Artikelindex

ArienMatthijs200-2Arien en Matthijs met kleuter en peuter naar Sri Lanka
11 juli - 8 augustus 2012

Deze zomer hadden Arien en Matthijs anders willen beleven want Madelief (4) en Suze (2) verwachtten een zusje te krijgen. Tot hun intens verdriet mocht het niet zo zijn. Met bewondering volgden we de veerkracht van deze familie. Hun reis door Thailand, Maleisië en Bali in 2011 zou al een vervolg krijgen in 2013. Met een dubbel gevoel is de reis naar voren geschoven. Het mooie Sri Lanka deze keer, zij het met een lach en een traan. 

door Arien Bosch


Sri Lanka; met een lach en een traan
Dinsdag 13 maart 2012. Nederland.

Een jaar geleden is het alweer dat we met zijn viertjes door Thailand, Maleisië en Bali trokken en met elkaar genoten van al het moois (en lekkers) daar. We denken er veel en graag aan terug. Plannen maken mag altijd en dat deden we eigenlijk na een aantal maanden al weer. In de zomer van 2013 zouden we terug gaan en dan met elkaar het Noordoostelijke deel van Thailand gaan ontdekken. En dan ook met zijn vijven! Deze zomer zouden we immers in Nederland op een roze wolk gaan beleven en zou ons derde dochtertje geboren worden. Tot ons intense verdriet mocht dit niet zo zijn. Half februari is ons meisje Sterre overleden na een zwangerschap van bijna zes maanden.

Je hoeft geen goede reden te hebben om een mooie reis te maken. En dat hadden we in dit geval ook niet toen we besloten toch een vakantiebestemming te zoeken voor deze zomer. Hoe dubbel was het om ons daar in te verdiepen. Aan de ene kant bood het een mooie afleiding en zou het ongetwijfeld fijn zijn om naar uit te kijken. Aan de andere kant was het natuurlijk een alternatief voor iets dat we voor geen goud hadden willen missen.

Het kostte dan ook even om daadwerkelijk de knoop door te hakken en concreet naar tickets op zoek te gaan. Azië trok ons het meest, maar de landen die Liekans om te gaan vergelijken was aanwezig en dat zou zonde zijn. Daarbij is er natuurlijk nog veel meer moois te zien en te ontdekken. Indonesië kwam op ons lijstje, Zuidwest China, Zuid Afrika. Het weer rond juli/augustus in die landen (want helaas zitten we nu vast aan de schoolvakantie), de mogelijkheden voor het reizen met twee meisjes van twee en een half en vijf jaar en de ticketprijzen hebben uiteindelijk de doorslag gegeven. We hebben geboekt naar Sri Lanka!

Met de Emirates vliegen we 11 juli vanaf Düsseldorf naar Colombo. Een kleine maand hopen we daar te gaan genieten van dit veelzijdige en compacte land. Heel verrassend zal onze route daar niet zijn. We willen de eerste dagen bijkomen aan de Westelijke kant van het eiland aan het strand in Bentota. Vervolgens zullen we langs de kust afzakken naar Yala National Park, klimmen we omhoog richting de theeplantages van Ella en contreien, ontdekken we de Oostelijke kust, gaan oude tijden beleven in de culturele driehoek en eindigen onze reis in Kandy waar begin augustus het fameuze Perahera festival is.

‘En de zon schijnt er ook?’, vraagt Madelief als we haar vertellen dat we naar Sri Lanka gaan. Ja, dat beloven we haar! De bikini kan dus mee. ‘En hebben ze er ook olifanten?’ Ja, zelfs met kleren aan laten we haar zien, via filmpjes op Youtube van het meerdaagse festival in Kandy. Onze meisjes hebben er zin in, dat staat vast... en wij volgen hen daar graag in, zij het met een lach en een traan.

dsc_03041

Laat de zomer maar komen
Dinsdag 15 mei 2012. Nederland.

Over minder dan twee maanden zitten we al in Sri Lanka. Aan de ene kant nog ver weg, maar aan de andere kant kunnen we de zee al horen, het strand voelen en het lekkere eten al proeven. We hebben ons de afgelopen periode met wisselende gevoelens bezig gehouden met onze trip. Het betekende enerzijds een confrontatie met een zomer die we zo ontzettend graag anders hadden beleefd. Aan de andere kant biedt het ons weer aangrijpingspunten genoeg om met een glimlach vooruit te kijken. Met ons viertjes, hechter dan ooit, rondtrekkend door een heel divers land met vele mooie gezichten. Daar kan je eigenlijk ook niet anders dan blij van worden. Laat de zomer maar komen!

Met de Lonely Planet als basis, een gedetailleerde kaart en het www als onuitputtelijke bron hebben we een leuke route gemaakt. Je komt bij het plannen eigenlijk altijd dagen te kort. Maar we hebben ook niet de illusie dat we in een kleine maand alles kunnen zien. Voor de meeste plekken die we aandoen, hebben we al onze accommodatie geboekt. Van guesthouse, villa, tot B&B, bungalow, hutje en hotel; heel divers en hopelijk ook stuk voor stuk erg eigen. De eerste contacten met de mensen daar stemmen hoopvol, ze brengen ons ook al helemaal in Oosterse sferen. Heerlijk die hartelijkheid, het grappige Engels en de uitnodigende uitspraken als ‘looking foward to welcome you’ en ´best wishes from the Bay´.

Ook Madelief en Suze lijken er volop zin in te hebben. Zes weken is voor hen nog best ver weg. Maar het vooruitzicht dat we weer gaan slapen in het vliegtuig (ja, dit voornemen juichen we van harte toe), je elke dag blote benen en armen mag, we olifanten en tijgers gaan zien, én danseressen, tempels en misschien zelfs olifanten met kleren aan… en dat we elke dag gaan zwemmen, maakt dat het niet snel genoeg juli kan zijn.

Onderstaande plaatsen en onderkomens worden voor een paar dagen ons ‘thuishonk’ om vanuit daar de omgeving te gaan bekijken. We verblijven er tussen de twee en vier nachten.

Hikkaduwa, villa Kandu
Tangalle, Ganesh Garden
Tissamaharama (nabij Yala NP), Hibiscus Garden Hotel
Ella, Mountain Heavens
Arugam Bay, Hideaway Resort
Omgeving Polonnaruwa
Kandy, Hotel Hilltop
Waikkal, Hotel club Dolphin

De komende weken zijn we nog volop in het ‘hier en nu’ met als hoofdbestanddeel werk en school. Maar terwijl we dat doen, lopen Suze en Madelief alvast hun nieuwe Teva’s in, spieken we al vaak op de WeatherPro app wat het weer daar doet, willen we nog op zoek naar een slaapmatje voor Suze aangezien dat weer een bed scheelt (de Derian tent blijft deze keer thuis), moeten we nog een visum regelen, onze reisapotheek checken evenals de benodigde prikken. En zoeken we tussen de bedrijven door ook zeker de mooie plekjes in Nederland op.

 

Wat knopen doorgehakt
Zondag 3 juni 2012. Nederland.

Even een dipje in het zonnige weer in Nederland. Maar wij weten de regendag van vandaag toch aardig te besteden. Weinig reden om naar buiten te gaan, waardoor we wat voorbereidingen voor onze vakantie treffen. Er zijn (lees: waren) namelijk nog wat twijfelpuntjes. Suze heeft vorig jaar tijdens onze trip drie maanden met de grootste vanzelfsprekendheid in ‘haar tentje’ geslapen. Maar nu een jaartje ouder en eigenwijzer, twijfelen we of haar daar makkelijk in krijgen. Daarbij komt dat de Derian toch een aardig pakket vormt. Aangezien we deze keer wat meer met het openbaar vervoer willen reizen, kan elk stuk bagage extra voor de (on)nodige ballast zorgen. Maar het alternatief, slapen op een matje, kent ook wat nadelen. We nemen de proef op de som. De Derian komt van zolder en Suze krijgt de keuze: wordt het een tentje of een matje. Ze lijkt in eerste instantie voor beiden niet te porren, maar duikt niet veel later toch enthousiast de tent in. Ook Madelief ziet een nieuwe speelplek voor deze ochtend en de dames vervelen zich de rest van de morgen niet meer.

Het volgende vraagstuk is de rugdrager. Ook hiervoor geldt dat het weer een extra bagagestuk vormt. Suze is, zeker voor haar leeftijd, een goede loper. Maar we hopen op een paar plekken toch wel wat mooie en langere wandelingen te maken. En zeker de bergen zoals Adam’s Peak in Horton Plains National Park en de Sigiriya Rock, oftewel de Lion Mountain, zijn zo uitnodigend, dat het zonde zou zijn als we daar niet omhoog kunnen met zijn viertjes. Weinig overpeinzingen later en een test of ze nog makkelijke draagbaar is, doen ons beslissen ook onze MacPac mee te nemen. Voor zover dus nog niks anders dan vorig jaar. Alhoewel een buggy niet meer meegaat. Deze hadden we vorig jaar eigenlijk alleen voor de sier mee.

Wat ook anders wordt, is de rugzak van Madelief. Waar het vorig jaar nog een schattige kleuterrugzak was, lijkt het ons handiger om voor haar een wat grotere rugzak te kopen. Maar is dat wel reëel voor onze grote meid? We zien het al voor ons: ‘Hee, waar gaat die rugzak met dat meisje heen’. Het is koopzondag in Amersfoort en we checken daarom de buitensportzaken uit. Rose is de mode en gelukkig gaan aardig wat merken hierin mee. We vinden een hele mooie rugzak van twintig liter waar ze over zes weken straks genoeg tekenpapier, boekjes en spelletjes in kan meenemen. We reizen dus met:

een MacPac draagrugzak
een dag rugzak van twintig liter voor Madelief
een Osprey Meridian van tachtig liter, trolley en rugzak ineen
een Osprey Meridian van zestig liter, (hier zit een dag rugzak opgeritst)
vier keer goede zin!

Op de valreep van deze zondag nog een nieuwe ervaring voor Madelief. Na onze slechte snorkelervaringen met haar vorig jaar in Zuid Thailand zoeken we de snorkelspullen er maar weer bij. We stellen voor te gaan oefenen in bad. Na wat tegenstribbelingen dat ze het ‘te spannend’ vindt, heeft ze ineens de smaak te pakken: ‘Ik kan het nu zo goed, omdat ik al bijna een oudste kleuter ben’. Wij beamen het volop en genieten van haar trotse koppie. Dat wordt straks leuk in het snorkelparadijs aan de oostkust. En Suze dan…? Suze die past dan relaxt (met een goed boek) op onze bagage.

dsc_03201


We zijn er
Woensdag 11 juli 2012. Hikkaduwa, Sri Lanka.

dsc_0011Op tien kilometer hoogte, rond middernacht Nederlandse tijd, is het de hoogste tijd voor een uitgebreid diner. Wij passen, maar vooral Madelief doet zich uitgebreid te goed aan al het lekkers. De Emirates weten wel hoe ze de kinderen voor zich moeten winnen. Naast heel veel cadeautjes die ze bij aanvang kregen, bestaat het eten uit o.a. een zak chips, brownie, stukjes gerookte kip, appelmoes en om het af te maken een Kit Kat. Daar kun je vast heel goed op slapen… en wonderwel gebeurt dat ook gelijk erna. Tot aan Dubai slapen onze meisjes alsof ze in hun eigen bed liggen. De ouders zijn lichamelijk wat minder flexibel en moeten het hebben van wat hazenslaapjes. Daarbij stuitert onze sigaar ook bij tijd en wijle en dat vraagt toch om enige alertheid.

In Dubai worden we overweldigd door de transitruimten. Eén en al leven, winkels en natuurlijk ook veel goud wat er schittert. Slaapdronken lopen we er rond. Zowel Madelief als Suze hebben zo goed geslapen dat ze al snel weer praatjes krijgen, ook al is het half vier ’s nachts. Wij kijken uit om weer aan het tweede deel te beginnen, de ogen voelen wel erg zwaar. Dit traject leggen we gescheiden af. Moeder des huizes zit achteraan in het vliegtuig en Matthijs met de dametjes net achter de businessclass. We hadden de Ipad meegenomen ter vermaak, maar het apparaat blijkt overbodig en die laten we dus maar ook mooi in de tas. Ook hier weer vermaken beide meisjes zich opperbest met de gekregen tekenboekjes en wisselen dat af met een paar schoonheidsslaapjes.

