De stad van Finding Nemo
Vrijdag 10 januari 2014. Sydney, Australië.

Op het vliegveld van Christchurch speelt Rens wat langer in de speeltuin, want de aankomende vlucht heeft wat vertraging. Vlucht EK419 van Emirates brengt ons naar Sydney. Kort na vertrekt krijgt Rens een magnetisch tekenbord, hij is er blij mee. Op de heen weg vanaf Europa kreeg hij fleecedekentjes met knuffel erbij. Daar deed hij toch niet zoveel mee. Met dit tekenbord tekenen we de brug van Sydney, Nemo en de draak van de Efteling.

We zijn vlot uit het vliegtuig en lopen even door, zodat we bij de douane al snel aan de beurt zijn. Onze online visa die Rene een tijd terug al aangevraagd heeft, blijken oké en binnen een half uur zijn we er door. Dan nog even een voedsel- en grondstoffencheck. Dat valt mee, de schoenzolen zijn schoon genoeg en we kunnen de bagage ophalen. Het is wachten op de buggy, daarna gaan we richting de taxi. We kiezen voor gemak, in plaats van goedkoop. De taxi dropt ons in Darling Harbour bij het Novotel. Een comfy kamer, veel ruimte en de luxe van een ruime eigen badkamer na vijf weken camper. De bedden staan precies ver genoeg uit elkaar voor Rens om te springen. Cool. We lopen vanuit het hotel, zo de Harbourside in. Rens en Ilse moeten wennen, wat een mensen, drukte, lichtjes en mensen die iets willen. Na een snelle hap van een foodcourt gaan we terug naar het hotel.

Donderdag ontbijten we uitgebreid, en gaan daarna de stad in. Via Pyrmont Bridge lopen we George Street af richting The Rocks. Rens krijgt er niets van mee, die slaapt in de buggy. Iets voor de Harbour Bridge strijken we neer met onze take away lunch. Als Rens wakker wordt, is het eerst wat hij zegt: 'Hey, dat is de brug van Finding Nemo'. Even later Rent hij achter de meeuwen aan.

Met de ferry varen we vanaf Circular Quay naar Darling Harbour. In de playground daar hebben we rond drie uur 's middags een catch up met Tamara en haar twee dochters, een kennis van Rene. Lily, Bianca en Rens gaan los in het watergedeelte. Daarna ook nog op de Slide en de Flying Fox. Als de draaiende kopjes al vroeg sluiten is Rens erg verdrietig. Hij is moe, en moet wennen aan opnieuw een tijdverschil. In Nieuw Zeeland is het twee uur later. Rohan, Tamara's man schuift aan bij het diner, en hebben we een gezellige etentje. De kinderen staan te dansen bij live music bij een tentje verder op, dus daar drinken we nog wat.

Sydney Summer Festival is gestart en op weg terug naar het hotel, gaan Rens en Rene nog op een podium liggen in de vorm van een huis. Daar staat schuin een spiegel boven, dus lijkt het net met de juiste positie dat Rene uit een raam valt en Rens hem vasthoudt. Dolle pret. Een optreden van een straatartiest is de afsluiter van de dag. Liggend op een spijkerbed, jonglerend met drie brandende fakkels, zit de dag erop. Rens slaapt al snel in het hotel.

De volgende dag willen we de flying foxes in de botanische tuin zien en Rens wil echt in de draaiende theekopjes. We onderhandelen, eerst het park dan de tuin. Op weg naar de tuin, lopen we door Hyde Park waar een ook het summer festival is. Rens bouwt daar met grote kapla planken. En ruziet met andere jongens, ook dat hoort erbij. Delen is soms een hele kunst.

In de botanische tuin horen we al snel dat de flying foxes weg zijn, jammer. Rens vindt het wel oké, want hij vind het toch wel spannend. We struinen door de tuin richting Opera House. Eerst klimmen en klauteren we nog op een partij namaak rotsen. Bij een foodcourt lunchen we en langzaam lopen we terug richting de speeltuin. Daar gaat Rens eerst in de draaiende kopjes; want stel dat ze straks weer dicht zijn, haha!

Bij het hotel zwemmen we nog, en daarna ff chillen. 's Avonds eten we rustiger met zicht op alle lichtjes bij Darling Harbour. Rens herkent het logo van de Nederlandse banken, ING en Rabo. Puk is die avond ook mee, en die wil daar ook wel op de foto. Zo gezegd zo gedaan. Sydney, een hernieuwde kennismaking voor Ilse en Rene. Daarom ook niet de drive om van alles te moeten zien, en dat is fijn.

 

Op bezoek bij Cobi
Woensdag 15 januari 2014. Wyong, Australië.

