnen straks ook weer terug naar Nederland. We genieten dan ook van de ruimte die het huisje biedt en werken onze website bij. Mika kijkt televisie op een fraaie flatscreen. We hebben hier zelfs twee dvd'tjes kunnen kopen die ook Nederlands gesproken zijn. Dat hadden we nooit verwacht. De camping zelf heeft ook veel te bieden in de vorm van een speeltuin, springkussen en een zwembad. En natuurlijk staan we weer dicht bij zee waar Mika weer lekker kan klimmen op de rotsen. Elke avond voor hij naar bed gaat maken we een wandelingetje over het strand.

Heimwee?Een tekst in de Lonely Planet wekt zo de nieuwsgierigheid van Don dat een bezoek onvermijdelijk is. We lezen: Clog Barn is a bizarre miniature Dutch village with a ridiculously large range of collectable spoons. It makes the Big Banana look sophisticated. Kids will like it, adults will be bamboozled. En wees nou eerlijk, wie wil er niet gebamboozled worden? Dus een bezoek is nu een must. Clog Barn is echt een klein beetje Nederland Down Under. Als we uit de auto stappen komt de geur van spekpannenkoeken ons al tegemoet. Het kleine knusse Jordaanse restaurantje zit helemaal vol met 'grijze duiven' die waarschijnlijk ooit, eens heel lang geleden, Nederland hebben achter gelaten voor een bestaan in Australië. We nemen een kijkje in mini Madurodam en zien de vele klompen en Delfts blauwe windmolentjes. Op de weg terug zien we die hierboven genoemde Big Banana. Niet meer dan een grote banaan van beton. Maar hier toveren ze dat om in een toeristische trekpleister en zetten een paar (officiële) borden langs de kant van de weg...

Vervolg reis in Indonesië

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!