‘Wow, wat een prachtige natuur, mijn lievelingsbomen’, roept Madelief enthousiast als we bijna landen. Sri Lanka lijkt vanuit de lucht bewoont door enkel palmbomen. Uit het vliegtuig komen, gaat soepel. Door de douane wat minder. Welkom in Azië, zeggen we tegen elkaar. In het eerste bureautje zit een man in het wit met statige pet te turen naar onze visapapieren. Alles lijkt uiteindelijk prima. Wanneer we door de douane lopen, moeten we helaas de douanier uit zijn slaapje halen. Dan sta je natuurlijk al 1-0 achter. Madeliefs paspoort blijkt niet te zijn ingescand. Dus we kunnen weer terug naar de man met pet. Een half vliegtuig later kunnen we wel weer langs de inmiddels uitgeruste man. We zijn nu écht in Sri Lanka.

De eerste kennismaking met Sri Lanka gaat vanuit ons busje naar Hikkaduwa. De geuren van het land, het drukke toneel waar we door rijden en de vriendelijk ogende mensen maken ons gelijk enthousiast. ‘Leuk toch’, zegt Suze op een nuchtere toon, terwijl we elkaar tevreden aankijken.

Ruim drie uur laten komen we aan in Villa Kandu. De zon is net onder, wat ons laatste stukje door het boerenland een extra gloed gaf. Maar de eerste indruk is positief. Het is veel minder warm dan dat we hadden gevreesd en de zeewind zorgt zelfs voor een fris windje. Even opfrissen en we gaan wat eten. En daarna lekker onder de fan.

dsc_0046

Stop de tijd
Donderdag 12 juli 2012. Hikkaduwa, Sri Lanka.

‘Joepie het is ochtend’, jubelt Madelief binnen een seconde als ik haar om half tien wakker maak. Ook de rest ligt nog in diepe rust, maar laten we maar snel in het Sri Lankese ritme komen. Chandra, de mevrouw die het huis verzorgt, vangt ons beneden op. ’Do you like breakfast?’ Niet veel later wordt Upendra erop uitgestuurd om brood, ei en jam te kopen. En een hele berg fruit natuurlijk. Onthaasten is een dagelijks begrip en een klein uurtje later zitten we op de veranda te ontbijten. De kinderen willen gelijk het zwembad in, maar we willen eerst een wandeling over het strand maken. We verzekeren de meisjes dat er later op de dag ook nog water in het zwembad zit. Het strand en de zee zijn prachtig; heel erg ruig en zeker niet geschikt om in te zwemmen. Madelief verliest het van een golf die haar onderuit haalt. Een goede les én een natte jurk.

dsc_0035dsc_0029

Het oogt uitgestorven langs het strand. Even later vertelt de uitbater van een restaurantje dat nu het toeristenseizoen weer heel voorzichtig op gang komt, maar dat het hoogseizoen (oktober – maart) nog ver weg is aan deze kant van het eiland. De Sprite (‘Coke finish, but Sprite is also good sir’) en de verse juices smaken er niet minder om. Op de terugweg lopen we nog bij een bejaard echtpaar binnen die een klein huisje bewonen aan het strand. De man des huizes is bezig met een visnet en Madelief is erg geïnteresseerd in wat ze met de kokosnoten doen die er in verschillende varianten liggen. We krijgen zonder woorden een begrijpelijke uitleg. Een leuke ontmoeting.

Thuisgekomen wordt het zoute water ingeruild voor het zoete. Madelief en Suze vermaken zich prima met de Amerikaanse buurkinderen die het andere deel van het huis bewonen. Wij overleggen in de tussentijd met een aantal mensen over een Boeddhistische ceremonie die we morgen ter nagedachtenis aan Sterre willen houden. Vanuit Nederland hebben we al het een en ander besproken, maar nu worden de laatste dingen afgestemd. Morgen aan het einde van de middag gaan we met een boot naar de lagoon-tempel. Een monnik zal dan daar de ‘dienst’ verder begeleiden. Als we het later aan Madelief uitleggen, vindt ze het behoorlijk ‘cool’.

Later in de middag gaan Matthijs en Madelief mee met Chandra boodschappen doen. Met de tuktuk op pad langs allerlei kleine winkeltjes. Er moeten immers heel wat soorten kruiden, groenten en fruit door het eten van vanavond. En ook voor de ceremonie moeten er olie en wierook. worden gekocht. Een hele leuke onderneming voor onze kleine meid. Bij thuiskomst duikt Chandra gelijk de keuken in en wij het zwembad. De curry smaakt overheerlijk (vinden de ouders), en terwijl we aan het eten zijn op de veranda genieten we van de ondergaande zon op het strand. Stop de tijd!

 

Enerverend aan alle kanten
Zaterdag 14 juli 2012. Hikkaduwa, Sri Lanka.

Het was gisteren niet voor niets vrijdag de dertiende. Ook hier in Sri Lanka. Voor het eten heb ik nog even een wandeling gemaakt over het strand, terwijl de rest in het zwembad lag. Nieuwsgierig geworden naar de vissers die de zee op gingen. Helaas kwam het niet zo ver. Een ongemakkelijke dialoog met een groep zwerfhonden leverde een beet op in mijn kuit. Te hulp geschoten door een man, waarbij ik zeker de Sri Lankese mores heb geschonden door half om zijn nek te hangen, ben ik er relatief zonder heftige kleurscheuren afgekomen. Alleen werd wel het gevaar voor rabiës actueel. Na telefonisch contact met een privat hospital in Galle kregen we een afspraak voor acht uur de volgende morgen.

De nacht duurde lang. Gelukkig hoefden we in het Hemmas Hospital de volgende morgen niet lang te wachten. Op de Emergency Treatment Unit konden we gelijk bij de arts terecht. Geen twijfel over mogelijk, het vaccinatie programma (die elke jongere hier gratis doorloopt) tegen rabiës moest ik ook volgen. Dat betekende vandaag de eerste dosis, en de komende weken op dag drie, zeven, veertien, eenentwintig en achtentwintig nog een prik. Phoeh flink wat ziekenhuisbezoeken dus de komende weken. En even zagen we een streep door onze reisplannen aangezien we niet zeker wisten of en zo ja waar we buiten Colombo en Galle de juiste medische zorg zouden kunnen krijgen.

Maar eerst was het tijd voor een tetanusprik in de wond, een immunoglobine-shot en als laatste twee prikken van het rabiës vaccin. Op de emergency kamer waar ik ruim anderhalf uur heb vertoefd, was ondertussen genoeg te beleven. Naast dat Suze oud-Hollandsche liederen vertolkte, werd er een man met ernstige hartproblemen binnengebracht, een jongen met een zwaar gekneusde voet en hield de arts ondertussen mijn hartslag in de gaten. Na een lichamelijk check mochten we weer weg. Een strak vaccinatieschema voor de rest van onze reis kregen we mee, vergezeld van een lijstje met goed aangeschreven privat hospitals waar we ons moeten melden. Geen drastische wijzigingen in onze reis en nog fijner, de prikkenserie blijkt honderd procent effectief te zijn tegen de ziekte. Vannacht weer rustig slapen.

Aangezien we toch in Galle waren, konden we niet anders dan resten uit de Hollandse geschiedenis bekijken die hier ver geworteld zitten. Het oude deel van de stad was echt prachtig. Vele mooie kerkjes, moskeeën, goed onderhouden oude huizen in smaakvolle pasteltinten, vele galerietjes en smaakvolle restaurantjes. In een van de gezellige tentjes hadden Suze en Madelief de grootste schik met het dochtertje van de uitbater. Hierna snel over de stadsmuren naar de vuurtoren. Maar niet lang, de zon werd vervolgens te warm voor de kinderen. Deel twee van Galle komt bij vaccinatieronde twee aan de beurt.

dsc_0055dsc_0064

Aan het einde van de middag stond ons iets heel bijzonders te wachten. Ondanks dat we ons hadden voorgenomen niet te veel terug te kijken deze reis, maar vooral van het ‘hier en nu’ te genieten, vonden we het wel goed voelen om op een speciale wijze Sterre te gedenken. Zij bracht ons naar Sri Lanka of haalde Sri Lanka ons hier heen? Anyway, een heel bijzondere ceremonie in een prachtig tempelcomplex volgde die middag. Geleid door een monnik, maar ook met een hoofdrol voor onze oudste dames. Momenten die we nooit zullen vergeten.

Om bij de bewuste tempel te komen, moesten we eerst bijna twee uur varen in een houten catamaran. Een prachtige route over de lagoon dwars door mangroves. We hebben dieren gezien die we nog nooit eerder zagen. Indrukwekkend voor ons alle vier. Het kabbelen van het water bracht ons steeds meer in een serene stemming. Alhoewel Suze wederom ongegeneerd van zich liet spreken in eigen vertolkingen van ‘Hallo, ik ben Flip de beer’, en ‘helikopter, helikopter’. Later toen de monnik verschillende gebeden aan het zingen was, concludeerde ze luid ‘deze meneer kan ook zo mooi zingen, net als ik hè mama.’

dsc_00961dsc_0120

Thuisgekomen was iedereen toch tevreden over deze dag die speciaal was aan alle kanten. ‘En ik hoop dat Sterre nu een sterren-vriendinnetje heeft en dat ze samen naar andere landen gaan kijken’, zei Madelief. En dat hopen wij met haar…

 

Over schildpadden en een snorkel generale
Zondag 15 juli 2012. Hikkaduwa, Sri Lanka.

De weg naar de ‘turtle farm’ wijst ons goed op de indrukwekkende gevolgen van de tsunami. Langs de kustweg naar het noorden staan heel veel huizen totaal onbewoonbaar en verlaten. Hetzelfde geldt voor schepen die tientallen meters landinwaarts hetzelfde lot hebben ondergaan. Je wordt er stil van als je beseft dat al die mensen hier kansloos waren. De Sri Lankanen hebben veelal nieuwe huizen gebouwd, soms pal naast hun oude. Of nog een stukje dichter bij de kust. Tja… Naast deze trieste aanblik is de route erg mooi. De wilde zee met de wuivende palmbomen, de gekleurde vissersboten op het witte zandstrand, als we zelf een auto hadden gehad, waren we wel tig keer gestopt.

De dametjes hebben maar één doel voor ogen, de schildpaddenboerderij. Tot die tijd fungeert Madelief als autozitje voor Suze. Achterin het busje hebben ze de grootste schik samen. We laten het maar. Het rijgedrag is hier opvallend rustig en beheerst. Even twijfelen we of we voor de komende weken toch zelf een auto zullen huren. Het levert aan de ene kant veel meer vrijheid op, aan de andere kant is het toch een zorg extra, zijn plekken soms lastig te vinden en is het ook gewoon wat duurder. We laten ons dus maar rijden de komende tijd.

dsc_0143dsc_0146

Honderden schildpadden hebben in de turtle farm hun onderkomen. De mannetjes vanaf geboorte precies drie dagen. Dan worden ze in de avond losgelaten in zee. Vrouwtjes zijn veel zeldzamer (vijftien op de honderd) en zij worden gehouden. We zien de verschillende stadia van hun leven. Van ei, net uitgekomen onder het zand, tot vijftig jaar oud. Beide meisjes vinden het heel erg leuk. Vooral de kleintjes van een paar dagen oud zijn favoriet. Madelief lijkt er een levenswerk van te maken om te kijken wanneer ze ‘rijp’ zijn om terug naar zee te gaan. Als hun navel niet meer open is, zijn ze weer klaar voor de echte wereld. Alhoewel slechts vijf procent het eerste jaar maar schijnt te overleven.

dsc_0147

Op de terugweg stoppen we nog bij een tempel in zee. Mensen in wankele bootjes lijken hun leven te wagen om er naar toe te gaan. Wij gebruiken de telelens van de camera wel voor de veiligheid.

dsc_0152

Het gaat er rustiger aan toe in de vele strandtenten van Hikkaduwa. Het lijkt wel uitgestorven. In Secret Place vinden we wel verschillende toeristen en de sfeer is precies zoals je het op een beach en surf hotspot verwacht. We genieten er dan ook van een heerlijke lunch, keiharde muziek en het gestuntel van een groep Engelsen die geen raad weet met de hoge golven en hun waveboard.

