Van kleins af aan reisde ze met haar ouders de wereld over. Nu, als volwassene, vindt ze het nog steedsgeweldig om lange verre reizen te maken. Haar favoriete reisbestemming is Azië. Als orthopedagoog biedt Eveline Groeneveld ouders hulp bij het opvoeden van de kinderen. Aan haar stellen we onze brandende vragen over opvoeden tijdens het reizen.
1. Wat hebben kinderen er eigenlijk aan om met hun ouders een verre reis te maken?
Kinderen zijn altijd bezig om de wereld te ontdekken en kunnen veel leren van verre reizen. Ze leren bijvoorbeeld dat niet iedereen het op de wereld het even goed heeft als wij in Nederland, maar ook dat onze gewoonten en gebruiken niet de enige zijn. Dat helpt om tolerantie te ontwikkelen. Als kinderen al van jongs af aan reizen en regelmatig van huis zijn, leren ze ook omgaan met veranderingen en onverwachte gebeurtenissen. Hier kunnen ze later veel aan hebben. Ook maak je de wereld voor een kind begrijpelijker. Wat ze op school horen en lezen, kunnen ze direct koppelen aan hun eigen ervaringen.
2. Wat doet het met een kind als het in een geheel andere cultuur terechtkomt en in korte tijd veel nieuwe indrukken opdoet?
Het ene kind vindt het erg spannend en vermoeiend en het andere kind kan er niet genoeg van krijgen. Een voorzichtig of angstig kind heeft wel extra aandacht nodig. Pas in ieder geval je reisbestemming aan op je kind. Geef het kind geen enorme cultuurshock als het heel snel van slag is, maar bouw het reizen dan langzaam op. Stem ook je dagprogramma af op het kind. Als er veel leuke activiteiten op het programma staan, zal het makkelijker kunnen wennen aan de nieuwe bestemming.
Een goede voorbereiding is belangrijk. Vertel het kind van te voren wat het kan verwachten en hoe het tijdens de reis zal zijn. Over het algemeen hebben kinderen weinig moeite met reizen als ze het van jongs af aan gewend zijn. Ze genieten meestal zichtbaar van alle nieuwe dingen die ze kunnen doen en leren. Kinderen hebben vaak het vermogen om zich sneller aan nieuwe omstandigheden aan te passen dan wij volwassenen.
3. Opvoedmethoden in verre landen kunnen erg verschillen van wat wij in Nederland als pedagogisch verantwoord zien. In Azië zijn uitingen van boosheid taboe, ook bij kinderen. Wat doe bijvoorbeeld als behulpzame locals je boze kind willen sussen door snoepjes of cadeautjes te geven, terwijl jij niet wilt dat je kind een beloning krijgt voor ongewenst gedrag?
Het is belangrijk om te beseffen dat het niet het einde is van je goede opvoeding als je kind een keer een snoepje krijgt voor slecht gedrag. Het is moeilijk en vaak ongepast om de locals aan te spreken, behalve als je de mensen goed kent of als het bijvoorbeeld personeel in het hotel betreft.
Kinderen hebben wel vaker te maken met tegenstrijdigheden, waarbij ze door hun omgeving worden aangemoedigd terwijl hun ouders hen proberen af te remmen. Het moet duidelijk zijn dat jij als ouder degene bent die de grenzen stelt. Praat met je kind en leg het uit dat hij/zij het snoepje kreeg omdat andere mensen het heel vervelend vinden dat hij/zij zo boos deed. Stel zelf grenzen en haal het kind even uit de situatie als het kan.
4. In sommige landen worden kleine blanke kinderen op handen gedragen. Ze worden betast, gefotografeerd en krijgen (bijna) alles wat ze maar willen. Welk effect heeft deze positief bedoelde aandacht op een kind?
