Waterglijbaan
Donderdag 16 juli 2015. Lençois, Brazilië.

We ontbijten buiten in de tuin, en eten ondertussen net als de Brazilianen bergen fruit en lokale hapjes zoals kaasbolletjes, tapiocapannenkoeken, quiches met kip (mama, dat smaakt naar vol-au-vent) en worstebroodjes. Nog voor er een schotel leeg is verschijnen er alweer andere met meer lekkers.

Vandaag houden we het bij een relatief gemakkelijke en korte wandeling. Het heeft even geduurd, maar onze wandelschoenen zijn perfect op tijd droog geraakt na onze regendag aan de Iguacu watervallen in Argentinië. Onze tocht begint aan onze pousada. We stappen door een waterkanaal dat door slaven werd aangelegd en gebruikt werd door diamantzoekers. Eerst gaat het naar beneden, dan steil omhoog maar algauw volgen we een vlak pad van een drietal kilometer lang. De jongens doen het prima, ook Louis die niet echt fan is van stappen. We lopen door een bosachtig gebied tot aan de Ribeirão do Meio. Ons doel is een soort waterglijbaan, op een rotsplaat, die uitkomt in een natuurlijke pool gevormd door de rivier. Vandaag is het er rustig, er zijn nog een handvol andere wandelaars, maar in het weekend is dit een favoriete zwemplek voor de locals.

LencoiswaterglijbaanLencoiszwemmeninzwartwater

Het water van de rivier is zwart, door organisch afbraakmateriaal van dierlijke en plantaardige oorsprong. Emiel, Louis en ik zoeken afkoeling in het water. Het is best een gek gevoel om in dat donkere water te zwemmen, je ziet echt niets onder je en hebt geen idee van de diepte. We kijken toe hoe anderen van de glijbaan gaan, maar het ziet er hobbeliger, pijnlijker en gevaarlijker uit dan plezierig. En dat terwijl ik al foto's zag van mensen die er rechtstaand af gingen. We genieten nog even in de zon, terwijl de jongens op de rotsen klimmen en hagedissen proberen te volgen. Het zwembad van de pousada lonkt en we starten de terugtocht. Een klein uur later spoelen we het zweet en het stof van ons af in helderder water dan daarnet.

Het is alweer na de middag en we rijden naar het centrum. Daar kiezen we voor een kilorestaurant, daar is altijd wel iets lekkers te vinden voor iedereen. Er komt een gezin binnen met twee kleine meisjes en dan volgt een herkenbaar tafereel. Er wordt in de potten gekeken, de meisjes vinden het maar niets (ik kan me zo voorstellen dat ze pizza of hamburger vragen), ze gaan weer buiten en komen na een tijdje opnieuw binnen... om dan waarschijnlijk enkel rijst en kip op de borden van de kinderen te scheppen. Het doet me realiseren dat hoewel we (buiten een enkel jaar) ver zijn blijven reizen en het nooit een opgave is geweest, het wel elk jaar gemakkelijker wordt. De jongens zijn zelfstandiger, kunnen al eens zelf een flesje water kopen of een caipirinha gaan halen voor de mama, en we hoeven niet meer te sleuren met rugdragers en pampers. Ze doen ook al eens zelf een voorstel voor een activiteit, gedaan met mijn alleenrecht.

LencoisKaatmetjongensterrasstraatje

Wanneer we langs de rivier lopen begint het te regenen. We kunnen gelukkig schuilen in het stalletje van een meisje dat juwelen verkoopt want al gauw begint het te gieten en staan de straten blank. Emiel en Louis vinden al dat water spectaculair. Het blijft maar regenen, we verlaten onze schuilplaats en rijden terug naar de pousada. Nat zijn we nu toch, dus we gaan maar weer zwemmen. Ook nadat de zon onder is en de tuin en het zwembad sprookjesachtig verlicht zijn blijven we in het water.

 

Dino, leeuw en krokodil
Vrijdag 17 juli 2015. Lençois, Brazilië.