In de middag ondernemen we geen spannende dingen meer. Alhoewel Madelief een paar uur samen met haar buurmeisje de bodem van het zwembad inspecteert. Het oefenen thuis in bad heeft haar vruchten afgeworpen. Nu is het wachten op een rustige zee en goede snorkelplekken. Morgen gaan we naar onze tweede overnachtingsplek. Wie weet kan ze daar op voor het echte werk.


Luxe backpackersplek
Maandag 16 juli 2012. Tangalle, Sri Lanka.

We moeten alweer afscheid nemen van het prettige plekje aan zee. De koude douche wende al behoorlijk, evenals de zoutaanslag die overal te vinden was in het huis. Maar het hebben van een eigen stek met ruime tuin en zwembad beviel erg goed. Lekker voor de eerste dagen om optimaal te acclimatiseren. Het nadeel van een groot huis is, dat onze zooi zich over meerdere kamers en etages heeft uitgestrekt. Al lijkt de schade mee te vallen. Rond tien rijden we weg.

Vandaag brengt ons ruim negentig kilometer verder, net voorbij Tangalle, zo’n twee uur rijden. Het onbekende begint te kriebelen. We zijn benieuwd waar we terecht komen. De Lonely Planet schept hoge verwachtingen: ‘The beach is utterly breathtaking. Along the coast is a seemingly endless tract of soft sand backed by palms, tropical flowers and mangrove lagoons’. En over het plaatsje zeggen ze ‘the ultimate medicine for the wintertime blues’. Echt iets voor Nederlanders deze zomer.

Geen woord teveel gezegd. De locatie is adembenemend. Ganesh Garden Beach Cabanas lijkt daarbij een heerlijke plek. Een luxe backpackersplek. Of is dat een contaminatie? De verschillende bungalows liggen verspreid onder de palmbomen heerlijk in de schaduw met netjes aangeharkte zandpaadjes . Elk huisje zijn eigen hangmat. Ook op het strand vinden we de nodige hangmatten, schommels en een volleybalnet. Wow paradijselijk, we zijn helemaal in ons element.

dsc_0178dsc_0195

Een strandwandeling levert volle broekzakken op met schelpen. Lekker hoor. Bij het chique naastgelegen Suwaya Villa ontdekken we een heel groot zwembad. Het lijkt er uitgestorven. Op internet was het boven budget, maar we zouden hier nu vrij makkelijk goedkoop een huisje kunnen krijgen. Onze dametjes slaan aan op het water. En terecht, het is een speels vormgegeven zwembad met aan de ene kant de zee en aan de andere kant de lagune. De staf vindt het geen probleem als we vanmiddag komen zwemmen. Als we even later met de benodigde kledij aankomen, snellen ze aan met badhanddoeken en ballen voor de kinderen. Wat een service. Plons dan maar!

dsc_0266

Two down, tree to go…
Dinsdag 17 juli 2012. Tangalle, Sri Lanka.

Wat doe je als je op een paradijselijk plekje zit met je voeten in het zand? Juist, een taxi pakken naar Galle voor een date met een Sri Lankese arts. Klinkt onzinnig, maar helaas nodig. Dus zit er niks anders op om zonder gemopper de twee uur durende autotocht te ervaren ( en ja dan ook weer terug). Voor de kinderen is het het meest vervelend. Maar Matthijs wil me niet alleen laten gaan, dus zetten we weer koers naar de plek waar we drie dagen terug ook waren. We beloven Madelief slippers en een weerzien met het meisje waar ze zo lekker mee gespeeld had. Het scheelt dat haar ouders een heerlijk lunchcafé hebben.

In het ziekenhuis kunnen we gelukkig snel zaken doen. We laten de volle wachtruimte gelijk achter ons, er volgt een kort consult, dan langs de cashier, vervolgens na betaling de medicatie halen in een gekoelde ton bij de apotheek van het ziekenhuis en als laatste is het tijd voor de injectie. Two down, tree to go…

We slenteren wat door Galle en bezoeken wat leuke galerietjes. Madelief houdt haar portemonneetje met het gekregen geld van opa en oma krampachtig vast. Allemaal leuke spullen, maar nog geen slippers, en alles is best wel duur volgens haar. We bezoeken een Montessorischool voor kinderen uit de buurt. Madelief herkent verschillende materialen uit haar eigen klas. De twee leraressen weten van geen ophouden en we komen er amper weg.

dsc_0220dsc_0229

Na de lunch met de zoveelste banana juice voor de dames én het vrolijke weerzien met Madelief haar ‘vriendinnetje’ gaat de school in de buurt uit. We weten niet wat we meemaken. Overal kinderen in wit uniform. Het blijft maar stromen. Suze kijkt haar ogen uit. Madelief verbaast zich over de vele busjes die de kinderen staan op te wachten. ‘Als ik hier zou wonen, zou ik vast ook alleen met de bus mogen. En dan had ik ook donker haar’. Logica als een koe.

dsc_0240

We beginnen maar weer aan de terugreis. In Matara zoeken we een supermarkt op. Er zijn genoeg stalletjes overal, maar voor een échte supermarkt moet je beter zoeken. Keels Market lijkt voor de upperclass en kent zelfs beveiliging. Aangezien we ons morgen alleen laven met zon, zee en strand én twee kilometer voorbij het plaatsje Tangalle zitten, slaan we de nodige dingen in. Daarna tuffen we door naar ons strandhuisje. Onderweg nog wat kiekmomenten.

En dan… dan is het vier uur en de hoogste tijd voor het zwembad bij de buren.

 

Na het zoute komt het zoete
Woensdag 18 juli 2012. Tangalle, Sri Lanka.

De jetlag is uitgewerkt bij onze dames. Als ware het een uitslaapmiddel, waarvan het flesje nu helemaal op is. Nu is het net als thuis gewoon om zeven uur ochtend. Maar goed, daarentegen genieten we volop van een lange dag en de wekker kan weer onderin de tas. Genoeg te doen overigens ook vandaag. We willen zandkastelen bouwen en in de branding spelen. Althans Madelief. Suze niet, zij zit liever de hele morgen op haar strandbed of veilig in de hangmat. Die golven zijn helemaal niks voor haar. En ja ook het water is nat, volgens Suze. Daar heeft ze een punt. Vooral Madelief is dan ook de hele morgen druk met rennen, springen, kastelen bouwen en ga zo maar door. De rest hobbelt er in een wat lager ritme achteraan.

dsc_0323dsc_0343

Na een paar uurtjes is het mooi geweest. Het weer is prachtig, maar ook verraderlijk zo in de zon met een lekker zeewindje. We lassen een Sri Lankese siësta in. En na het zout komt meestal het zoete. We zijn de afgelopen dagen vaste klanten geworden bij Suwaya villa. Er lopen heel wat mensen van de staf rond en ze zijn allemaal hartstikke aardig. De kok van het geheel is onze held. Verlegen kwam hij eergisteren vragen wat we lekker vonden, dan zou hij dat voor ons maken als enige gasten van die avond. We lieten het geheel aan hem. Het eten was vervolgens zo ontzettend lekker en verfijnd dat we vanavond weer van zijn kookkunsten wilden genieten. Wederom gaven we hem de vrije hand. De beste man kan zo in een sterrestaurant werken. Dit maal kregen we als vooraf Thaise viskoekjes met wortelsalade, als hoofdgerecht groene kokos–krab-curry op een bedje van gele rijst en als toetje een vanille pudding met munt.

Het eten voor de meisjes is een verhaal apart. Gisteren was het vrij saai, pasta met spinazie. Maar vandaag beloofde hij ‘home made chips for the girls, my speciality for kids’ te maken. Patat is altijd scoren natuurlijk. Maar groot was de verrassing toen Madelief en Suze een bord met ‘echte’ chips voor zich kregen. ‘Dit is het allerlekkerste avondeten wat ik ooit gehad heb’, aldus onze oudste. De gasten die na ons aan tafel gingen, keken ons toch wel wat verbaasd aan. Zien we dat goed, geven die ouders hun kinderen nu chips als avondeten? De twee glazen papaya juice maakten vast het nodige goed. Oh ja, en het bord ging met gemak leeg.

dsc_0350


Yala NP
Donderdag 19 juli 2012. Tissamaharama, Sri Lanka.

 We verruilen vandaag het zand, de vissen en krabben voor het groen en het grotere wild. Tenminste dat hopen we. In Yala NP gaan we morgen op olifantenjacht met onze pijlsnelle verrekijker. Nog eerste even wat zandhappen door onze dames, terwijl wij inpakken en dan is het tijd om dit plekje achter ons te laten. Het is zeker één van de mooiste strandplekken die we ooit hebben aangedaan. En ja, we beloven de eigenaar van Ganesh Garden ook een positief bericht op TripAdvisor achter te laten.

We hoeven niet eens heel lang in de auto te zitten om alweer een nieuw deel van Sri Lanka binnen te rijden. Al na een paar kilometer landinwaarts zien we groene rijstvelden en talloze waterbuffels in de vele meertjes. Daarna volgt een heel stuk met kale vlakten. Ze zijn er bezig nieuwe wegen aan te leggen vanuit de nieuwe internationale haven die is gebouwd. En dit proces gaat niet op halve kracht. Wat een onderneming zeg. En wat moet het warm zijn voor de mensen die aan deze wegen werken.

Na twee uren tuffen bereiken we Hibiscus Garden Hotel. Een erg sfeervol gebeuren met in een grote sierlijk aangelegde tuin allemaal bungalows. Vanzelfsprekend met een hoofdrol voor prachtige (Hibiscus) struiken en planten. Je  zou het ook als beetje ‘oubollig’ kunnen omschrijven, maar goed we zijn de dertig inmiddels ook al een paar jaar gepasseerd.

dsc_0372dsc_0378

De huisjes zijn een stuk schoner en completer dan we aan de kust hebben gehad. Zelfs airco, dus geen geruzie ’s nachts met een muskietennet. Oh ja, en niet onbelangrijk, ook een zwembad. Er zijn hier meer gezinnen met kinderen. Madelief ziet al snel Nederlandse kinderen van haar leeftijd. Goed geschoten dus nu al deze plek. Suze haar geluk kan daarna niet op als ze chocomelk op de kaart hebben staan: ‘super veel lekker!’ Ze heeft het de afgelopen week in elk restaurantje waar we waren, gevraagd. En nu eindelijk beet.

Na de lunch splitsen we de groep. Suze gaat voor een dutje, Madelief en ik kiezen voor het water en Matthijs neemt de tuktuk naar Tissamaharama. We hebben in het laatste plaatsje op de weg hier naar toe een privat hospital en apotheek gezien. Aangezien ik over twee dagen weer mijn shot moet, zou het heel relaxt zijn als dat in de buurt kan. En wehebben de wereldstekker in ons huisje laten liggen. ‘We’ of beter gezegd ‘hij’ of misschien toch ‘ik’, daar is over getwist. In ieder geval zitten we met een aantal elektrische apparaten die zo nu en dan wel zin hebben in een hapje stroom. Wanneer Matthijs terug komt, is ie positief gestemd over het ziekenhuis (en over onze stroomvoorziening). Tenminste ze lijken het benodigde vaccin te hebben, wat onverwacht is voor ons. Een afspraak voor aankomende zaterdag is gemaakt, dan zien we ter plekke wel of er geen miscommunicatie in het spel is. Indien wel, dan maken we een ‘mooie’ omweg naar ons volgende oord.

Maar nu is het eerst zaak om ons goed voor te bereiden voor de jeepsafari die we morgen gaan maken. Er is kans om een luipaard te spotten, dus daar werken we graag naar toe… plons!

 

We’ve got him
Vrijdag 20 juli 2012. Tissamaharama, Sri Lanka.

We beginnen de dag al in vorm met klein wild in de badkamer. Een baby slangetje. Madelief ontpopt zich als animator van het beestje en is er een tijdje mee zoet. Dat belooft vast veel goeds voor de safari die we vanmiddag gaan maken.

Na het ontbijtbuffet besluiten we naar het plaatsje Tissamarahama te gaan. Om nu de hele ochtend en begin van de middag rond het zwembad te hangen, is ook zo wat. Met de tuktuk én haren in de wind maken we een lekker ritje. Madelief slaagt eindelijk voor haar slippers en dus kan haar dag niet meer stuk. Luipaard of niet.

dsc_0388

Het plaatselijke marktje is ook aardig. Suze verstaat wederom de kunst van het wuiven opperbest. Aan aandacht geen gebrek voor onze jongste. Ook nu weer klinkt het over de markt: ‘hey baby, look here baby, sweet baby, come here’. Het levert haar onder andere een zak met doppinda’s op en een handvol ‘Turkse’ snoepjes.

