Artikelindex

Zion National Park
Woensdag 15 september 2010. Zion NP, Utah, Verenigde Staten.

De route van Las Vegas naar Zion gaat door een kaal en dor woestijnlandschap. Langs de weg staan billboards van gladde advocaten die advies leveren bij letselschade, verkeersboetes, faillissement, echtscheiding en zelfs gevangenschap (We will get you out as fast as possible). Het is niet de meest inspirerende route, maar het geeft ons de gelegenheid om te wennen aan de bus. Op rechte, brede en gladde wegen is er niet veel aan, maar wegen zijn nou eenmaal soms bochtig, smal en hobbelig. Er rammelt van alles in de bus en boven de 65 mijl per uur stuurt het minder lekker. Maar zolang we niet te hard rijden en voor elke scherpe bocht of manoeuvre eerst praktisch tot stilstand komen, is het goed te doen.

Aan het eind van de middag zijn we in Zion NP. We schaffen een Nationale Parkpas aan en veroveren een mooi plekje op de Watchman Campsite aan de zuidkant van het park. Het eerste wildleven toont zich onmiddellijk: overal lopen eekhoorntjes en hagedissen. Herten gaan we hier zeker ook nog zien. Volgens onze buurvrouw op de camping zijn er zelfs beren in het park. Dat was niet de afspraak! Ellen had nadrukkelijk gezocht op beerloze bestemmingen. Moeten we nou anti-beer-spray gaan inslaan? Of eh, uitvinden?

altaltalt

Na onze eerste nacht in de camper is het tijd om het park te gaan verkennen. We kunnen met Teun natuurlijk niet elke uithoek bekijken, maar wat wel kan is de Pa'rus trail, een fietspad dat een paar kilometer de kloof in loopt. We willen Teun graag eens een ‘hertje’ laten zien - zijn eerste (onbewuste) woordje - maar het zit er helaas nog niet in. 's Middags stappen we op de shuttlebus die ons wat verder de kloof in brengt. Deze gratis shuttle is ongeveer tien jaar geleden ingevoerd toen Zion dichtslibde met files. Sinds die tijd mag je er met je eigen auto niet meer in. Een verstandig besluit, lijkt ons, als we de foto's uit de jaren zeventig bekijken. Aan het einde van de dag zoeken we verkoeling in de Virgin River. The motherfucker that created this canyon is nu een maagdelijk kabbelend, Teun-vriendelijk beekje.

altaltaltalt

's Morgens is Ellen voor dag en dauw uit de veren om de wandeling naar Angels Landing te gaan maken. Ze had zich al maanden verheugd op deze hike, en ik heb haar hiervoor een tijdelijke ontheffing van het moederschap verleend. Ellen stapt dus alleen op de bus richting het trailhead, en ik ga op stap met Teun in de wandelwagen. Ik loop met hem naar het Zion museum, wat niet heel avontuurlijk zou zijn als ik de rolstoelvriendelijke route had gekozen. In plaats daarvan moet ik allerlei off-road technieken aanwenden, zoals het klunen over boomstammen en het over een hek klimmen met Teun en de wandelwagen. Dat laatste deed me vaag denken aan het probleem van die boer die een kool en een schaap en een wolf naar de overkant van een rivier moet brengen. Als ik Teun eerst aan de overkant zet kan hij daar worden opgegeten door een beer, maar als ik eerst de wagen naar de andere kant til, dan kan hij juist aan deze kant worden opgegeten. Uiteindelijk los ik het probleem vrij pragmatisch op door de aanname te maken dat er geen beren in de buurt zijn.

Aan het eind van de ochtend is Ellen terug, razend enthousiast. Ze is richting Angels' Landing gelopen tot even voorbij het punt waar de kettingen hangen (en nodig zijn); na dat punt werd het haar te eng. Desondanks was deze wandeling volgens haar nu al het hoogtepunt van de vakantie. Heb ik weer. En heeft Teun weer. 's Middags gaan we naar Springdale, het ‘servicestadje’ van Zion NP, om boodschappen te doen en een paar boeken te kopen. En we dompelen onszelf nog een keer onder in de Virgin River.

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!