Tijd om een daguitstap te maken! We gaan op pad voor de waarschijnlijk populairste trip die wordt aangeboden in de reisbureautjes op het centrale plein van Lençois. Gelukkig moeten wij niet met z'n tienen in een minibusje, we doen de toer op ons eigen ritme. We rijden om te beginnen door de Serra do Sincora naar de Gruta da Lapa Doce, de op één na grootste kalksteengrot in Brazilië.

We rijden Lençois uit naar de grote baan BR242, een weg met veel zwaar verkeer, dat bergaf ontzettend snel rijdt en bergop amper vooruit geraakt. In dat geval moeten we de vrachtwagens voorbij en bij de zoveelste keer dat we dat doen hebben we pech: op de rijbaan voor tegenliggende verkeer ligt een heel diepe put net wanneer wij er rijden. Dirk moet remmen, en zo zijn we de vrachtwagen niet voorbij wanneer de volle lijn die op niet-oversteken duidt opnieuw begint... en net op dat moment komt een politiewagen ons tegemoet. Niet veel later heeft die zich gedraaid en worden we aan de kant van de weg gezet. Politiemannen en -vrouwen zien er hier indrukwekkend uit, met kogelvrij vest, en pistool en wapenstok aan de riem. Nu zijn ze met twee en één van beide heeft bovendien een groot automatisch geweer in zijn handen. Op zo'n moment reageren onze jongens erg verschillend, Emiel krijgt het serieus benauwd en Louis vraagt met een smile tot achter zijn oren of we nu naar de gevangenis moeten...

Wij vloeken vooral hevig wanneer we ons realiseren dat we zowel onze rijbewijzen als paspoorten niet mee hebben, die zitten veilig in de kluis in de pousada. Dat was een wijze aanpak in steden als Rio en Salvador maar nu iets minder. We hebben enkel gekopieerde versies bij en het is niet duidelijk of onze uitleg hierover aanvaard wordt. Al bij al zijn het nog vriendelijke jongens en ze leggen uit dat we verder mogen rijden maar dat ze wel een boete zullen uitschrijven omdat we te snel reden. Wat ze zullen doen met papieren niet bij hebben en oversteken over de volle lijn weten we niet. We zijn in elk geval benieuwd naar de boetetarieven in Brazilië.

We laten het niet aan ons hart komen en rijden verder naar de grot. We zijn er voor de tours aankomen en kunnen onmiddellijk met gids Sergio aan de tocht beginnen. We dalen af in openlucht naar de ingang van de grot, die meer dan veertig kilometer groot is. Wij houden het bij een ondergrondse wandeling van een kleine kilometer in een deel van de grot dat tot twintig meter hoog is. Sergio heeft een gaslamp mee en toont ons de stalactieten en stalagmieten. Met wat goede wil en verbeelding zien we een leeuw, een dino, een uil, de schaduw van een krokodil die de gids laat bewegen, de volledige kerststal. De temperatuur in de grot is rond 20°C en de meegebrachte truien hebben we dus niet nodig.

LencoisafdalennaarGrutadeLapaDoceLencoisfamilieingrot

Na de lunch (in een kilorestaurant natuurlijk) zetten we onze trip verder en rijden we door een rotsachtig landschap met hier en daar een tafelberg. Onze volgende stop, de Morro do Pai Inácio, is een tafelberg die het symbool is van de Chapada Diamantina. We laten de wagen staan en beginnen aan de steile klim. Louis klautert gemotiveerd naar boven want samen met ons begint een Braziliaans gezin met een jongetje van zijn leeftijd aan de klim en die wil hij graag voor blijven. Dat lukt en twintig minuten later hebben we een fantastisch zicht over het plateau (chapada wil zeggen hoogvlakte). Wel uitkijken met de jongens want afsluitingen kennen ze hier niet en je zou wel eens heel erg diep kunnen vallen. Bij een uitkijkpunt laat een andere bezoeker zich tot onze verbijstering over de rand zakken, als dat maar goed gaat. Onze laatste stop is de Poço de Diabo, niet ver van Lençois. Hier heeft de rivier een aantal pools gevormd waarin je kan zwemmen. Maar door de hoge waterstand lukt het ons niet om aan de eigenlijke duivelspool en waterval te geraken.