Rondom het zwembad lunchen we. De leeftijd van de vakantiegangers op Hibisucus Garden is inmiddels gehalveerd. De Nederlandse groep ‘opa’s en oma’s op schoolreis’, aldus Madelief, zijn vertrokken. Een serie backpackers is de nieuwe bewoners. Suze besluit nog even plat te gaan, voordat we naar Yala afreizen. Optimale voorbereiding noemen we dat.

Om half drie worden we opgehaald. We hebben een mooie vierwieler voor onszelf met hoge zitplaatsen. De chauffeur annex gids lijkt een broekie. We zijn benieuwd naar welke mooie plekjes en dieren hij ons leidt. Het is een goed half uur rijden naar Yala NP. In dit park heb je de grootste kans ter wereld om een luipaard te zien, en wel van februari tot juli wanneer het waterniveau laag is. De wegen zijn onverhard, maar dat laat onverlet dat je niet hard kan rijden. We bonken en schudden alle kanten op. Het kan onze meisjes niet gek genoeg.

dsc_0400dsc_0420

De natuur is prachtig. We kijken allemaal onze ogen uit. Madelief is gefocust op olifanten. Ze belooft de eerste die een olifant ziet een snoepje. We zien als eerste een krokodil van dichtbij. Suze zet één van haar chansons in… Niet lang daarna is er opschudding. Er staan al twee jeeps stil en iedereen lijkt opgewonden. Zou het dan toch? Ja hoor, ook wij zien daar een luipaard liggen. Wat een machtig beest. Bijzonder om hem te vinden. Er zijn er maar een stuk of dertig in Sri Lanka. Onze chauffeur is door het dolle. Hij pakt er zelf ook zijn camera bij. Gelijk heeft ie.

dsc_0414

Er volgt nog veel meer moois; van kleurige vogels (er zijn honderdvijftig soorten in het park), herten, vele olifanten tot varanen, buffalo’s en otterachtige beestjes waarvan we de naam niet kennen. Ook rijden we nog naar het deel dat aan de kust grenst. Bijzondere overgang naar het strand en de zee. Hier mogen we even onze benen strekken.

Om zes uur sluit het park. Met een ondergaande zon als decor rijden we terug naar huis. Het was een mooie middag, vooral de natuur was indrukwekkend. En die luipaard natuurlijk. Madelief vond het meest bijzondere moment dat ‘de olifant naar mij ging lachen’. En zeg nou zelf, dat gebeurt toch ook niet dagelijks.


De bergen in
Zaterdag 21 juli 2012. Ella, Sri Lanka.

Deze morgen voor het laatst ontbijtbuffet. De dametjes vinden het jammer, ondanks dat ze niet anders eten dan anders. Maar het idee uit heel veel te kunnen kiezen, blijft gewoon erg leuk. Een paar keer een rondje lopen om de goed gevulde tafels en dan toch nog uitkomen op een boterham met jam of een pannenkoek. Knap hoor. En Suze eindigt haar ontbijt steevast met een paar banaantjes.

Voordat we koers zetten naar Ella houden we eerst halt bij het ziekenhuis in Tissamarahama. De ziekenhuizen zijn hier onderverdeeld in verschillende klassen, en dit is het zogenaamde ‘base hospital’. Oftewel de basis voorziening en gratis voor iedereen. We hadden hier al gecheckt of ze het antirabiës vaccin hadden. De procedures zijn niet zoals we gewend zijn. Afspraken maken doe je niet. Aan de ingang van het ziekenhuis krijg je een kaartje met je naam en leeftijd erop. Normaliter ga je dan met je kaartje in de rij staan voor de dokter. Blanken vormen een uitzondering op deze regel. Gewoonlijk zouden we dat totaal niet gewild hebben, maar nu met de twee meisjes waren we maar wat blij snel langs de rij wachtenden te kunnen.

Aan een ‘keukentafel’ zitten twee doktoren tegenover elkaar, beiden getooid met stethoscoop. Naast hen een vrije stoel. Privacy is ver te zoeken. Aan de overkant vertelt een man dat hij door een aap is gebeten en hij laat een gemene wond zien aan de arts. Wij vertellen aan de onze dat we voor een prik komen, als derde onderdeel van het vaccinatieprogramma. Hij staart even naar mijn inentingsboekje. Het vaccin wat ik in Galle kreeg, hebben ze hier niet. Wel een andere. Volgens de tropenarts in Nederland, die we al geconsulteerd hadden, zijn beide soorten te gebruiken en maakt het niet uit of je Pepsi of Coca Cola drinkt. Het is beide cola.

Nadat we zelf nauwkeurig het vaccin en de bijsluiter hebben gelezen, kunnen we meelopen naar de behandelkamer. Ook hier weer een lange rij die we kunnen overslaan. Wel tientallen donkere ogen die nieuwsgierig meekijken. De verpleegster haalt het benodigde goedje uit de koeling, compleet met schone injectienaald en al. Niet veel later ben ik een volgende stap verder in mijn inentingsprogramma. Zo kom je nog eens ergens. Zonder te betalen stappen we vervolgens onze minibus in.

Het is ruim twee uren rijden naar Ella. Eén van de vele pluspunten van Sri Lanka is dat de reisafstanden kort zijn en je in die tijd toch in een totaal andere omgeving bent. Ideaal dus met kinderen. Ook nu weer rijden we rond de middag een prachtig berglandschap in. Het laatste stukje moet de airco uit. Alle pk’s moeten beschikbaar zijn om boven te komen. We redden het. Op ruim duizend meter hoogte ligt het toeristische plaatsje Ella. Eigenlijk bestaat het vooral uit een hoofdstraat met daarlangs allemaal leuke restaurantjes en hotels. De sfeer vinden we gelijk leuk. De bergen om ons heen kijken uitdagend. Ons hotel Mountains Heaven ligt een stuk bergop van de hoofdweg. Het uitzicht van de kamer die we hebben, is werkelijk adembenemend. We kijken vanaf ons balkon recht de zogenaamde Ella Gap in.

In de namiddag lopen we rond in het plaatsje en pakken we nog de tuktuk naar de Dowa Tempel. Een kort leuk ritje wat eindigt bij een indrukwekkende rotstempel. Vooral de schilderingen binnen zijn erg bijzonder en kleurig. Onze kennis over het Boeddhisme schiet wel wat tekort. Madelief blijft maar vragen over wat er in de ‘stripverhalen’ staat. We beloven het op te zoeken.

 

Picknicken op de berg
Zondag 22 juli 2012. Ella, Sri Lanka.

Suze is ’verliefd’. Of tenminste helemaal onder de indruk van de jonge manager van Mountains Heaven. We kennen onze jongste dochter niet terug. Ze slooft zich uit, lacht en zwaait constant naar haar vriendje en eet als nooit tevoren. Ook maakt ze voortdurend mooie tekeningen voor Pasandra die het op zijn beurt ook erg leuk vindt. ‘Susie, Suzie, hi’, klinkt het dan ook vaak door het hotel.

Verliefde mensen stijgen boven zichzelf uit en dat is prima voor vandaag. Vanuit Ella kun je prachtige wandelingen maken over de theeplantages, langs tempels en watervallen en als je zin hebt naar verschillende bergtoppen. Vandaag gaan we naar Little Adam’s Peak. We nemen voor Suze de rugdrager mee, maar ze wil er aanvang weinig van weten: ‘ik ben een grote meid en ben twee jaar’. Dat is een statement. Wij vinden het natuurlijk prima. We passen het tempo wat aan en lopen gestaag hoger en hoger.

We doorkruisen de groene theeplantages en de Tamil dorpjes die armoedig aandoen. De natuur is daarentegen indrukwekkend en de bergen om ons heen groots. Het zandpad cirkelt omhoog en we krijgen telkens andere uitzichten. Halverwege kopen Madelief en Suze nog een mooie zelfgemaakte ketting van een meneer. Hij laat ons trots zijn gastenboek zien en wijst specifiek op de positieve referenties van onze landgenoten. Tenslotte tekent hij de route in het zand en wenst ons een behouden klim. Tot op de terugweg.

Het laatste stukje naar de top is erg steil. Onze jongste blijft bij haar besluit van het begin van de wandeling. Stoer klimt ze naar boven. Knap hoor met die korte beentjes. En natuurlijk is het voor Madelief ook een puike prestatie.

We hebben picknickspullen meegenomen; daar horen lekkere dingen en een kleedje bij. Hier had Madelief zich het meest op verheugd. We blijven dan ook wat langer dan gemiddeld op de top plakken. Het wordt een ratjetoe van een picknick, maar geen haan die daar naar kraait.

Op de terugweg stuiteren beide dames met dezelfde energie naar beneden. We lunchen bij een resort halverwege de klim. Met een fantastisch weids uitzicht laten we ons het goed smaken. In het laatste half uurtje wandelen worden de benen van ons allen wel een stuk lomer, maar de dametjes slaan zich er goed doorheen. Een fles water als regendouche helpt! Al is iedereen blij als we thuis zijn. Suze gaat vervolgens tevreden slapen en de rest zetelt zich op het balkon van Mountains Heaven. Met op de achtergrond Little Adam’s Peak. Maar dan roept de plicht voor Madelief. Ze gaat helpen in de keuken met de voorbereidingen voor de curry van vanavond. Dat wordt later op de middag wel beloond met een heerlijke kruiden gezichtsmassage. Ontspannen maar…

 

Sir Lipton
Maandag 23 juli 2012. Ella, Sri Lanka.

Weg privacy… we hebben vanmorgen een voyeur voor het badkamerraam. Gekko’s zijn we zo langzamerhand wel gewend, maar dit douchet toch net even anders.

Deze morgen gaan we met de trein. En het is volgens de boekjes niet zomaar een treinreis. De route van Ella naar Kandy staat als één van de mooiste ter wereld aangeschreven. Tot Kandy gaan we niet, maar toch treinen we een groot deel mee tot het plaatsje Haputale. Net zoals de mensen hier lopen we over de treinrails naar het station.

De trein vertrekt om 9.47 uur. Vooral die ‘7’ impliceert toch enige stiptheid. Helaas schone schijn. Na ruim een uur klinkt een scherpe fluittoon. Enthousiast springen we op, eindelijk daar is hij. We hebben kaartjes (negentig cent zijn we kwijt voor ons viertjes) voor de tweede klas. De derde klas betreft de staplaatsen en de eerste klas… weten we niet, die is uitverkocht.

We weten mooie plekjes bij het raam te krijgen. Het is aan boord echt andere koek dan de treinen die wij kennen. Versleten stoelen, raampjes allemaal open en roestige piepende wagons. De trein gaat zo langzaam dat de tussendeuren gewoon open staan. Zonder vreemde blikken kan je dan ook uit de trein hangen. Een gave gewaarwording. De snelheid ligt ook niet hoog, zeker hier niet door de bergen.

De dametjes genieten met ons. Dromerig hangen ze uit het raampje en kijken naar alles wat voorbij glijdt. Het laatste half uur gaat dwars door theeplantages, langs steile bergwanden. Wat een spectaculaire ervaring deze rit.

dsc_0548

Na een uurtje komen we aan in Haputale. Het is voor de locals een populaire opstapplaats. We kijken onze ogen uit. Het plaatsje zelf is heel anders dan de andere plaatsen die we gezien hebben. Naast dat het op vijftienhonderd meter hoogte ligt, doet de sfeer vooral heel Indiaas en ook wat hectisch aan. Overal klinkt Hindi-muziek, zijn de vrouwen kleurig gekleed en zijn er her en der vrolijke tempels te zien. Daarnaast ook veel Moslims, wat de verschillende moskeeën verklaart. Een mooie mix van culturen dus.

We zien zo één twee drie niet een plekje waar we kunnen lunchen en even kunnen zitten. Dan maar vast met de tuktuk naar één van de grootste theeplantages in de buurt. Gesticht door Sir Lipton. We vinden een gewillige chauffeur en dito mobiel. De enthousiaste man ontpopt zich als een ware gids. Op de elf kilometer lange route naar de theeplantage toe, welke nog weer een stuk hoger de bergen in ligt, krijgen we geregeld een fotomoment aangeboden. Ook komen we nog midden in een ceremonie terecht. Onze chauffeur is zelf Moslim, dus hij kan er ons weinig uitleg over geven.