We zijn op tijd wakker en vertrekken met de trein naar Cobi. We hebben de Express Train voor wat het waard is, echt snel gaat deze niet. Toch komen we in Wyong aan, daar gaat het om. Cobi staat op het perron al te wachten. Buurvrouw Pat neemt Rene en de bagage mee, ilse en Rens gaan met Cobi mee. Rens kletst Cobi de oren van haar hoofd, wie de opa van die, en de oma van die? Bij haar huis is Rens direct thuis. Fijn om te zien. Het is wel warmer dan we de afgelopen weken gehad hebben, dus we doen kalm aan. We lopen nog naar een speeltuin, daar speelt Rens niet want hij slaapt, haha! 's Avonds is hij druk met al het speelgoed en vindt het spannend in zijn slaapkamer. Daar kunnen we ons iets bij voorstellen, na vijf weken bij pa en ma om de hoek. Toch slaapt hij, en zoekt 's ochtends direct Cobi op om van alles te vertellen. Hij heeft al een speurtocht gedaan, voordat Rene en Ilse op zijn. We skypen met Dick en Riet, in verband met de verjaardag van Dick. En gaan dan naar de rockpool! Yes!

Daar speelt en zwemt Rens, met kickboard en bodyboard en op het strand. Onderweg naar huis valt hij in de buggy in slaap. Een rustige middag volgt, wat wil je met deze hitte. Dat is wennen. Rens speelt met de driewieler, en speurt naar de hagedisjes in de tuin. In de late middag wil hij niet eens naar de speeltuin, hij vermaakt zich goed. Dat maakt dat Rene de dvd speler installeert.

Maandag wandelen we op ons gemak naar de vuurtoren van Norah Head. Rens is excited dat hij de wenteltrap naar boven mag klimmen. Het is mooi weer, dus kijken we ver over de mooie kustlijn. We lunchen bij de Mexicaan in Norah Head, met de hoop op wifi. Helaas niet maar het eten is lekker.

Later die middag gaan we met Rens naar de dokter, vanwege vlekken achter op de tong en in zijn keel. Voor de zekerheid toch een kuur, die we nu niet direct starten. Na wat boodschappen stoppen we even bij Lake Tuggerah waar Rens in no time een natte broek heeft. Daarna lekker spelen thuis en gaan we naar Steakhouse @the Club. Rens breekt af vlak voor vertrek. Hij schreeuwt, schopt, slaat en is niet voor rede vatbaar. Toch draait hij bij en gaan we. Soms is het niet anders. We eten buiten onze steak aan het water. Fijne stek. Rens speelt er lekker. Terug in de auto valt hij in slaap, als we hem eruit halen is er opnieuw paniek. De vermoeidheid eist zijn tol. Laat naar bed, vroeg op. De tv brengt uitkomst voor het slapen gaan.

Dinsdag rommelen we de hele ochtend, en beginnen met inpakken. Een aantal zaken blijven hier, zoals presentjes van Emirates. Rond het middaguur rijden we naar The Entrance. We vinden een mooie stek in de schaduw met zicht op speeltuin en waterpark. Rens gaat helemaal los. De Murell familie schuift aan, en de kinderen spelen samen. We hebben fish and chips voor de lunch en alle rauwkost crunchies gaan er ook in. Daarna nog in de merry go round oftewel draaimolen, en het feest is bijna compleet. Het is hier nog summer holiday en het is dan ook druk bij het voeren van de pelikanen. Dan merken we hoe warm het is, en na een tijdje gaan we dan ook terug naar onze stek. Met watermeloen en een ice cream sluiten we de middag af. Rens mist Lily en Bianca al voordat we gedag gezegd hebben.

Take care, see you next time, don't know where, don't know when. Wel komen we er die middag achter dat het dertig jaar geleden is dat Rene en Tamara elkaar voor de eerste keer ontmoet hebben tijdens een vakantie hier in Australië.

Voldaan komen we thuis bij Cobi. Daar sjouwt Rens met de driewieler en de kindergrasmaaier door de tuin. Die laatste is een soort karretje voor de wasmand. De spullen pakken we ondertussen verder in. Rens sluit de dag af met de Teletubbies. Zelfs die spreken hier Nederlands volgens hem. Hij boft met die allerliefste tante Cobi, want zo noemt hij haar als hij iets gedaan wil hebben. Hij is hier niets tekort gekomen, kaassticks, zakjes yoghurt, smeerworst, beschuitje, cracker... Dank je wel voor alle gastvrijheid!

Toch gaan we woensdag verder, Zuidoost Azië wacht op ons. Na onze vlucht naar Bangkok vanaf Sydney, slapen we een nacht dichtbij het vliegveld om daarna door te vliegen naar Chiang Mai. Daar zijn we een week om te acclimatiseren en kennis te maken met de cultuur en natuur van Noord Thailand.