Terug in de pousada verschilt onze avond niet veel van de vorige avonden. We zwemmen, eten de in de supermarkt gekochte broodjes op, op ons terras en krijgen daarbij gezelschap van de hond des huizes die uit is op een extra maaltijd. We spelen nog enkele gezelschapsspelletjes en genieten ervan om 's avonds buiten te kunnen zitten.

 


Cachoeira Fumaca
Zaterdag 18 juli 2015. Lençois, Brazilië.

Zowel in de reisbureautjes in Lençois als in onze pousada wordt ons afgeraden om de trektocht naar de top van de Cachoeira Fumaça te doen. Gevaarlijk is het niet, maar het is een stevige wandeling, een uur klimmen, nog eens een dik uur plat tot aan de waterval en dan weer terug. In totaal dertien kilometer. Met relatief kleine kinderen geen aanrader vinden ze, maar ook gisteren werd ons aangeraden om zeker een gids te nemen. Goed dat we dat niet deden want het was echt niet nodig.

Toch twijfelen we, Emiel houdt van stappen, maar bij Louis varieert dat nogal. Uiteindelijk hakken we de knoop door, en zo vertrekken we richting de hoogste waterval van Brazilië. Het is een eindje rijden. In Palmeiras maken we kennis met omgekeerde verkeersdrempels, lees, putten die doelbewust zijn gemaakt in de weg om het verkeer te vertragen. Aan het busstation rijdt een bus voor onze ogen achteruit tegen een muur, de chauffeurs lachen zich een breuk maar gestopt wordt er niet. Voorbij Palmeiras wordt de weg een gravel road, en dat voor nog een zeventiental kilometer. We worden door elkaar geschud maar op de achterbank horen we enkel commentaar over blauwe trollen en gouden ridders (leve de iPads). We rijden langs de Morrão, een indrukwekkende tafelberg en weten zo dat we bijna in Capão, waar de wandeling start, zijn.

We zijn er pas tegen halftwaalf, iets te laat door het getwijfel deze ochtend. Het ziet er naar uit dat we vanavond niet voor het donker terug in de pousada zullen zijn. Maar dat zijn zorgen voor later en na een appelpauze gaan we richting start van de wandeling. We regelen vandaag wel, ter plekke, een gids en kunnen aansluiten bij een Braziliaans viertal en gids Guga.

Louis start luid protesterend. We vrezen dat de rest van het gezelschap onze aanwezigheid niet apprecieert. Maar wanneer Louis plots beseft dat hij eigenlijk beter kan stappen dan twee van de Brazilianen keert zijn stemming volledig om en sprint hij naar Emiel. Onze twee heren stappen de hele klim aan kop en we moeten telkens wachten op de rest van de groep. We zijn opgelucht en hebben het liever zo dan omgekeerd.

Het is een beetje bewolkt, maar dat vinden we tijdens de tocht bergop niet echt erg. Een uur later beginnen we aan het vlakke stuk en alhoewel dit volgens onze reisgidsen één van de droogste delen van Brazilië is staat het pad hier en daar onder water. Om droge voeten te houden springen we van de ene steen naar de andere. Voor Louis lukt dat nog net niet, dus af en toe wordt hij een stukje gedragen en daar geniet hij echt van. Halverwege het vlakke stuk staat er echter zoveel water dat er niets anders op zit dan de schoenen uit te doen en door het water te waden naar de overkant. Bij Emiel komt het water tot boven de knieën, Louis zou zo goed als kopje onder gaan dus ik draag hem tot we weer op het droge staan.