We hebben toch wel erge trek gekregen. De theeplantage zelf herbergt een grote fabriek, maar niks van een winkeltje of restaurantje. In de Cameron Highlands waar we vorig jaar waren, pakken ze dat toch wat slimmer aan. Dat valt even tegen dus. En we ontkomen er niet aan een langdurige rondleiding door de fabriek te krijgen. Alle stappen van het thee maak proces krijgen we te zien. Madelief is de enige die écht geïnteresseerd is. Wel zijn we onder de indruk van de zware omstandigheden waaronder voornamelijk de vrouwen hier moeten werken. Niet alleen in de fabriek, maar ook het plukken zelf is écht zwaar rotwerk in de brandende zon op die steile paadjes. Hun dagloon is vijfhonderd Rupiah. Een derde van het bedrag waar wij later op de dag voor lunchen. Confronterend, maar wel heel werkelijk helaas.

We lopen nog even in het interessante plaatsje rond en worden dan door onze chauffeur met de tuktuk naar Ella gebracht. Een groot deel van de weg terug krijgen we van de zwaartekracht cadeau en kan zonder de motor. De trein van 14.09 hadden we gemist en we waren blij dat we niet hebben gewacht op die van een paar uur later… want deze had drie uren vertraging. Op dat moment zaten wij alweer lang en breed in Ella.


Hot surfspot
Dinsdag 24 juli 2012. Arugam Bay, Sri Lanka.

We zeggen de bergen én Pasandra vandaag vaarwel. Weg ook van de relatief koele bergtemperatuur. Terwijl wij rustig kunnen inpakken, spelen Madelief en Suze lekker in het restaurant. En we gaan natuurlijk niet weg, voordat we Suze en zoals ze het zelf noemt ‘mijn vriendje’ vereeuwigd hebben.

In een minibus zetten we vandaag koers naar Arugam Bay. Eén van de naar het schijnt hotste surfspots in de wereld. Ondanks dat dat ons weinig zegt, zijn we wel nieuwsgierig naar de oostkust. Als we de bergen verlaten, komen we in een junglelandschap terecht. Ook passeren we rubberplantages. Dit deel van Sri Lanka is nog niet zo heel lang rustig gebied en veilig verklaard voor toeristen. We zien ook steeds meer militairenposten en politiecontrole. Waar we het laatste deel ook voor uit moeten kijken, zijn olifanten. Verschillende waarschuwingsborden aangevuld met olifantenpoep op de weg wijzen op de realiteit ervan. Maar helaas, wij komen ze niet tegen.

In Arugam Bay landen we net na de middag bij Hideaway Resort. Een ‘laidback’ plek net even van het strand. De sfeer is erg ontspannen en dat is maar goed ook, want wat is het hier warm. ‘The are here a lot of baby’s’, roept de manager enthousiast uit als hij onze kinderen ziet. Sri Lanka is dus in trek bij het jonge grut;-) We krijgen een prima family bungalow met ruime kamer en nog ruimere (deels buiten) badkamer. Buiten een lekker zitje, zodat de kinderen toch nog wat kampeergevoel meekrijgen.

Het is nog even schakelen naar de hoge temperatuur. Er zit niks anders op dan het strand te gaan verkennen. Suze stribbelt wat tegen. Strand is immers golven. Maar nadat Matthijs en Madelief helemaal enthousiast terugkomen, wil ze het ook wel proberen. Voor de echte zee ligt een soort watertje die wel rechtstreeks in verbinding staat met de zee, maar waar nagenoeg geen golven zijn. Het verkoelende water maakt onze jongste enthousiast en als we verderop naar de zee gaan om naar de tientallen golfsurfers te gaan kijken, wil ze ook. ‘Echt súper leuk’, klinkt het even later uit haar mond. Gelukkig, morgen huren we een board voor d’r.

Tegen het einde van de middag maken de vele vissersbootjes op het strand zich klaar om de zee op te gaan. Een mooi gezicht die kleurige houten boten. Ook de toeloop van mensen met surfboard neemt toe. De golven lenen zich er hier ook perfect voor zien we. Niet zo heel hoog, maar wel heel erg lang. Wat een souplesse en behendigheid op het water, mooi om te zien. Wij slaan het tafereel gaande met een verkoelend drankje en reggae muziek op de achtergrond.

’s Avonds is het feeëriek in het hippe restaurant van Hideaway. Allemaal loungeplekjes in de tuin met fakkels en lantaarns. In het open restaurant verzamelen de kinderen zich rondom de televisie weggezakt in kleurige kussens. Maar er wordt op nog meer gebieden goed voor hen gezorgd. Sharon de eigenaresse vraagt wat ze zullen maken voor onze dames. Alles kan, zegt u het maar. We kiezen voor penne met groenten en niet te veel pittige kruiden zoals hier standaard is. Ze eten het met veel smaak op. Dan de koters op bed en tijd voor een toetje.

 

Sleap, eat and s(l)urf
Woensdag 25 juli 2012. Arugam Bay, Sri Lanka.

‘Sleap, eat and surf’ dat is het motto hier in Arugam Bay. Dat eerste ging vannacht niet zo lekker. De warmte ging maar niet uit ons huisje, daar konden de drie op volle kracht draaiende ventilatoren niet tegenop. Enigszins gelaten staan we dan ook op. Het huisje tegenover ons met airco lijkt ons smalend aan te kijken. Misschien woningruil vannacht? Gelukkig wordt het alleen maar warmer…

‘Laten we lekker ontspannen gaan surfen’, stelt Madelief voor. Zij heeft er blijkbaar verstand van. Factor 50 op, zwemkleding aan en op naar de surfshop. We huren een bodyboard voor vandaag. Madelief kan niet wachten.

dsc_0618dsc_0621

Ons tempo ligt nog steeds wat laag, maar de zee geeft ons een benodigde boost. Hier komen we voorlopig niet meer uit. Madelief oefent serieus door. Het lukt haar om steeds langer op het boardje te staan. Suze dartelt als een zeemeermin om ons heen. Met haar bandjes om redt zij zich heel aardig al ‘zwemmende’.

Na twee uurtjes hebben we lang genoeg in de zon gezeten. De lunch bij het strandtentje waar we onze tas en kleren hebben geparkeerd, laat lang op zich wachten. Blijkbaar zitten we nog niet genoeg in de relax-stand, want eerlijk is eerlijk de boot hoeven we niet te halen. In de ‘pauze’ zoeken we de resetknop. We willen ons niet door de tropische temperatuur negatief in de greep laten houden. Al krijg ik visioenen van koelkasten, ijsbanen en gletsjers.

Tegen het einde van de middag gaan we weer naar het strand, de zee in. Phoeh heerlijk. Madelief maakt weer wat stapjes vooruit op haar board. En even later gaan we aan de andere kant van de zandbank, daar waar de echte golven zijn, kijken naar het grote werk. Matthijs laat wat bodyboard trics zien. De dames zijn weer trots op onze man des huizes.

De vissers gaan de zee op en wij lopen weer terug naar huis. Madelief geeft aan morgen een echt surfboard te willen huren. Dat is veel ‘ontspannender’ namelijk.

dsc_0658

Olifanten?
Donderdag 26 juli 2012. Arugam Bay, Sri Lanka.

Fris en fruitig worden we wakker. Gelukkig een goede nacht voor ons allen. Het was ook een paar graden koeler vannacht of scheelt het dat ik zowat in de ventilator sliep. Suze is gelijk klaar voor actie. En zingt er al goed op los: ‘Olifantje in het bos’. Al moet ze daar nog even op wachten. Pas aan het einde van de middag gaan we olifanten kijken.

Eerst het strand en alles wat daarbij hoort. Madelief gaat verder met oefenen op haar bodyboard. Maar niet voor heel lang vandaag. Er wordt op haar initiatief een project gestart. We gaan met zijn allen een fort bouwen en dat is geen kinderspel. Met zijn vieren graven we als nooit tevoren en het levert ook een heerlijk badje op zo diep in het zand gaan we.

Na de lunch gaat Matthijs op ziekenhuis inspectie. Het lijkt haast al een routine te worden. De eigenaresse hier heeft gebeld met de ‘opper-dokter’ van het ziekenhuis en tevens eigenaar van de privékliniek ernaast. Een bijzonder schouwspel is er gaande als hij aankomt. Er is een ernstig ongeluk gebeurd en bijna honderd belangstellenden volgen de behandeling dan wel de afloop ervan door de ramen. Gelukkig wordt er tijd gemaakt voor de blanke man. Een snelle inspectie op de vaccinatiekaart door de arts leert dat ze het betreffende vaccin hebben. Een date is geboren: aanstaande zaterdag negen uur. Zonder toeschouwers please.

Voordat we op de olifantentrip gaan, is er eerst een ijsjesmoment. Al heel lang op gehoopt en nu eindelijk het eerste likijsje voor onze dames. Er zit enige tijdsdruk op het geheel. Binnen een halve minuut is er van het ijsje amper wat over. Maar lekker was het wel. Dan worden de meisjes aan het werk gezet. We hebben immers nog even tot half vier. Een handwasje… de halve badkamer kent wateroverlast, maar de was wordt brandschoon.

Waar we met de olifantentrip precies heen gaan, is nog onbekend. Ondanks de hitte bruisen de dames van energie. Ze hebben er zin in. Het eeuwenoude tempelcomplex, of dat wat er nog van over is, nemen ze zonder makken. De tuktukchauffeur en tevens gids is er het meest van onder de indruk. Zijn Engels is alleen zodanig dat ie elke vraag van ons met ‘ja’ beantwoordt. Dus ja.

dsc_0698dsc_0702

Dan rijden we op dezelfde weg die we ook hierheen kwamen vanuit Ella. Daar werden we inderdaad al gewaarschuwd voor overstekende olifanten, aangezien die weg de rand vormt van een National Park. De chauffeur kijkt onrustig om zich heen. Wij beginnen elkaar aan te kijken… het zal toch niet? Even later parkeert hij de driewieler in de berm met aan de ene kant een hele grote vlakte. Hij wijst op een paar zwarte vlekken in de verte. We slikken even en vragen dan aan hem of dat de olifanten in kwestie zijn. Já! Domme vraag natuurlijk.

We moeten geduld hebben en hij begint onrustig te bellen. Een andere tuktuk driver komt ook hierheen. Wellicht met een olifantenfluitje? Madelief ontdekt de eerste olifantenpoep en maakt er met Suze maar een sport van om deze uitwerpselen te vinden. Ook leuk.

Het duurt even en dan komen er meer mensen. Zijn ze er ook ingetuind of krijgen we straks echt een olifantenschouwspel. Gelaten gaan we maar zitten. Normaliter steken de olifanten tegen deze tijd de weg over. Maar na een uurtje afwachten, en een gelijk blijvende afstand tussen ons en de olifanten, vinden we het wel mooi geweest. Onze chauffeur ziet dat we wat teleurgesteld zijn en dat vinden de mensen hier heel moeilijk. Hij rijdt wat rond met zijn tuktuk en dan krijgt ie een belletje dat we toestemming hebben om een stuk te voet de vlakte op te gaan. Met de aanwezigen betreden we, vergezeld van een security man, het National Park en komen wij de olifanten tegemoet. We zien er een stuk of tien op zo’n zestig meter afstand. Tja, wel mooi natuurlijk, maar als je gedacht had ze gewassen te zien worden of ze zelfs aan te mogen raken, valt het toertje lichtelijk tegen. Gelukkig zijn Madelief en Suze niet heel erg teleurgesteld. We beloven ze beterschap op de volgende plek of in Kandy.

 

Crocodile Dundee
Vrijdag 27 juli 2012. Arugam Bay, Sri Lanka.

Vandaag geen groot wild in de planning. We gaan voor een sereen stukje strand. Het schijnt ‘gorgeous’ te zijn. Nou dat willen we wel zien. Door een enthousiaste tuktukchauffeur worden we opgehaald. Als we een kwartiertje onderweg zijn, stelt hij voor eerst krokodillen te gaan kijken. Hij weet een plekje waar er heel veel zitten. Door de droogte en het lage water kan het niet missen en hij vervolgt ‘Maybe many, maybe not many’. Kijk dat schept vertrouwen. Toch twijfelen we. Maar Madelief hoort het woord ‘krokodil’ en wil ze graag zien.