 

Sawadee Kah
Zaterdag 18 januari 2014. Chiang Mai, Thailand.

Hallo vanuit Thailand. In de verte horen we de tuktuks en songtheaws rijden, terwijl wij op het dakterras van Awana Guesthouse zitten. Mooie stek, met fijne kamer, vriendelijk personeel. Gevonden via verrereizenmetkinderen.nl, waar ik voor vertrek uren en uren op gelezen heb. We zijn inmiddels in Chiang Mai, Noord-Thailand. Na de vlucht van Sydney naar Bangkok, die Rens bijna helemaal sliep, zijn we na een nacht in een hotel vlakbij het vliegveld, doorgevlogen naar Chiang Mai.

In de omgeving van het vliegveld zagen we een cordon opgesteld van oproerpolitie, wij denken om te voorkomen dat eventuele protesteerders bij het vliegveld kunnen komen. Verder merken we niets van de onrust in de stad. Die concentreert zich nu in het centrum, en volgens ons reisplan zijn wij daar medio februari. Dan zijn de verkiezingen al geweest. We zullen dan informeren hoe de situatie is en dan kunnen we nog altijd ons schema aanpassen.

Nu zijn we dus in Chiang Mai! Compleet ander straatbeeld en cultuur. Ja! Rens blijft hangen in de Australische tijdzone, hij is dan ook te vroeg wakker na de eerste nacht. Dat is het teken om kalm aan te doen. We besluiten naar de dierentuin gaan. We kiezen ervoor om met een songtheaw (pick up, met overdekte bak en banken aan weerskanten in de lengte) te gaan. De meiden van het hotel hadden ons een prijsindicatie gegeven. En zonder onderhandelen, rijden we even later door de stad. We kijken onze ogen uit, dit is Azië. Toch is het verkeer een stuk rustiger dan in de steden van Vietnam.

Bij de dierentuin kopen we ook bustickets, want het is een uitgestrekt complex. Je kunt er ook dieren eten geven, dat doen we dan ook. De olifant en nijlpaarden hebben geluk. Wel spannend zo dichtbij. Daarna zingen we het liedje, van de olifant met de allerdikste billen van het hele land, en de giraffe met de langste nek, en het nijlpaard met de allergrootste bek. Rens wil dat ik de Maleise beren eten geef, maar daar hebben wij niets voor bij ons. De Thaise jongens die er ook staan, hebben wel bananen bij zich. Rens port met zijn hand in hun zij, lacht, wijst naar de bananen en even later gooit ook hij bananen over het hek. Ook kunnen we hier de reuzenpanda zien. Die kans laten we ons niet voorbij gaan. Rens heeft het al snel gezien, hij is meer onder indruk dat de andere panda naar de dokter is, en dus niet te zien is. Rene en ik zijn echt wel onder de indruk, helemaal als de panda zich ook nog verplaatst, dan zie je hoe groot die is.

1086607 (320x240)1086610 (320x240)

Tijdens ons bezoek had de dierentuin een extra attractie: Rens en Ilse staan bij de witte tijger te kijken. De Thaise schoolkinderen, hebben niet gezien dat het beest in actie was gaan komen. Zij keken naar Rens... totdat Rens naar de tijger wees, en toen draaiden alle Thaise kopjes ook om. De dierentuin was qua dierwelzijn, wisselend. Bijvoorbeeld de geiten hadden net zoveel ruimte als de nijlpaarden, en het bassin van de nijlpaarden was slechts enkel hoog gevuld. Toch hadden wij er een fijne dag.

Op de terugweg valt Rens in slaap, en is hij ook tijdens het skypen met opa en oma niet wakker te krijgen. Toch moet dat wel, anders blijft die jetlag aan de gang. Dus nog de straat op en lekker eten op het terras op de hoek, waar veel bedrijvigheid is. En daarna nog tot elf uur 's avonds op blijven, en dan toch echt omvallen van de slaap.

Vanochtend om zes uur wakker, dat gaat de goede kant op. Zo dadelijk gaan we een speurtocht in de oude stad doen, want bij de tempels kun je gouden bellen en draken vinden. En waarom zit er stof om de boom? We lezen voordat we gaan het boekje Ikke in Thailand nog even. Beweging is wel wenselijk, vooral voor Ilse, want na de kennismaking met de Thaise massage, is de schouder- en rugpartij wel gevoelig zeg maar.

 

Draken, slangen en olifanten
Donderdag 23 januari 2014. Chiang Khong, Thailand.

