Artikelindex

Great Ocean Road
Vrijdag 2 maart 2012. Port Campbell NP, Australië.

We zitten momenteel ‘aan’ de Great Ocean Road, op een camping met koala’s, kookaburra’s en papegaaien. Het weer is tamelijk onstuimig: veel wind en vrij fris. Ik had het vanavond zelfs even koud. Dat had ik een kleine week geleden toch niet kunnen denken! In Broken Hill (een paar dagen geleden nog heet en gortdroog) schijnt het inmiddels enorm geregend te hebben. Het is blijkbaar raar weer in Australië.

Gisterochtend werden we wakker in Hawkesdale, dat écht niets voorstelde (we waren er doorheen gereden voor ik het goed en wel doorhad). We reden verder naar de kust en brachten een bezoekje aan het Tower Hill Reserve, gelegen in een oude krater. Er zou veel wildlife zitten en er zouden mooie wandelingen te maken zijn. De locatie was bijzonder, de rest viel wat tegen. Het leek erop, dat het reservaat wat verwaarloosd was. We maakten een wandeling naar een top van waar je een 360 graden- uitzicht zou moeten hebben. Die 360 graden waren duidelijk beperkt door vele bomen die het uitzicht belemmerden.

Later maakten we nog een wandeling over een vlonder door wetlands. we konden het water en de bijbehorende vogels niet zien door de enorme hoeveelheid aan riet die er stond. We zagen op een gegeven moment een heel klein zwart slangetje op de vlonder liggen, en Ron zag naast de vlonder een flinke bruin gevlekte slang. Beangstigend, omdat vrijwel alle slangen in Australië erg gevaarlijk zijn. Naast dit wildlife’ zagen we welgeteld één emoe (soort struisvogel) en één dood konijn (er hingen bordjes dat er konijnengif was gestrooid). We vonden het tijd worden om maar eens te vertrekken.

In Warrnambool zijn we naar een supermarkt geweest. In de winter kun je er – als je geluk hebt – walvissen in zee zien, maar omdat het geen winter is, hebben we Warrnambool verder maar gelaten voor wat het was en is.

Het werd tijd, om eens te gaan bekijken wat de Great Ocean Road voor ons in petto had. De kustlijn aan de Westkant (wij rijden ‘De Road’ van West naar Oost) bestaat uit steile kliffen en veel ‘losse delen’ in het water, doordat zachter gesteente door de zee weggeslagen is. Dat konden we meteen al goed zien, bij het eerste en bijna het beste viewpoint waar we stopten. Bij een volgende parkeermogelijkheid konden we met een trap het strand op. Daar maakten we gebruik van. Dat was achteraf gezien ook wel verstandig, want daarna kwamen er niet veel mogelijkheden meer. Weer verderop waren een boog-rots en een ‘grot’ van rots te bekijken.

3911-klein

Inmiddels schoot de dag al aardig op. In Port Campbell vonden we een mooie, opnieuw zeer complete speeltuin (met toiletten, picknicktafels en bbq, compleet met aanrecht en heet water kraan). Een ideale plek om te koken en eten dus.

Het werd later en later en we hadden nog steeds geen ‘slaapplekje’ gevonden. Aan de Great Ocean Road wild kamperen wordt waarschijnlijk niet door velen gedaan. Het is waarschijnlijk ook niet helemaal de bedoeling, maar we voelden er toch weinig voor om op dat tijdstip alsnog naar een camping te gaan. We besloten een ‘wilde plek’ te gaan zoeken. We zagen direct aan de weg steeds bordjes met een tentje met een rode streep erdoor. We besloten ons geluk in het ‘binnenland’ te beproeven. We kwamen terecht in het Port Campbell National Park, op een 4WD-track. Het was inmiddels donker. De weg was smal en werd steeds smaller. De takken schuurden aan twee kanten langs de auto. Het pad bestond uit twee rijsporen en het gras in de middenberm was vrij hoog. De weg klom en daalde ook nog flink. We begonnen ons af te vragen, of het wel verstandig was geweest er aan te beginnen, maar teruggaan (keren) was geen optie. Eén keer zagen we een vos aan de kant van de weg; meer wildlife hebben we niet gezien. Uiteindelijk vonden we een open en vlakke plek. Dat werd ons ‘slaapplekje’. We hebben er heerlijk geslapen, en er is die nacht hooguit een possum, maar geen verkeer langsgekomen.

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!