Artikelindex

Tekkel
Matsumoto is de enige stad van redelijke omvang op onze vakantieroute. In file rijden we de bebouwde kom in. Dan rijst er een probleem: Teun moet plassen. Heel nodig plassen. En we kunnen nergens stoppen. Laten lopen of uit het raam plassen is ook geen optie om sociaal-hygiënische redenen. Wij zien maar één uitweg: plassen in een lege café-latte beker. Het idee wordt tot uitvoering gebracht, al kost het een fikse dosis ouderlijke overredingskracht.

Matsumoto is vooral bekend van twee dingen: het kasteel, en Suzuki, niet de auto’s maar de vioolmethode voor kindertjes. Voor ons is het ook de plek waar Tessel herenigd wordt met Hammie, haar boezemknuffel. We hadden Hammie per ongeluk in Hakuba achtergelaten. Op de piano, we zien hem nog zo zitten. ‘Hammie weg. Hammie zoeken!’ zei Tessel sindsdien elke dag. Zelf was ik misschien nog het meest van slag. Ik ging slechter eten, noemde mijn dochter Tekkel in plaats van Tessel, dat soort dingen. Om een lang verhaal kort te maken: Takako uit Hakuba bood aan om Hammie vooruit te sturen naar Matsumoto. Daar nemen we Hammie nu in ontvangst, gemummificeerd in plasticfolie, met nog een kadootje erbij. De klant is koning? Zeg maar keizer.

We maken ’s avonds al een wandeling door de stad. Het ziet er sfeervol uit, er hangen lampionnetjes langs het kanaal. Het kasteel is ronduit spectaculair in de avondschemering. De enorme karpers in de slotgracht maken het plaatje compleet.

De volgende dag zijn we terug om het kasteel vanbinnen te bekijken. De kassière legt nerveus uit dat het ongeveer tachtig minuten duurt. Helemaal goed, denken wij. We kopen kaartjes. Als we de kasteelpoort door lopen zien we dat tachtig minuten de wachttijd is om überhaupt het kasteel binnen te kunnen. Honderden, zo niet duizenden mensen staan of zitten in de rij voor de kasteeldeur. Daar beginnen we niet aan, dat trekken de kindjes niet. Zou het nog Obonner worden dan dit?

Terwijl we rond het kasteel drentelen, komen er een man en een vrouw op ons af. Ze dragen uniformen en badges. Ellen verwacht een berisping, we lopen immers buiten de lijntjes. Ze vragen echter of we op de foto willen met een Samoerai-ridder, voor een toeristische brochure. Tessel schrikt zich het apelazarus als ze de ridder ziet. Stukkie lopen papa, stukkie lopen! De Samoerai zelf raakt ook helemaal van de wap. Hij mag (of moet) op de foto met een westerse reuzin en haar zoon. Hij krijgt de slappe lach, en het komt niet meer goed tijdens de fotosessie.

Matsumoto gebruiken we verder om wat souvenirs en cadeautjes te kopen. Teun en ik raken verzeild in een Japanse nerdhemel, een verdieping van een groot warenhuis helemaal gevuld met modeltreinen en -vliegtuigen, robots, vliegers, een enorm vliegdekschip van één miljoen yen, en – omdat zelfs techniek soms gaat vervelen – driedimensionale mangameisjes.

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!