De speurtocht naar de draak was voor Rens een lijmer om mee op pad te gaan. Bij de eerste Wat (tempel ter ere van Boeddha) kijkt hij zijn ogen uit. Al dat goud, de kleur rood, het houtsnijwerk, de versieringen en vooral ook de offers die de mensen brengen, in de vorm van wierook en kaarsen, maar ook flesjes drinken en eten. We merken dat we de gewoontes onvoldoende kennen en zijn dan ook terughoudend in het slaan op de gong, of het klingelen van een bel. Rens scoort hier wel zijn eerste drakenpunten. We gaan verder terwijl hij in de buggy zit. We zijn blij dat we deze mee hebben, het maakt dat we meters kunnen maken als het nodig is. En Rens kan er in chillen als dat nodig is. En dat is nog wel nodig, hij heeft nog niet het juiste ritme en dat uit zich in brutaliteit, en ook schoppen en slaan. Dus nog steeds kalm aan. Onze planning om zeven dagen in Chaing Mai te zijn, pakt dan ook goed uit. Sneller door reizen zou niet handig geweest zijn.

Onze speurtocht brengt op ons op een groen pleintje met eettentjes en winkeltjes rondom. Het biedt Rens de gelegenheid om rond te lopen en wij eten een eenvoudige, maar oh zo lekkere lunch. Daarna gaat onze speurtocht verder, Rens valt dan in slaap. Bij de teak houten Wat Phan Tao zijn de voorbereidingen in volle gang om monniken in te wijden.

Naast gelegen Wat Chedi Luang, ligt op een soort van universiteitsterrein voor monniken. Voor op het terrein een weldaad aan goud binnen in de witte Wat, waar ook veel mensen op af komen. Zij hangen vaantjes op, bidden zittend voor Boeddha, en plakken onder andere bladgoud. Buiten is het contrast groot met de gerenoveerde ruïne waarop olifanten rondom staan/stonden. Alleen Boeddha is goud, de rest is van steen. We zien daar offerblokken, met dieren erbij. Elk dier staat voor een bepaald jaar, bijvoorbeeld de tijger voor 1974 (heb even het lijstje niet bij de hand) en dan offer je voor je geboortejaar. Rondom deze Wat's zien we ook diverse monniken, ze stappen in de taxi, bellen mobiel, ze pinnen. Dat past niet altijd in ons beeld wat wij van hen hebben.

De volgende dag is het tijd om naar Bo Sang te gaan. Rens is opnieuw op tijd wakker, toch doen we rustig aan. Het jaarlijkse parasolfestival is gaande. In dit dorp bestaat de nijverheid uit het vervaardigen en beschilderen van parasols. Opnieuw gaan we met de songtheaw er naar toe, en deze wacht daar ook op ons, zonder afgesproken retour tijd, dus dat is lekker. Bij een coöperatie bekijken we het proces, en realiseren we ons wat een kunst het is om ze te beschilderen. Rens mag zijn T-shirt laten beschilderen, en kiest een roze olifant. Tot grote hilariteit. Met glitters? Ja hoor.

De sfeer in het dorpje is ontspannen toeristisch, er staan parasols in alle kleuren en maten uitgestald en later die dag zal er een parade zijn. Die zien wij niet meer, na een goede koffie en een lokale snack, kiezen we ervoor dat Puk ook nog een olifant op zijn shirt krijgt. Ook een olifant, dan wel een blauwe. En Rens nog een draak op zijn hemd, een groene. We doen dat bij hetzelfde meisje. Rene vroeg waarom. Gewoon omdat het ik haar gun. Tevreden rijden we terug naar de stad. De vrouw van de chauffeur vraagt nog of we naar een juwelier willen. Nee, die kleine slaapt (alweer zullen jullie wel denken), dus dat gaat niet.

's Middags spelen, lezen en hangen we op het dakterras bij Awana. 's Avonds wordt de doorgaande weg, bij Awana omgetoverd in een avondmarkt. Je kunt het zo gek niet verzinnen of het is te koop. Blinde muzikanten zitten midden op straat achter elkaar hun brood te verdienen. Dat is prima geregeld en ze krijgen Rens aan het dansen. Ook staat er een mongoloïde vrouw te hoepelen en te zingen. Een vrouw houdt het in de gaten, daar krijgen we een slecht gevoel bij. Bij de pleinen bij de tempels verkopen ze eten, daar heeft Rens geen zin in, helaas. We eindigen dan ook met pizza op een dakterras. Hij vond het te druk zei hij, daarna toch nog naar buiten om bij de Tae Pae Gate bij de ijscofiets nog een toetje te kopen.

Maandag de 20e is het tijd om verder de stad uit te gaan en kennis te maken met het platteland. De dag start goed, Rens wordt om zeven uur van de wekker wakker, en begint meteen gezellig te kletsen, zoals we van hem kennen. Yes, dat is fijn, hier waren we allemaal aan toe. We gaan op pad met Clickandtravel. Zij bieden een aanhangfiets met een zitje aan, en Rens wil graag een treinfiets, zoals hij deze zelf noemt.