LencoisdirkemeielrotsenlangsrivierLencoiswadendoorderivier

De rest van het traject stapt hij wel helemaal zelf, we steken een riviertje over en wandelen enkele minuten op onze blote voeten (zo cool volgens de jongens, hoe vuiler ze zich mogen maken hoe liever ze het hebben) en zo staan we binnen de kortste keren aan de top van de waterval. Hij valt ongeveer vierhonderd meter naar beneden en wordt smokey (fumaça) waterval genoemd omdat het water vernevelt voor het beneden is en lijkt op rook. Om de waterval en de vierhonderd meter diepe canyon goed te kunnen zien moeten we plat op onze buik over een klif kijken terwijl we aan onze voeten vastgehouden worden door Guga. Niet voor watjes!

Lencoisemielbij400meterdiepteLencoiskaatbijwaterval

We eten onze meegebrachte broodjes op en hebben een lunch with a view. Emiel en Louis zijn de enige kinderen aan de top en krijgen bewonderende commentaren. We zijn trots op onze kerels! Ondertussen begint de man in ons Braziliaans gezelschap aan zijn zoveelste biertje, en is duidelijk niet super nuchter meer. We zijn benieuwd hoe dat gaat aflopen, en de jongens geven nogal wat commentaar. Gelukkig verstaat niemand ons Nederlands en geeft het allemaal niet. Eén van de dames spreekt wel Frans, en vertaalt Guga's uitleg wanneer we er echt niets van begrijpen.

We lopen nog langs een ander uitkijkpunt en vatten de terugtocht aan. We moeten nog meer wachten op de rest van de groep, en zo geraken we in gesprek met een man met een tattoo in de vorm van Afrika op het been. Het continent is ingekleurd met de Zuidafrikaanse vlag en dat valt de jongens op. We vertellen dat we vorig jaar in Zuid Afrika zijn geweest, en we blijken zelfs in het stadje waar hij woont te zijn geweest. Hij zegt dat hij later deze week naar huis gaat, van het ene paradijs naar het andere en dat kunnen we enkel beamen.

Lencoiskaatenemieloptopvanberg

We dalen af en genieten ondertussen van de zon die ondergaat in de vallei (van wolken is al een tijdje geen sprake meer). Ons tempo ligt alweer hoger dan dat van de rest van de groep en de jongens maken er een spelletje van om Guga (die nog hoger op de berg is) te roepen, waarop die dan weer terug roept. Zo weten ze hoe ver de rest nog is want ze willen absoluut zeker eerst beneden zijn. Wanneer we Guga achter ons naar beneden horen lopen zetten ook Emiel en Louis het op een lopen. Het gaat behoorlijk steil naar beneden en beiden vallen ze zeker een keer op handen en knieën maar ze geven niet op en komen als eersten over de eindstreep. Ze zijn oprecht blij, alles samen hebben we vijfeneenhalf uur gedaan over de tocht, lunch inbegrepen!

We gaan naar de auto en rijden terug naar Lençois. Al gauw is het donker, en we zien een hemel vol sterren boven ons. Het is lastig rijden over het gravel weggetje, maar het voordeel is wel dat er weinig verkeer rijdt. Eenmaal op de grote weg blijft Dirk achter een vrachtwagen rijden. Die begrijpt er niets van en wijst er ons meerdere malen op dat we kunnen inhalen maar het lijkt ons veiliger om dat niet te doen. Het is zo donker en op die manier zijn we beschermd tegen mogelijk inhalend verkeer dat van de andere kant zou komen. Het dodelijk busongeval, dat we tien jaar geleden hadden op de donkere Panamericana in Peru, is weer even in onze gedachten.

De opluchting is groot wanneer we eindelijk de lichtjes van Lençois zien opduiken in de donkere nacht. We maken Louis wakker voor pizza op een terras op het centrale plein. Het is zaterdagavond en het is druk op het plein. Aan de tafel naast ons is een groep mannen iets aan het vieren en dat gaat gepaard met veel bier. Het is hier de gewoonte om de lege flessen onder de tafel te zetten en daar staat al een hele bak lege flessen van 600ml. Wij laten het uitgaan aan anderen over en rijden pousadawaarts!

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!