Hoewel veel kinderen hier gewoon goed mee om zullen gaan, kan het ook twee kanten op gaan. Of het kind vindt al die aandacht een beetje eng of het gaat grenzen opzoeken omdat ze het gevoel krijgen dat ze met veel meer weg kunnen komen dan thuis. Leg het kind uit dat het te maken heeft met een verschil in cultuur. Vertel een angstig kind dat het niet bang hoeft te zijn en blijf dicht bij het kind in de buurt, zodat het zich beschermd voelt. Bij een kind dat zich erg vrij gaat voelen, is het belangrijk om duidelijke grenzen te stellen.
5. Hoe ga je om met ongewenst gedrag van je kind in ‘openbare gelegenheden’ waar je op reis veel vertoeft zoals vliegtuig, taxi, restaurant etc.
In eerste instantie is het belangrijk om ongewenste situaties te voorkomen. Als kinderen moe worden en honger krijgen, worden ze vaak jengelig en gaan ze eerder over de schreef. Put je kind niet uit tijdens de reis. Laat het voldoende slapen, op tijd eten en regelmatig rusten. Houd het kind ook bezig tijdens lange reizen, bijvoorbeeld met een spelletje. Als het toch een keertje mis gaat, probeer je kind dan af te leiden. Haal het als het kan even uit de situatie, bijvoorbeeld door in een restaurant samen even naar buiten te lopen. Dat haalt vaak wat ‘druk van de ketel’. Probeer je niet te druk te maken om boze blikken van andere mensen, want kinderen voelen vaak haarfijn aan dat je je ongemakkelijk voelt. Blijf zelf rustig, wees consequent en reageer hetzelfde als je in Nederland zou doen.
6. Hoe herken je heimwee bij (kleine) kinderen en wat doe je er aan?
Heimwee kunnen kinderen op allerlei manieren uiten. Ze kunnen buikpijn krijgen, zich huilerig en emotioneel voelen, zich lusteloos voelen, chagrijnig zijn, etc.
Een goede voorbereiding is erg belangrijk om heimwee te voorkomen. Vertel het kind wat hem/ haar te wachten staat in het land van bestemming, hoe lang ze weg gaan, wat hetzelfde zal blijven en wat anders zal zijn. Laat het ook alvast kennismaken met het eten van het vakantieland. Op de plaats van bestemming is het belangrijk om specifieke routines te behouden, zoals het voorlezen van een verhaaltje voor het slapen gaan, samen ontbijten, en dergelijke. Neem de favoriete knuffel natuurlijk ook mee op reis.
Als het kind toch overvallen wordt door heimwee, is het belangrijk om begrip te tonen. Wees vooral niet boos als het kind huilt of loopt te mokken. Praat er rustig over met je kind en laat het weten dat het niet erg is dat het heimwee heeft en dat veel kinderen daar last van hebben. Probeer zo veel mogelijk leuke dingen te doen om het kind af te leiden. Probeer zo veel mogelijk structuur in de dag te brengen en eventueel dingen van thuis terug te laten komen door bijvoorbeeld een keertje bekend, Nederlands eten te koken. Sommige kinderen vinden het fijn om even te mailen of chatten met vriendjes in Nederland.
7. Heb je tenslotte nog tips die kunnen bijdragen aan een positieve reiservaring voor ouders en kinderen?
Geef het kind een actieve rol en betrek het bij de reis. Stel samen bijvoorbeeld een reisdagboek samen, verzamel foldertjes, entreekaartjes en dergelijke voor in het plakboek of geef het een cameraatje om foto’s te maken tijdens de reis. Geef het kind ook de gelegenheid om zich te uiten. Het doet allemaal nieuwe indrukken op en het is goed om daar eens over te praten. Het reizen moet vooral een leuk avontuur en ontspannen zijn, voor ouders en kind. Er bestaan ook groepsreizen speciaal voor gezinnen met jonge kinderen. Het is leuk voor de kinderen om onderweg met leeftijdsgenootjes te kunnen spelen.
Heb je meer vragen over de opvoeding van je kinderen? Via www.onlinepedagoog.nl kun je in contact komen met Eveline Groeneveld.