De fietstocht start in de oude hoofdstad net buiten Chiang Mai. Ook al hadden we een join in tour, we gaan met ons gezin en Na (spreek uit Nee) onze gids op pad. De fietsen zijn goed, beter dan in Nieuw Zeeland. Rens zit als een koning in zijn treinfiets.

We vertrekken bij een mooie pagode, en fietsen verder tussen de resten van de oude stad Wiang Kum Kam. Verder geen toerist te zien. Al snel ervaren we de ruimte van het platteland en zwaait Rens naar de mensen onderweg. Door smalle straten, langs marktjes en scholen, komen we ook bij de voormalig leprozenkolonie. Nu heet het Mc Kean Rehab Centre, waar ouderen en gehandicapten opgevangen worden. Ze ontvangen steun van Oxfam/Novib. De gracht rondom het terrein typeert de gedachte van isoleren. Er staat ook een klein speeltoestel, daar is Rens even zoet.

Daarna gaan we verder naar de rijstvelden. De oogst is net voorbij, de velden zijn grotendeels leeg. Wel zien we de voorbereidingen om de velden klaar te maken voor de volgende ronde. Veld vlak maken, kunstmest, vlak maken, baby rijstplantjes uitzetten. Die babyrijst staat in enkele velden in helgroen, en we zien hoe deze gebundeld wordt. De medewerkers gaan net schaften, als wij van de fiets stappen, dus Rens heeft alle aandacht van de vrouwen. Uiteindelijk staat hij met babyrijst in zijn hand bij een man, die eerst op een afstandje stond. Mooi om te zien hoe dat contact in zijn werk gaat. Daarna valt Rens in slaap, en wordt pas wakker in Baan Tawai, waar onze tocht eindigt. Een dorpje waar kunstsnijwerk veel Thaise mensen trekt. Wij eten daar lekker, en gaan dan terug richting Chiang Mai. Rens is enthousiast, wat willen we nog meer. 's Avonds valt Rens op straat in de buggy in slaap, we eten op de hoek bij Tha Pea Gate, en zien het dagelijkse leven aan ons voorbij trekken.

Rens slaapt tot de volgende ochtend. Rens mag die dag kiezen en hij wil naar een speeltuin. Buat Hat Park nog net binnen de muren van de oude stad, heeft er eentje. Het stelt niet veel voor, maar helemaal goed voor die kleine man. In de vijver drijft nog een grote kleurrijke draak, vanwege het bloemenfestival. Helemaal prima. Buiten de stadmuren om, lopen we via Chiang Mai Gate, richting Tae Pea Gate. Een grote blauwe B, lokt ons een niet-Thais tentje binnen. Lekker taartjes en tosti, laten we ons smaken. Bear Hug, is precies op de juiste plaats, juiste tijd voor ons.

Op het pleintje bij Tae Pae Gate ziet Rens een Thai handstand tegen de muur doen, en dan ook nog opdrukken. Dat kan Rens ook! Handen op de grond en met zijn voeten loopt hij tegen de muur omhoog. Echt lachen. Op deze manier maak je wel contact met de Thai, op een manier die Rens de regie geeft. Vaak komen de Thai op hem af en willen hem direct aanraken of zelfs kussen. Daar moet hij begrijpelijk niets van hebben.

Die avond boekt medewerker Poom van Awana voor ons de bus naar Chiang Khong, met Greenbus want een website in het Thai is een te grote uitdaging voor ons. We kiezen voor de VIP bus, drie stoelen op een rij. Het betalen doen we bij de 7/11, een winkelketen met kleine supermarktjes. Code klopt eerst niet, dus Rene weer terug, later lukte het wel. Mooi, ook geregeld. Donderdag vertrekken we om negen uur 's ochtends. Daarna boeken we online nog een accommodatie in Chiang Kong: NamKhong Riverside.

Voordat we deze woensdag op pad gaan, wil Rens eerst een voetenmassage, daar vraagt hij al een paar dagen om. Hij ging liggen in die stoel en ontspande heerlijk. Voetenbad met fruit (limoen) en daarna zalf voor zachte voeten en benen. Puk in de stoel naast hem.

In de buurt van Chiang Mai ligt het Thaise bedevaartsoord Wat Sutep, met een slangentrap met heel veel treden. Rens ziet onder aan de trap niet alleen de slang, maar ook een krokodil. Zingend over een slang en krokodil stappen we naar boven, ruim 300 treden later zien we de staart van de slang. Knap gedaan Rens. Opnieuw trekken we de schoenen uit, om de Wat binnen te gaan. Het is druk, toch zien we veel Thai die offeren aan Boeddha, en drie rondes lopen rond de resten van Boeddha en daarbij bidden. Veel goud, opnieuw indrukwekkend. Rens merkt op dat Boeddha grote oren heeft. Na, onze gids van het fietsen had bij Rens zijn oren gerefereerd aan de grote oren van Boeddha, dat zorgt voor een gelukkig leven. Rens wil een kaarsje branden bij de liggende Boeddha, die hij herkent uit het boekje Ikke in Thailand. Samen met mama bidt hij dat iedereen gezond blijft of beter wordt. Het kaarsje is geel. Net als Puk.