Op dan naar de krokodillen. We rijden een stuk langs de kustweg door tot het plaatsje Panama. Dan slaan we het achterland in. Snel wordt de weg onverhard en de huisjes laten een hard leven zien. De weg wordt slechter en we rijden door een dor landschap. De rijst is net geoogst, maar fris staat alles er niet bij. Dan stoppen we ineens op zo’n vijftig meter van een stroompje met rondom bosschages. We worden gemaand niks meer te zeggen en heel voorzichtig te lopen. ‘Is it dangerous?’, vragen we. ‘No, but it is better to carry the babies’. Je kunt dit antwoord op verschillende manieren interpreteren.

Als we het watertje op onze tenen naderen, gaat onze hartslag omhoog. We zien er een aantal liggen. Wow, wat zijn ze groot. En wat zijn ze dichtbij. We lopen heel langzaam en heel voorzichtig evenwijdig aan het water. Er blijken er nog veel meer te liggen. Sommigen half op het land aan de overkant, anderen nuffig in het water. Maar dat is schone schijn denken we te weten van televisie. Onze chauffeur beweert nog steeds dat het veilig is. Toch voelt een afstand van tien meter niet goed genoeg. Terug naar de tuktuk.

dsc_0717

We rijden naar een volgend plekje. In de bosjes laten we de tuktuk staan en we sluipen letterlijk naar de waterkant. Daar liggen twee hele grote jongens. De afstand is nu slechts vijf meter. De dames vinden het wel welletjes en zoeken dekking in de tuktuk. Genoeg spanning voor vandaag. Matthijs loopt met onze metgezel nog een stukje langs het water, maar dan wordt onze ‘Crocodile Dundee’ ook wat zenuwachtig. En dan is het de hoogste tijd om te gaan. Wat een ervaring zeg.

We worden vervolgens getrakteerd op een prachtig stukje landschap. Een groot meer met vele buffalo’s vergezeld van witte vogels en ander gevleugelte. Hier staat de tijd even stil en laten we de stilte op ons inwerken.

De dametjes willen weer rijden. Met 37 graden stilstaan in de zon is geen pretje. Laat die rijwind maar weer komen. Opgetogen tuktukken we naar het strand. Ook hier is de natuur in volle glorie aanwezig. Schitterend. We spelen een tijdje in de branding en zoeken schelpen. Een rommelende maag maakt ons klaar voor vertrek.

Schuin tegenover Hideaway ligt Gecko’s, een restaurant dat een ware aantrekkingskracht heeft op jonge gezinnen. We lunchen hier dagelijks, ook al nemen ze het woord relaxt wat al te letterlijk. Vandaag moeten we ruim vijf kwartier op het eten wachten. Edoch naast het mooie plekje aan/op het strand, staat er een flinke bak met duplo, legio kinderspelletjes en ze maken op verzoek babyvoeding. En je kunt er boterhammen met pindakaas bestellen. Spekkie naar het bekkie voor onze Suze. In een land waar we tot nu toe weinig faciliteiten speciaal voor kinderen zijn tegengekomen, erg leuk. Ware het niet dat de mensen allemaal ontzettend kindvriendelijk zijn. We zijn sowieso verbaasd over het grote aantal gezinnen hier. Te samen met de stoere surfers zorgt het voor een bont gezelschap in Arugam Bay. Overigens ook het enige plaatsje hier waar je zoveel toeristen ziet. Of zouden er te veel bij de lagoon zijn wezen kijken...


Luxe afkoeling
Zaterdag 28 juli 2012. Dambulla, Sri Lanka.

We zitten al vroeg bij het ontbijt. De laatste keer pannenkoeken met kokos op dit plezante plekje. Om negen uur gaan we op pad, nadat Madelief en Suze een hele mooie ketting als aandenken hebben gekregen. We hebben een lange dag voor de boeg. Nog even hebben we getwijfeld of we niet beter terug kunnen gaan naar een ander deel van de bergen. Het is dichterbij en onze portie tropische zon hebben we meer dan gehad. Daarbij kun je er prachtige wandelen, iets wat we allemaal graag doen. Maar aan de andere kant trekt ons oorspronkelijke plan ook om iets te zoeken rondom Sigyria/Dambulla. De weg er naar toe laat weer een andere kant van het land zien, we willen graag de Lions Rock op en de accommodaties zijn er erg mooi (met zwembad). Dus aldus en de neus van de minibus staat noordwaarts gericht.

Het wordt haast een gewoonte. Vandaag ook weer een ziekenhuisbezoek. Deze keer in Potuvil Hospital. Het positieve eraan is dat we een bijzondere kant van het Sri Lankese leven meekrijgen. In het ziekenhuis kijken we ook deze keer weer onze ogen uit. Maar er zit ook al routine in. We melden ons als vanzelfsprekend in de Emergency Treatment Unit. Hier word je gelijk geholpen en de dienstdoende arts staat ook paraat. De gang langs de dokter levert een verwijzing op naar de vaccination room. In de wachtkamer die we doorkuisen, hangt een poster met sneeuwbeelden getiteld ‘Holiday in Finland’. Dit naast een poster hoe je je handen moet wassen. Die tweede staat toch wat meer hier bij de werkelijkheid.

Omringd door nieuwsgierige ogen krijg ik mijn prik. De verpleger schrijft mijn Rabipur vaccinatie bij in het grote boek van… Ik sta in het archief: ‘Aruen 33 year’! Uit de honderden namen blijkt het grote hondenprobleem hier. Terug bij de arts is de cirkel rond. Het vaccinatieboekje wordt met veel elan ondertekend en gestempeld. Suze wordt nog eens met belangstelling opgetild. ‘What does she eat?’ We laten het antwoord maar in het midden…

De weg naar Batticola is een mooie. Vooral het binnenland; één groot merengebied. De plaatsen die we doorkuisen zijn ook erg aardig met al hun bedrijvigheid. De vele koeien op de weg lijken al normaal te zijn, al moeten we één keer echt vol op de rem. We zien prachtige Hindoe-tempels en moskeen. De Boeddhistische tempels lijken langs de kust zeldzamer. In Batticola strekken we onze benen even. Veel winkeltjes met Indiase kleding en juwelierszaken. Maar geen eettentje dat we aandurven. Dan maar door. In Polonaruwa zien we ‘Family Dream restaurant’. Dat spreekt tot de verbeelding. Binnengekomen ziet alles er heel klinisch uit. Het enige wat ze hebben, is fried rice. Wel ja, met de hele familie genieten we vervolgens van de droge rijst. Voor Suze hebben ze wel chocomelk. ‘Super veel lekker’ vindt ze dat.

Hoe dieper we het binnenland inkomen, hoe groener de omgeving wordt. De vele rijstvelden staan er groen-sappig bij. Ook doemen er wat heuvels op. Maar waar blijft nu het plaatsje Dambulla? Onze chauffeur wordt nog van de weg gehaald na gepakt te zijn met een lasergun. Is ook lastig als je snelheidsmeter het niet doet. Hij probeert het met wat smeergeld, maar moet toch 2500 Rupiah betalen, zo’n vijftien Euro. Dat is zuur.

Pas aan het einde van de middag komen we aan bij Amaya Lake Resort. Een parkachtig opgezet eco-resort aan een meer. Het ademt veel luxe uit. We worden onthaald door trommelaars. Dat voelt wat gênant en een beetje onhandig knikken we maar wat naar de dames. Dankzij Agoda en het Aziatische prijspeil hier zitten we wel wat boven onze stand. Al betreft dat het merendeel als we zo rond kijken. Onze ruime bungalow is op haar beurt wel erg mooi en de tv heeft BBC, zodat we ook wat van de Spelen kunnen volgen.

Het park is dat ook met een speeltuintje, tennis- & cricketbaan en een meer dan prachtig zwembad. Via een zogenaamde ‘jungletrack’ kun je naar het meer lopen. Het decor is… wow. Oh ja en de temperatuur blijkt heerlijk rond de dertig graden.

dsc_0753dsc_0758

Amaya Lake
Zondag 29 juli 2012. Dambulla, Sri Lanka.

Na de lange reisdag van gisteren, maken we vandaag een pas op de plaats. Het ontbijtbuffet daargelaten. We hoeven de dametjes eigenlijk niet te vragen waar ze zin in hebben. ‘Naar olifanten kijken of zwemmen’, is het antwoord.

Er is hier in de buurt wel een National Park waar je de grijze vrienden kunt vinden, maar dat betekent sowieso weer een tijd in de auto. We kiezen daarom voor een echte zondagsbesteding en blijven de hele dag op het park. Het klinkt wellicht wat saai, maar voor Madelief en Suze is dat het allerminst. Met haar 45 hectare aan oppervlakte, waarvan voornamelijk groen, is het goed toeven op Amaya Lake. Er lopen ossen over het terrein, prachtige witte vogels, apen en heel veel eekhoorns die net als wij ook wel van een patatje houden.

Het grote zwembad wordt het speeltoneel van de dames, zowel ’s ochtends en ’s middags. Tussendoor wandelen we langs het meertje, doen de jungletrack, houdt Suze een urenlange powernap en zorgen we dat de inwendige mens niks tekort komt. Morgen weer actie.

dsc_0780dsc_0785

Leeuwenvoeten
Maandag 30 juli 2012. Dambulla, Sri Lanka.

De basis voor de flinke klim die we vandaag gaan maken, is deels gisteren (de tapering) en deels vanmorgen (het ontbijtbuffet) gelegd. Onze aftocht iets na negen uur wordt begeleid door trommels. Met de minibus is het een dik half uur rijden naar Sigirya; een klein plaatsje dat vooral bekend is door Sigirya (Lion’s) Rock met een archeologische ‘speeltuin’ en tuinen rondom.

Waarvoor de door magma gevormde ‘platte heuvel’ is gebruikt, kent verschillende lezingen. Verschillende mythes wijzen op een koninklijke dan wel militaire functie gedurende het rijk van King Kasappa in de derde eeuw voor Christus. Archeologen denken meer aan een Boeddhistisch klooster, waarbij de berg voor monniken als een hermitage diende, eeuwen voor Kasappa de scepter zwaaide. Hoe dank ook, en wie er ook gelijk heeft, we hebben er zin in.

We worden voor de hoofdingang afgezet. Eerst een ticket kopen. De dame achter de kassa waarschuwt voor wespenaanvallen. Gezien de kinderen is het niet handig de top op te gaan, adviseert ze. Goed advies moet je niet in de wind slaan, maar we willen zelf kijken hoe hoog we kunnen komen en onderwijl de situatie inschatten. Dan snel een luierwissel en we zijn er klaar voor. Even een aanloop langs allemaal zogenaamde ‘watergardens’, zonder water helaas in deze tijd van het jaar. Wel veel overblijfselen van zeer oude gebouwen.

En dan begint het klimmen. No mercy vandaag, ook niet wat de zon betreft. Het gaat gelijk steil omhoog middels hoge traptreden. Ook deze keer weer wil Suze ‘zelluf de berg op’ en haar stoere blik verraadt ook nu dat ze zonder hulp boven komt. Het lijkt erop dat we de draagrugzak voor niks hebben meegenomen deze vakantie.

Je moet geen hoogtevrees hebben als je naar de top wilt. De trappen gaan soms steil langs de loodrechte berg omhoog. Gelukkig heeft niemand van ons er last van, al vindt Madelief het wel echt spannend. Halverwege zijn er prachtige fresco’s te zien. Mooie kleuren en héél oud.

Dan vervolgen we onze weg. Er is ook een bus Japanners losgelaten. Zij staan altijd garant voor (te)veel fotomomenten en voor ons enig oponthoud aangezien inhalen met die ferme wind niet slim is. Dan op dertig meter voor de top, daar waar de leeuwenvoeten te zien zijn, ontwaren we een surrealistisch gebeuren. Vanaf dit punt moet iedereen in groen plastic imker pak omhoog, niks mag meer bloot zijn. Het lijkt wel of de ongedierte bestrijdingsdienst in volle glorie is uitgetrokken. Vanaf hier dus serieus gevaar voor wespen. Het levert een heel komisch tafereel op. Mensen die zich met veel geworstel in het pak hijsen, marsmannetjes die het laatste stuk omhoog gaan en oververhitte mensen die met stoom uit het pak terug komen. Wij tellen onze knopen en gaan weer omlaag. Jammer dat we niet helemaal boven zijn geweest, maar met de kinderen was het gewoon geen optie.

dsc_0787dsc_0806

Op de weg terug nog meer fotomomenten met een reisgezelschap uit Jaffna. Tijdens deze sessie zijn we zelf hoofdonderwerp. Suze is al die aandacht en aanrakingen overigens meer dan zat en gelijk heeft ze. Die club Japanners waren blijkbaar de druppel. Tijd voor een uitgestelde picknick, niet op de Lion’s Rock, dan maar op ons eigen topje.

