Artikelindex

Waterpret
Zondag 31 januari 2010.  Mallacoota, Victoria, Australië.

We rijden verder naar het oosten. Aan het begin van de middag rijden we een stukje om bij Orbost richting Cape Conran. Het schijnt dat er hier een leuke route langs de kust gaat. De route is inderdaad leuk en we besluiten te stoppen bij een strand. Nadat we een stukje door een bos hebben gelopen, komen we bij een bijna verlaten strand uit. Het is een strand van een soort binnenzeetje. Na een ondiep stuk zee van een paar honderd meter komt er nog een duinenrij voordat de volle zee in zicht is. Het binnenzeetje is lekker warm en ondiep. De kinderen vinden het geweldig en spelen heerlijk in het water. We spenderen hier zeker anderhalf uur. Uiteindelijk zijn we echt de enigen op het hele strand. Marjan en ik kijken om de beurt nog even aan de overkant van de binnenzee en dan gaan we weer verder. Ons reisdoel is Mallacoota, waar we rond een uur of vier aankomen. We vinden een plekje op een grote camping aan een meertje dat uitmondt in de zee. We hebben weer een plekje gevonden in de buurt van een speeltuin. Als de auto net stil staat rennen de kinderen al naar hun speeltuin.

 

Bakken maar…
Dinsdag 2 februari 2010. Mallacoota, Victoria, Australië.

altMarjan voelt zich niet zo goed en brengt het grootste deel van de middag slapend, opgevouwen op het kleine bankje van de camper door. Ik loop ’s ochtends een rondje met Mayra om uit te vinden wat er allemaal te zien en te doen is in de buurt. Marjan ziet het meeste niet zitten, dus blijven we rond de camper en de kinderen vermaken zich prima in de speeltuin. We maken er een verplichte rustdag van. Halverwege de middag knapt Marjan weer wat op en halen we vlees voor de barbecue. Vlak bij ons kampeerplekje staat een mooie, schone gratis barbecue, dus een druk op de knop en bakken maar. Ik bak lekkere worstjes en stukjes vlees bruin en we eten het op naast de barbecue aan een picknicktafel. De kinderen vinden het geweldig en spelen in het gras en in de nabij gelegen speeltuin.

 

Dusky Flathead
Woensdag 3 februari 2010. Mallacoota, Victoria, Australië.

We beginnen de dag rustig. Marjan ligt in het gras met Mayra. Ze lezen en doen spelletjes. Ik ga met Morris vissen op een rots bij de camping, niet ver van ons campertje. Ik heb gisteren een zakje bevroren garnalen en een visvergunning gekocht, dus nu gaan we voor het echie. Zoals ik al eerder schreef ben ik zeker geen ervaren visser, dus ik verwacht er niet veel van, maar ik probeer het gewoon. Binnen een kwartiertje heb ik al beet en haal een bream(pje) naar boven. Dit is de Australische naam, het zou best een brasem kunnen zijn, maar zoals ik al zei, ik heb niet veel verstand van vissen. Het beestje is niet zo groot. Ik schat zo’n vijftien centimeter. Morris is helemaal enthousiast over mijn vangst. Navraag bij een collega visser (ja, zo voelde het echt een beetje) leert dat het beestje inderdaad flink onder de maat is. Ik gooi hem dan ook snel terug en maak een grapje dat hij zijn vader maar moet sturen. Na enige stilte zegt Morris dat hij dit niet zo’n goed idee vindt, omdat dit visje dan geen vader meer heeft…

Even later vang ik een dusky flathead. Een soort grondvis. Die spartelt echter nogal tegen, bijt de lijn door en valt jammer genoeg van de rotsen terug in het water. Zijn vin prikt me nog wel net even en mijn duim bloedt. Morris vindt het maar niks. Later vang ik nog een ondermaatse (ja ja, ik gebruik nu ook al vaktaal…) bream en gooi ook die terug. Even later komen Marjan en Mayra ons een glaasje appelsap brengen en gaan we terug naar het campertje voor een broodje.

‘s Middag huren we een bootje. Vlak bij de camping kun je er een met een klein kajuitje huren. Het lijkt ons leuk om over het meer te varen, vogels te kijken en te vissen (jawel, alweer). Het bootverhuurmannetje geeft ons een stoomcursus varen en dan gaan we het haventje uit. Het bootje heeft een klein aanhangmotortje wat volgens mij ook nog aardig afgeknepen is, dus het gaat niet erg snel allemaal. Bovendien staat er wel een beetje wind, dus we gaan langzaam over het meer. Het meer hoort brak te zijn, maar het is behoorlijk zout en we zien ook kwallen zwemmen. Vroeger mondde het meer uit in de zee, maar tegenwoordig is het meer afgesloten door een wal van zand. Wij begrijpen dat dit komt doordat er in Australië de laatste jaren erg weinig regen valt. Na een dik halfuur varen gooien we het anker uit en gaan Marjan en de kids even zonnen en kleuren in de boot en ik gooi weer mijn hengel uit. Ook hier vang ik twee ondermaatse breams, maar ik vang ook een snapper van bijna veertig centimeter en een even lange dusky flathead. Eenmaal in de boot steekt deze mij twee keer in mijn vingers. Een ezel… Oké , de volgende keer neem ik wel een oud handdoekje mee. Morris is wel een beetje in paniek als hij het bloed op mijn vingers ziet.

Marjan en Morris vinden het geen goed idee om de vissen op te eten, maar ik wil mijn zelfgevangen visjes wel opeten. Dat zal wel bij mijn oerinstinct horen. Wij mannen horen toch te jagen voor ons gezin? Uiteindelijk besluit ik ze eerst in een emmer te doen, maar later wil ik ze toch meenemen en opeten. Ik weet nog niet hoe ik ze moet klaarmaken, maar komt tijd, komt raad. Doordat ik nu ook echt wat eetbaars heb gevangen begin ik wel veel beter te begrijpen wat de lol van vissen is. Ik betwijfel echter of het in Nederland ook mijn hobby wordt.

altaltalt

We gaan dan nog een stukje varen, maar de wind is nog meer aangewakkerd, dus we maken al snel rechtsomkeert naar de haven. Drie uurtjes varen is ook ruim voldoende voor de kids. Marjan vaart ons bootje de haven in en legt hem aan bij de steiger. In de haven staat een schoonmaaktafel voor vis. Er ligt een groot mes, dus ik begin, naar mijn beste kunnen maar aan mijn dusky flathead. De meeuwen en megagrote pelikanen staan al klaar voor de restjes. Naar mijn idee lukt het best aardig (ik had goed opgelet bij de dvd die ik bij mijn hengel kreeg). Maar de snapper lijkt me wel wat lastiger. Gelukkig komt er een ouder stel aan met een zak vol vis die me aanbieden het voor te doen met hun mes. Het ziet er niet al te moeilijk uit, maar ik vrees dat als ik het de volgende keer zelf moet doen het nog wel tegenvalt.

Ik had de stukken klaargemaakte vis naast de vriendelijke meneer neergelegd, maar als we klaar zijn om naar ‘huis’ te gaan blijkt dat de meeuwen slimmer en brutaler zijn dan ik had verwacht, en er vandoor zijn gegaan met mijn lekkere vis. Helaas. Wel balen. De stukken snapper bak ik, met wat peper en zout, later op de barbecue en die smaken ons prima. De kinderen proeven ook nog een hapje, maar ze vinden het maar niks.

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!