We lopen nog buiten het heiligste deel om, daar hangen veel klokken die geluid kunnen worden. Wij doen dat niet. Deze Wat ligt buiten de stad op een berg, toen wij er waren hadden we geen mooi uitzicht over de stad. Er hangt een dikke waas van smog, denken wij. Terug bij Awana moeten we de tassen weer inpakkken, niet onze hobby.

Voor de laatste keer eten we op het pleintje, en heeft zelfs Rens vertrouwen in het eten. Hoewel hij de crepes met nutella op de Night Bazaar eerder van de week toch ook liet smaken. Die Bazaar viel ons qua sfeer trouwens tegen. Wel het principe van bonnen kopen en dan bij een rij kraampjes je eten kopen waar je zin in hebt, weer wel. Net een foodcourt, zouden ze in Nederland ook meer moeten doen. Terug bij Awana zegt Rens de eerste medewerkers al gedag, we pakken de laatste spullen in en gaan onder zeil.

Vanochtend was Rens nog één keer prins, dat werd hij als hij boven in het stapelbed zat. Puk liet hij dan vliegen. Daarna staf Awana gedag gezegd en bedankt voor tips en attentheid. Met een rode songthaew gaan we voor honderd Baht naar het busstation Arcade. Bij aankomst blijkt deze naam uit niets, busterminal Chiang Mai 3. Toch zitten we goed. Ook later in de bus zitten we goed. We voelen ons echt VIP. Vijf rijen met drie stoelen, daarna gewoon vier op een rij. We krijgen water, sap en koekjes. Al snel rijden we het groene noorden van Thailand in. Bamboe, rijstvelden, bergen, bananen, kleine dorpjes. Het is een comfy rit zo. In Chiang Rai een plas stop en weer door. Met Rens doen we ik zie, ik zie, wat jij niet ziet. Wie ziet de eerste tempel, etc.

Om twee uur 's middags komen we aan op de plaats van bestemming: Chiang Khong. We zijn voor de tuktuk-chauffeurs niet interessant omdat we niet door gaan naar de grens. Enkele weken terug is er een vriendschapsbrug geopend tussen Laos en Thailand. Dus moeten alle overstekers, daar naar toe. Dat is tien kilometer rijden, in plaats van één kilometer naar de oude grenspost. Toch stopt er een tuktuk en die brengt ons naar het hotel, zestig Baht. Dit grappige brommertje, met banken en dak, zoals Rens zegt, moet hard werken om ons inclusief bagage te rijden. Toch lukt het.

In het hotel is de kamer oké, wel vragen we schone lakens voor het extra bed van Rens. Dat begrijpen ze niet, want ze spreken bijna geen Engels. Dus even later staan ze met zijn drieën te kijken wat ik dan bedoel als ik het aanwijs. De kamer heeft zicht over de Mekongrivier en aan de overkant ligt Huay Xai in Laos. De Mekong zagen we jaren terug al in Vietnam. We realiseren ons wat een lange rivier dit is. We slenteren een stuk langs het water en scoren koffie en een ijsje. Chinag Khong is een bedrijvig grensdorp. We zien verschillen in transport met Chiang Mai. 's Avonds koelt het hier af, de fleeces komen uit de tas. We smeren tegen de muggen, dat lukt die komen we niet tegen.

Zojuist aten we bij een Thai, Mexicaans eten. Please be patient, when Thai meets Mexican. Dat waren we, we aten er heerlijk. Vooral de verse salsa en tomatensoep. En vers brood. Denk dat er een broodje mee gaat op de slowboat morgen. Bagage is nauwelijks uitgepakt. Morgen om kwart voor acht 's ochtends worden we opgehaald door Adisak, van het bedrijf Nagi of Mekong. Met hen zakken we de Mekong af met een slowboat (lang, smal), overnachten we in Pak Beng, en varen we zaterdag door naar Luang Prabang. Vandaar zal een update van de boottrip en foto's komen.

Rens ligt al lekker te slapen, hij wilde nog even tv kijken. Even later zegt ie: Ik doe een ieniemienie slapie als ik tv kijk. Prima lieverd, en in dromenland is hij. Rens heeft zijn ritme gevonden, en dat is fijn. Wel benoemt hij regelmatig zaken rondom zijn leventje in Hilversum. Dus vriendjes, vriendinnetjes en familie maak jullie maar op om te spelen en te komen logeren.