Op de heenweg hadden we nog een mogelijkheid gezien om op een olifant te rijden. Nu gaan we daar langs om ook een stukje te toeren. Maar de ene olifant die ze hebben, is ‘fully booked’ als ware het een hotel. De andere olifanten zitten al in Kandy voor het Perahera festival. We stellen het ritje weer een paar dagen uit. Terug bij de auto gaan we met een omweg naar ‘huis’. We krijgen een interessante inkijk in het plattelandsleven en zien mensen aan het oogsten op de tabak- en rijstvelden. Eenmaal thuis hebben we weinig reden om niet voor het zwembad te kiezen.

En als de kinderen in bed liggen, schreeuwen we in de half open lobby het Nederlands hockeyteam naar een overwinning. Waar zijn de Indiase gasten nu die gisteravond en masse hun cricketteam zagen winnen van Sri Lanka? Onze oranje shirts schrikken blijkbaar af…


Perahera
Dinsdag 31 juli 2012. Kandy, Sri Lanka.

Deze morgen verruilen we Dambulla voor Kandy. Ook deze keer regelen we een minibus via ons onderkomen. De prijzen liggen redelijk vast dat merken we overal in Sri Lanka. Oorspronkelijk hadden we nog het idee om ook sommige stukken met de bus te gaan. Maar ze worden niet voor niks ‘racers of the road’ genoemd. Iedereen rijdt hier rustig en netjes, behalve de bussen. Deze staan blijkbaar boven en onder de wet. Ook al zijn ze een stuk goedkoper, dat is ons het prijsverschil niet waard. Daarom ook deze keer weer en route met een chauffeur die zich tevens ontpopt als gids. Ook dat is vaak het geval én een leuke bijkomstigheid. Tijd is ook geen geld naar het lijkt dus op onze eerste stop kunnen we rustig de tijd nemen.

De grootste liggende Boeddha is te zien net buiten Dambulla. Bij de ingang staat een heel groot kitscherig beeld. Niet verbazend dat hij gebouwd is met geld van Japanse donaties. De Boeddha zelf ligt in een prachtig beschilderde grot bovenop een heuvel. Dat levert weer een lekkere bil- en beentraining op, aangezien we behoorlijk wat traptreden de baas moeten. Phoeh. Maar het uitzicht is prachtig en de tempel met tig Boeddhabeelden op de heuvel is nog mooier.

Dan tuffen we door. Onze leider voor vandaag heeft nog iets leuks in petto. Een herbal– en spicegarden. We zitten er niet heel erg op te wachten. Maar eerlijk is eerlijk het geeft een leuke inkijk in de verschillende kruiden, vruchten en planten die hier groeien. En het is een leuke knipoog naar de komischer ervaring die onze ouders hier tien jaar eerder hadden. We ontkomen niet aan een uitleg over de uiteenlopende gebruiksmogelijkheden. Madelief is één en al interesse en heeft haar zakken vol met bloemetjes en blaadjes. Balen voor de eigenaar dat zij de portemonnee niet beheert.

Het laatste uurtje gaat door een heel mooi groen landschap. Het is duidelijk dat we weer richting de bergen gaan. We ruiken Kandy dat op vijfhonderd meter hoogte ligt. Het is de tweede stad van Sri Lanka en voor ons de eerste écht grote stad die we aandoen.

Kandy is deze week eigenlijk vooral Perahera. Het tiendaagse festival dat opbouwt naar volle maan met elke avond grotere processies. Na aankomst gaan we gelijk de stad in. Het bruist aan alle kanten, je voelt dat er wat gaande is. Hoe dichter we bij de Tempel van de Tand komen aan de rand van het meer, hoe drukker het wordt. Rijen dik zitten de mensen op de grond te wachten op de optocht die pas ’s avonds begint. Overal mannetjes die water, noten, ijs en lichtmakende speeltjes verkopen.

Op verschillende plekken kun je langs de route een stoel reserveren, soms in tribuneopstelling. We hadden gehoord dat je hier al eerder kaartjes voorhad moeten reserveren, maar het tegendeel blijkt. Verschillende mannen met verschillende prijzen proberen hun tuinstoel aan ons te slijten. De ene plek met nog beter uitzicht dan de ander. Dichtbij hotel Queens vinden we overdekte plekken die we voor een schappelijke prijs kunnen kopen. Het is half vijf en we besluiten het te doen; twee stoelen op de tweede rij met een goed uitzicht aan het begin van de route.

We zijn er niet op voorbereid dat we vanavond al zouden kijken, dus ik ga op pad voor water, koekjes, nootjes en nog meer water. Het festival gevoel maakt zich meester van ons. Wat een bijzondere en gemoedelijke sfeer. Iedereen wacht op iets groots dat is duidelijk, maar wat het precies is, zullen we over een paar uurtjes pas weten. De politie houdt alles scherp in de gaten, verkeersregelaars proberen overzicht te houden en mensen zoeken nog naarstig naar een plek.

Op een gegeven moment hebben we een ‘fata morgana moment’: een man met Pizza Hut op zijn shirt geborduurd komt langs. Of we zin hebben in pizza. In een wereld waarin rijst overal is, maar Westers eten toch lastiger te vinden, een bizarre gewaarwording. Oh ja, of we vijftien minuten geduld hebben dan komt hij de pizza hawaï en spicey chicken langsbrengen. Fantastisch! En wat smaken ze even later lekker.

Om zeven uur verwachten we het begin. Maar om half acht zien we nog niks en komen de bussen en tuktukjes nog steeds langs. Mensen van het Rode Kruis verspreiden zich langs de weg. Eerste hulp is dus dichtbij. Overal staan mensen met water om vooral de sinds vanmorgen wachtende mensen van vocht te voorzien. Dan horen we harde knallen uit de verte. Even later zien we de eerste mannen/jongens van de processie. Met bijzondere bewegingen slaan ze met touwen op de grond en even later volgen verschillende vlaggendragers en mannen met fakkels die gevaarlijke manoeuvres uithalen. Wow, het gaat nu echt beginnen. De meisjes zijn ook in extase, zij verheugen zich vooral op de olifanten. Mannen met een vuurkorf aan een lange stok verlichten het spektakel en lopen aan de zijkant mee. Dan de eerste versierde olifanten. Suze staat op de stoel bij elke nieuwe olifant die langskomt en Madelief glimt van alle kanten.

dsc_0893dsc_0917

En zo gaat het een hele tijd door. Tussen de olifanten is er een groep mannen die weer een bijzondere dans al dan niet begeleid door trommels en zang laat zien. Met gracieuze bewegingen beroeren ze de toeschouwers. Dan tegen een uur of tien lijkt het einde te naderen. Een hele grote olifant met een kopie van een relikwie op zijn rug komt langs over een witte loper, naast hem mannen van aanzien en een dikke buik. De mensen maken vouw- en buigbewegingen. Dan volgen er nog een serie olifanten met tempelstukken.

Hoe indrukwekkend we het ook vinden, het is op een gegeven moment mooi geweest. Suze heeft de handdoek al in de ring geworpen en slaapt om half elf. Er lijkt maar geen einde aan te komen. Ook om elf uur nog niet. Onze billen zijn van hout geworden, ons drinken is bijna op. Er zit niks anders op dan te wachten, wegkomen doen we toch niet door die gigantische mensenmassa. Iets voor twaalf juichen we de bezemwagen toe. Het was onvergetelijk met meer dan duizend dansers en trommelaars én zestig olifanten hebben we langs zien komen. Maar zeven uur op een plastic stoel zitten is best lang.

Dan is het wegkomen nog een vak apart. Duizenden mensen willen met ons naar huis. We houden elkaar stevig vast met de kinderen op onze rug. We worden snel opgemerkt door een tuktukchauffeur, hij loodst ons naar zijn wagen. Na middernacht bereiken we ons hotel. Snel slapen…

 

Kandyan Cultural Hall
Woensdag 1 augustus 2012. Kandy, Sri Lanka. 

We worden wakker met Suze tussen ons in. In onze driepersoonskamer van Hotel Hilltop is meer dan ruimte genoeg voor een extra matras, maar ze wilden er niet aan gisteren. Het is het eerste hotel tot nu toe waar ze zo moeilijk doen. Zonde, want verder is het een leuk plekje, hoog gelegen, wat mooi uitkijkt. Alleen de trommelaars ontbreken… en een aantal sterren.

Na het ontbijten gaan we naar de Tempel of the Tooth. Het is nu alweer een drukte van belang rondom Kandy Lake. Langs de route die de processie vanavond gaat afleggen, zitten nu al heel veel mensen op plastic zeiltjes te wachten. De tassen met eten en drinken stevig tegen zich aangedrukt. De voetpaden zijn lastig begaanbaar hierdoor, maar het geeft wel een bijzonder sfeertje. We lopen een stuk langs het meer, waaraan de tempel ligt. De tempel laten we voor wat die is. Het is er ontzettend druk. Achter de tempel is het letterlijk achter de schermen.

Vanaf de tempel vertrekken vanavond weer die duizenden deelnemers aan de Perahera. We ruiken de olifanten. Ze zullen toch wel ergens moeten staan, aangezien ze vanavond weer aan de bak moeten. Ja hoor, we treffen er een aantal die mooi staan te wezen. Madelief en Suze zijn weer helemaal in hun sas als ze denken dat er één naar hen zwaait met zijn slurf.

Vervolgens stuiten we in de Kandyan Cultural Hall op oefen-optredens van studenten. Het zijn mixen tussen Hindi-dans, breakdance en freestyle. In dit mooie gebouw kijken we een tijdje en vooral de dametjes zijn er moeilijk weg te slaan. De boodschap dat we weer naar ons hotel gaan en dat ze dan mogen zwemmen na de lunch, slaat wel aan.

Eerst nog even een supermarkt zoeken voor luiers. Met de meegenomen voorraad gaan we het net niet redden. En om nu zonder het vliegtuig in te gaan, legt misschien toch teveel druk op Suze. Er zijn vast betere manieren om van de luiers af te komen.

dsc_0931

Na de zwemsessies en de siësta van Suze tuktukken we weer naar het meer. We rijden een deel over de route waar een paar uurtjes later de optocht langskomt. Het is een drukte van belang. We wanen ons even filmsterren die langs de rijen met mensen zoeven. Bij het meer laten we ons afzetten. We wandelen een groot deel om het meer en genieten van de verlichte tempel en bomen aan de overkant. De volle maan is duidelijk te zien en duidt tevens op de slotdag van de Perahera.

Dan op zoek naar een restaurant die we in de Lonely Planet hebben gezien. We verkijken ons op de afstand. Het Indiase eten smaakt vervolgens wel oké. Al wordt het bijna een dure grap als Suze tijdens het ‘tikkertje spelen met zichzelf’ een aantal oude schilderijen omstoot. Het gaat goed en we zijn blij als we weer op weg zijn naar huis. Ruim voor middernacht zijn we deze keer thuis. De processie volgen we op de televisie als de kinderen lekker slapen.

 

Royal class
Donderdag 2 augustus 2012. Kandy, Sri Lanka.

Bij het ontbijt worden de muziekboxen in de eetzaal getest. Er vindt zo een bruiloft plaats. Al sinds gisteren zijn ze druk met ‘versieren’. Dat belooft wat moois te worden. Beneden bij het zwembad staan de lekkerste taarten en koeken. We twijfelen of we onze beste kleren onderuit de tas zullen halen om ons ongezien in het feestgedruis te mengen. Maar iets zegt ons dat dit niet gaat lukken. Op dan maar naar de Botanical Gardens.

We lopen de heuvel waarop ons hotel ligt af naar beneden om daar een tuktuk te pakken. ‘Eitje appeltje’ zoals Madelief zegt. Al van verre zien ze ons aankomen en staan ze in de rij om ons mee te nemen. Tien minuten later staan we aan de poort van de tuinen. Duidelijk een plek voor paartjes en trouwfoto’s. Het is er mooi, maar ook wel vervallen en waarschijnlijk ook gewoon lastig om hier veel moois te laten groeien. Suze ontwaart een krakkemikkig speeltuintje. De glijbaan blijkt niet te glijden, de wipwap zit los… dan maar schommelen.