 

Varen, varen... en opnieuw 50 tinten groen
Zondag 26 januari 2014 - Luang Prabang, Laos.

Na een onrustige nacht (twee bussen vol luidruchtige Chinezen in hetzelfde hotel) zien we de mist over de Mekong rivier hangen. De zon komt op en dat zorgt voor een schitterend uitzicht. We worden opgehaald en krijgen een sticker opgeplakt. Ja we maken deel uit van een tour. We rijden naar de grens en komen bij een nieuw statig gebouw. Opnieuw gaan we op de foto voor de Thaise douane, en dan komen we in een stukje niemandsland. We worden in een bus gepropt en rijden over de Friendshipbrug (grotendeels betaald door de Chinezen) richting Laos. Daar zijn we blij dat we onze visa papieren al ingevuld hebben, en staan snel aan het loket. Het is een verrassing wat de visa fee is die we moeten betalen. De volgorde van paspoort afgeven gaat verloren, en op willekeur word je aan het loket geroepen om te betalen (wij 35USD p.p) om vervolgens je paspoort terug te krijgen. Er wordt niet alleen gestempeld, we krijgen ook nog echt een paginagrootte visa sticker erin. Mooi voor later. Klinkt chaotisch, was het toch niet.

Daarna rijden we door richting Huay Xa, waar de slowboat op ons ligt te wachten. Wat een lengte... met negen anderen stappen we aan boord en zoeken een comfortabele plek op een van de autostoelen. Rens speelt al snel op de vloer met zijn auto's en kleed. Het is koud, de zon doet zijn best maar komt nog niet door de laaghangende bewolking. Fleecetrui, jas en deken zijn het gevolg. Deze boot is namelijk aan de zijkanten helemaal open, en dat veroorzaakt de koude wind. Het achterste deel van de boot, is het huis van het gezin dat deze boot runt. Zij zorgen voor de de besturing en catering.

1099438 (320x241)1099441 (320x240)

Het bevaren van de Mekong rivier is een vak apart. De boot moet echt op de juiste stroom mee varen, want regelmatig zien we draaikolken en stroomversnellingen. De rivier staat nu laag en dat maakt dat de rotsen nu zichtbaar zijn. Het dagelijkse leven trekt aan ons voorbij, kleine dorpen met lokale stammen zoals Hmong en Lao Lao, mannen die vissen, kinderen aan de waterkant, de was wordt gedaan etc... Dit alles zien we vanuit een ontspannen modus, de boot vaart, we zitten, drinken en genieten. Dat bevalt ons goed. De rivier, bruin, de oever zand en steen, het aangrenzende landschap groen. Bamboe, teak, bananen, palmen, mais, soort varens en nog veel meer. Het is een vruchtbare streek grenzend aan de Mekong.

We stoppen in een klein dorp om een indruk te krijgen van het dagelijkse leven. Rens is opnieuw een attractie, toch houden de Laotianen meer afstand. Dat bevalt hem wel. Hij kijkt zijn ogen uit bij de 'garage' en een koe op een aanhangwagen achter een motor, is toch ook wel erg grappig. Daarna lunchen we aan boord, heerlijk. Rens peuzelt zijn broodje op, want al snel heeft hij gezien dat er in Laos meer brood is dan in Thailand. Op de rivier varen kleine vissersboten en speedboten. Deze smalle korte boten gaan echt loeihard. Vaak draagt alleen de schipper een motorhelm en de passagiers niet. Levensgevaarlijk is onze conclusie.

1099444 (320x240)1099445 (320x240)

Rond vijf uur 's middags zit onze eerste vaardag er op, Pak Beng we zijn er. Het hotel geeft opnieuw zicht op de rivier en we zien meerdere slowboats komen. Rens chilt in de familiekamer, die onze verwachtingen overtreft. We hadden basic verwacht, dit was meer dan basic. Erg fijn. 's Avonds lopen we nog even het dorpje in, wat ons doet denken aan Aguas Calientes in Peru. Toch is Pak Beng ook een uitvalsbasis voor de bevolking in de omliggende dorpen (lees vijftig kilometer) om handel te drijven. We eten er bij Sabadee (welkom in Laotiaans) en dat is echt de meest verrukkelijke pork die Rens ooit gegeten heeft. De kruiden zijn anders dan in Thailand, deze smaak bevalt ons ook. Dan breekt Rens echt af, hij slaapt direct als we terug in het hotel zijn.

Na een goede nacht, zien we vanaf het hotel de olifanten uit het kamp aan de overkant van de rivier, afdalen naar het water. Mooi om te zien, ze lopen los, mahout zit op hun rug. Kort daarna lopen Rens en Ilse naar de bakker, om broodjes en muffins te kopen voor op de boot. Daarna vertrekken we. Het dak van de boot blijft het eerste deel van de reis dicht en dat maakt veel verschil in de wind die door de boot waait. Ook minder koud dus. De Mekong Rivier is op dit traject smaller en vraagt dus nog betere stuurkunsten. Zouden we daarom van boot veranderd zijn?