Als we uitgeschommeld zijn lopen we naar het meer. De Central Market is het volgende doel. We struinen tussen de vele stalletjes door. Iedereen probeert ons wat te slijten van de mooiste shirts tot de fijnste shawls en lekkerste noten. Maar we houden de portemonnee in de zak.

Het is al zo laat dat we maar in de stad gaan lunchen. Eureka! Aan de Pizza Hut bewaren we goede herinneringen. De weg er naar toe is al vol met wachtende mensen. Deze middag vindt de afsluitende processie plaats. Deze is iets minder lang én bij daglicht. De ingang naar het restaurant is moeilijk te bereiken door al die mensen die op de stoep zitten te wachten. Op de eerste verdieping hebben we vervolgens een eersteklas uitzicht op de weg die straks het toneel vormt van de optocht. Zullen we… nee, om hier nu drie uren te gaan lunchen, is wel erg lang en dan zijn we wel heel veel pizza’s verder. Al smaken ze opperbest.

We lopen de weg een stukje af en vragen een agent waar de tocht vanmiddag begint en hoe laat. Hij wijst een kant op en zegt dat de start over een half uur is. Om weer een stoel te boeken, zien we niet zitten. Voor de meisjes is die zit echt te lang voor een tweede keer. Madelief kan alleen maar aan het zwemwater van ons hotel denken. Maar het begint wel erg te kriebelen bij het oudste deel van de groep. Dan zien we in de verte de olifanten al komen en horen we de trommels slaan. Snel lopen we door. Dan staan we ineens royal class vooraan in een bocht. We kunnen de deelnemers aanraken. Super plek en wat een indrukwekkend spektakel weer. Nu bij daglicht is de sfeer anders. Zeker niet minder mooi. Na ruim een uur is de tocht voorbij. We hebben weer genoten.

dsc_0955dsc_0994

Thuis gaan beide dames slapen. Suze is moe van alle indrukken en het vele gesjouw, Madelief heeft de bokkenpruik op. Het zwembad laten we daarom nog even voor wat het is. Al die bruiloftgasten rondom het water is ook niet je van het. Iets met een boek dan maar en een héle koude cola.


Olifantendag
Vrijdag 3 augustus 2012. Negombo, Sri Lanka.

Zou het dan echt vandaag gaan gebeuren? We hebben het Madelief en Suze al een paar keer voorgehouden. Hoogste tijd om het waar te gaan maken. We gaan op een olifant rijden. Maar eerst zeggen we Kandy gedag. We vertrekken wat later uit het stadje, omdat het olifant-gebeuren in Pinewala net na de middag het leukste is.

Het is erg druk op de weg van Kandy naar het Oosten. Aardig wat vrachtwagens die best moeite hebben met de heuvels en de bochten. De natuur is er niet minder om. Wat is het binnenland van Sri Lanka toch mooi groen. Ook nu weer genieten we ervan. Dus dat onze minibus niet boven de vijftig gaat, vinden we niet zo erg.

dsc_1005Rond één uur komen we aan in het plaatsje Pinewala. Je kunt hier op meerdere plekken naar olifanten kijken, op ze rijden of ze zelfs wassen. Eerst bezoeken we de Millenium Foundation. Hier kiezen we voor de rit van vijftien minuten. Suze lijkt het best spannend, want we zullen gewoon los op een olifant gaan zitten. Het is heel even sputteren en dan beginnen haar ogen te glimmen. We zitten achter elkaar en Madelief heeft de teugels strak in handen. De lengte van het tochtje valt tegen. Het horloge van de mahout is blijkbaar kapot als we na dik vijf minuten weer bij het beginpunt zijn. Wel houdt hij gelijk zijn hand op voor een fooi. Als Matthijs er wat van zegt dat het wel heel veel geld is voor zo’n stukje (rond de 25 euro) kunnen ze moeilijk met de kritiek omgaan. De meisjes vinden het jammer dat het al zo snel is afgelopen.

Er volgt nog een onderdeel. Na het sporten moet er immers gedoucht worden. Suze laat de halve kokosnoot aan Madelief en zij gaat met Matthijs het water in om ‘onze’ olifant te schrobben. Ook na deze sessie vraagt een andere mahout gelijk om een fooi. Jammer dat ze zo aan het bedelen zijn, maakt het gevoel wel een stuk anders. Maar de dames vonden het geweldig en daar gaat het om.

Dan volgt het olifantenweeshuis in hetzelfde plaatsje. Ook hier weer betalen we een fikse entreeprijs, maar wat we zien is best indrukwekkend. Een groot en netjes opgezet gebied met meer dan honderd olifanten worden hier verzorgd en ze lopen vrij rond in een mooi stuk natuur.

Rond twee is het ook voor hen baddertijd. Wij hebben ons al even daarvoor gesetteld op de eerste etage van een restaurantje dat uitkijkt op de snelstromende rivier. Op een gegeven moment komen ze aangeslenterd. Enkele hele grote mannetjes worden apart gehouden van de groep, maar de rest krijgt een paar uur vrij spel. Het is leuk om naar die guitige beesten te kijken.

dsc_1052dsc_1066

Wanneer we weer verder naar het oosten toeren over de A1 vallen Madelief en Suze snel in slaap. Het was écht hun dag. Het is nog ruim drie uren rijden naar Waikkal, een dorpje net buiten Negombo. We rijden ook al langs het vliegveld waar we ons maandagmorgen vroeg moeten melden. Het staartje van de vakantie is nu echt bereikt.

We strijken neer in Club Hotel Dolphin. Een groot en luxe opgezet resort aan zee met meer dan van alles erop en eraan. Een zwembad van meer dan honderd meter lang is de absolute eyecatcher. Helaas nog wat strubbeling bij het inchecken. Via Agoda hadden we een tweepersoonskamer geboekt en nu melden we ons met het dubbele aantal personen. Een matras op de grond bijleggen willen ze niet. We moeten flink bijbetalen voor een extra bed. Dat is even een dobber. Ach, dat is ook het risico van het vak. Wanneer ze een derde bed opbouwen en tegen ons grote queen size bed aanzetten, zijn de dames in extase. Volgens Madelief kun je makkelijk een paar judorollen maken over de lengte. Morgen maar eens kijken wat hier nog meer valt te beleven. Met Sri Lanka zal het wel niet zo heel veel meer te maken hebben.

 

Vier op een rij
Zaterdag 4 augustus 2012. Negombo, Sri Lanka.

Dat is gezellig wakker worden zo met zijn vieren op een rijtje. De meisjes hebben vervolgens nog meer schik bij Buurman en Buurman. Hebben we die paar dvd’s toch niet voor niks meegenomen. Al lonkt ESPN, de Engelstalige Indiase zender, waar ze non-stop de Spelen uitzenden ook wel.

Dan zijn we klaar voor het ontbijtbuffet. Net als gisteravond is deze zo ontzettend uitgebreid en lekker, dat hebben we nog nooit meegemaakt. Het voelt toch wat vreemd om donuts en cake als ontbijt te nemen, dus we houden het relatief bescheiden. Slechts één donut en één plakje cake na het ontbijt bij de koffie.

Madelief is helemaal gebiologeerd door de mensen met polsbandjes hier. En dat zijn er nogal wat, of beter gezegd dat is haast iedereen minus vier. Het all-in concept heeft hier duidelijk zijn intrede gedaan. Toch ontwaren we bij onszelf ook het clubgevoel… Afspoelen maar. We genieten de hele morgen van het zwembad. Madelief oefent fanatiek met duiken vanaf de kant en kan daarna zelfs al een zestal meter onder water zwemmen. Dat is handig voor als ze over twee weken met zwemles begint.

4augdsc_1098

Na de lunch, we konden niemand vinden die ons zijn bandje wilde uitlenen, gaat Suze lekker slapen. Wij gaan een tijdje uit de zon. En wat is er dan leuk: tafeltennis. Madelief is ook hier weer gedreven om het te leren al zijn haar ouders nog fanatieker tijdens een partijtje. Aangezien de auteur altijd het verhaal naar zijn zin kan zetten, soort van dichterlijke vrijheid, hebben we aan deze zijde de kampioen. Vanavond revanche. Maar eerst weer een zwemsessie, kinderdisco en dan weer een samenzijn met de blauwe bandjes. Luxe relaxt leventje zo.

Het zijn dus eigenlijk maar saaie dagen, de laatste twee van ons in Sri Lanka. Maar we vinden het alle vier heerlijk. Al scheelt het voor ons dat er in de buurt niet zo veel dingen te doen zijn. Ja, het vliegveld dus, maar daar proberen we nu nog even niet aan te denken…


Weer thuis
Woensdag 15 augustus 2012. Nederland.

Een week zijn we nu thuis. Het lijkt alweer veel langer. Toch staan we in onze gedachten nog maar kort geleden op het vliegveld in Colombo. En zit Sri Lanka nog voortdurend in onze gedachten. De geuren van het land, de smaak van het eten, de prachtige natuur, de vriendelijke bevolking, de tuktukjes overal en de ordelijke chaos rond de straten.

vliegveld-colombovliegveld

De laatste tastbare verbinding met Sri Lanka is vandaag gelegd in het AMC op de tropenafdeling. Het vaccinatieboekje kan definitief in het plakboek, de vijfde Rabiës-injectie is gegeven en de ontvangen behandelingen volledig ‘goedgekeurd’ door de tropenarts. Het T-shirt met de tekst ‘Stroke me, I’m vaccinated’ is dus geheel op zijn plek. Maar we hebben het shirt maar op het vliegveld van Colombo laten hangen. Waarom de goden verzoeken?

Ook al lijken we weer helemaal opgegaan te zijn in de waan van alledag, vaak genoeg dwalen de gedachten af naar de mooie plekjes waar we zaten en de ontmoetingen die we hebben gehad. Hoe zou het met ze zijn? Zou de moeder van de twee kleine zoontjes alweer terug zijn in Dubai om daar haar werk als huishoudster te vervolgen? Zou Pasandra die noodgedwongen in een hotel werkt al zicht hebben op een baan op niveau? Zou het luipaard daar nog steeds liggen onder de boom in Yala? Zou die kok in Hikkaduwa al veel meer mensen blij hebben gemaakt met zijn eten en innemende persoonlijkheid. En zou de tuktukchauffeur die ons terug naar Ella bracht het alleen redden met zijn kinderen nu zijn vrouw voor twee jaar in het buitenland werkt…

Suze en Madelief zijn alweer helemaal ingeburgerd in het Hollandsche leven. Zo gauw we voet op Duitse bodem zetten, stelden ze voor water uit de kraan te gaan drinken. Want dat hadden ze zo gemist. ‘En mag ik nu weer gelijk mijn handen in mijn mond als ik dat even wil?’, probeerde Madelief op de luchthaven. Ook de volgende (dins)dag thuis was het een ware ontdekkingsreis door ons eigen huis. Naast onze eigen reis-rotzooi deden beide dames er een flinke schep bovenop met het herontdekken en verplaatsen van hun speelgoed. Alsof we maanden weg waren geweest.

dsc_1136orka-negombo1

Maar ook bij hen blijven de herinneringen en komen de verhalen bij vlagen langs. Over de olifanten natuurlijk, de leuke vliegreis, het prachtige zwembad op ons laatste plekje, het Indiase vriendinnetje in Negombo, de lieve meneer in Ella waar Suze een beetje ‘geliefd’ op was en over de mooie bergen waar we hebben gepicknickt.

En niet te vergeten het surfen dat Madelief nu volgens zichzelf helemaal beheerst, het bijna zonder bandjes kunnen zwemmen en de Engelse taal die ze nu volledig onder de knie heeft. Waar het allemaal niet goed voor is de vakantie. We zullen het de juf op school meegeven. Misschien zijn we dan niet meer gebonden aan de scherpe schoolplicht hier... En zo wel, dan redden we ons ook prima met de weken van de reguliere vakanties. En we zijn het wel eens met de uitspraak die Simon Carmiggelt ooit deed:

We zouden eigenlijk altijd vakantie moeten hebben. We zijn ervoor geschapen. Maar waar moet je dan nog naar verlangen?

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!