1099446 (320x240)1099448 (320x240)

We stoppen onderweg bij een Hmong dorp en Rens vindt de scharrelende biggen erg leuk. Hij voelt zich op zijn gemak, want kijkt op eigen houtje door een deur die open staat, en waar hij geluid hoort. Hij sleept met hout terwijl de dorpskinderen toe kijken. Een man die bakstenen maakt in een mal, stuk voor stuk trekt zijn aandacht. Rens vraagt of hij mag helpen, het blijft bij kijken.

Uren later stoppen we bij de Tham Thing grotten. We klimmen de trappen op en gaan bij de bovenste grot met zaklamp naar binnen. Dan zien we honderden Boeddha's in alle vormen en maten. Mooi om te zien dat ze er voor de toeristen geen kunstmatige verlichting gemaakt hebben. Een grot lager, gaan we ook in. Ook daar veel Boeddha's en zicht op de rivier. Rens offert daar aan Boeddha, een combi van bananenblad, bloemen en wierook. Dat de mama van Floris en Bowi beter wordt. Ja daar zat ik dan... er biggelde een traan.

1099450 (320x240)1099451 (320x240)

Daarna varen we nog het laatste stuk en komen we aan bij de pier, vijftien kilometer outside Luang Prabang. Nou ja, pier. De eerste tien meter omhoog was er geen pad, toen een ongelijke trap. Dat was ff sjouwen, gelukkig hulp genoeg. Wij waren blij dat we niet in de rij hoefden voor een tuktuk kaartje, want de publieke slowboat was ook net gearriveerd en er stonden dan ook zo'n honderd mensen in de rij. Wij gingen met een busje richting de stad en werden bij ons guesthouse gedropt. De eerste indruk van Luang Prabang is goed. Veel leven op straat, authentieker dan Chiang Mai. Het doet ons direct aan Hoi An in Vietnam denken. En dat in combinatie met opnieuw een fijne uitvalsbasis, Manichan's Guesthouse. Ruime kamer, geen tv (merkt Rens direct op), en grote binnenplaats. Daar staat een Dora step en weg is Rens. Leuk om te zien. Manichan kookt voor ons en we zitten aan tafel met andere gasten. Leuk om ervaringen uit te delen. Rens lijkt af te breken, toch spookt hij tot elf uur 's avonds.

1099452 (320x240)1099454 (320x240)

Vanochtend wel om zeven uur wakker, ach ja. We hebben vandaag rustig aan gedaan. Goede start van de dag met beste ontbijt van de reis. Home made yoghurt en jams, eieren zoals je wilt, vers brood, fruit... en dat in prettige sfeer. Daarna speelt Rens eerst in de tuin, hij krijgt geen genoeg van de step. En er staat een fietsje zonder zijwielen en dat is net te groot. Toch wil hij proberen te fietsen, oké trappen maar. Dus wie weet fietst hij hier nog weg. Daarna gaan we de 'stad' in, direct uit het guesthouse lopen we op de ochtendmarkt. Daar is niets toeristisch aan, hier doen de lokalen hun boodschappen. Het spreekt ons aan. We dwalen door de straatjes, drinken wat en willen dan de bamboebrug oversteken. Wat doen we met de buggy? Met een klein kabelslot zetten we die vast aan een straatnaambord. Dan steken we de bamboebrug over, daarvoor betalen we 5000 Kip. (vijftig Eurocent) Deze brug wordt namelijk aan het begin van de droge tijd door een aantal families gebouwd, om de afstand naar de stad te verkleinen. Voor het natte seizoen breken ze hem af, omdat dan het water te hoog komt en de stroming te snel is.

Aan de overkant lopen we nog wat rond en zien de rijstvellen die liggen te drogen. We lunchen en chillen heerlijk bij Dyen Sabai, op kussens op de grond aan lage tafels. Daar eten we een Laotiaanse fondue, Rens geniet van het rommelen en smult van de noodles en vlees. Wat een start van een week hier in Luang Prabang.

Terug bij het guesthouse slaapt Rens. Dat snappen we wel, na een korte nacht. Wij werken ons blog bij en hangen wat rond. Als hij wakker wordt wordt er direct gestept. En hij wil spelen met de kinderen van de eigenaren en hun vriendjes. Dat lukt nog niet altijd en dat frustreert Rens. Dan mag hij op de V-tech laptop... Welkom in Laos.

Partners

Social Media

Houd jij van Verre reizen met kinderen? Volg, like en blijf op de hoogte!